secundair logo knw 1

  • Colors: Blue Color

Water verbindt ons overal ter wereld. Sta er maar eens bij stil: je kan in Arnhem in een boot stappen en duizenden kilometers verderop uitstappen in Antalya, Turkije. Zo is water een geografische verbindingszone. En er zijn meer manieren waarop water ons verbindt. En dan bedoel ik ‘ons’ in de ruimste zin. Alle mensen, dieren, schimmels en theezakjes vinden in water hun primaire levensbron. Die noodzaak verbindt allen.

De afgelopen maanden werkte ik samen met collega’s aan een boeiend project over klimaatadaptatie en cultureel erfgoed. Een nieuw onderwerp voor mij als natuurwetenschapper. Het is me duidelijk geworden dat cultureel erfgoed een belangrijke rol kan hebben bij adaptatie: het is niet alleen kwetsbaar voor de gevolgen van klimaatverandering, maar ook een waardevolle bron van inspiratie voor adaptatie.

Het regent steeds meer in Nederland. Toch zijn grote gebieden verdroogd, de Veluwe vooral doordat aangeplant naaldbos superveel verdampt. Daarom vallen beken droog. Bosomvorming ten faveure van loofbos zou waterbalans en biodiversiteit herstellen. Infiltreren van onberispelijk voorgezuiverd rivierwater is ook een optie, met extra bronnen voor drinkwater als bijvangst.

Vruchtbaar (samen)werken in grotere organisaties en verbanden is altijd een worsteling. Hoe doe je het goede, en hoe doe je dat goed? Van oudsher een goede markt voor adviseurs. Iedereen die wat langer werkt, heeft ze langs zien komen: de goeroes van Projectmanagement (SMART), Key Performance Indicatoren (KPI’s), Lean Six Sigma en kwaliteitsmanagement (ISO 9001).  

Het water duwde tegen m’n kuiten en de kou liet mijn huid tintelen. Toen ik vooroverboog om waterwezens te determineren, gleed mijn verrekijker van mijn nek en plonsde zo de sprengenbeek in. Als ik mijn collega hierover vertel om een irritatie over verzekeringsgedoe in te leiden, verzucht hij: “Het is zo fijn om in de beek te staan. Helaas ben ik daarvoor te duur.” Ik schrik. Hoezo te duur? Hij stelt zo’n veldbezoek niet te kunnen verantwoorden vanuit zijn ‘kantoorfunctie’. Het ‘buiten spelen’ voelt als ‘spijbelen’. We verschillen hierin van mening, maar ik begrijp hem wel.

Chemiebedrijf 3M is een terugkerende naam in de problemen rond de Kaderrichtlijn Water (KRW). Ooit het boegbeeld van innovatieve producten, maar inmiddels is het bedrijf vooral verbonden met narigheid. Door de emissies van het wonderproduct PFAS uit hun fabriek in Antwerpen is de Westerschelde zo vervuild dat we geen vis meer kunnen eten. Tegelijk moet de grond rondom de productielocatie gesaneerd en loopt hierdoor de Antwerpse rondweg jaren vertraging op en kost inmiddels vele miljarden euro meer.

Fraai is het niet, maar negeren en uitstellen loont. Voorbeeld uit de eigen praktijk: rond 2000 werd door TNO voorgeschreven dat drinkwaterbedrijven zeer gedetailleerde gegevens van elke diepe boring moesten aanleveren in een academisch format (Boris 3.0), inclusief geologische beschrijving. In theorie een enorme kostenpost voor het bedrijf waar ik destijds werkte. Protesteren bleek aan dovemansoren gericht.

Een glanzende bosbeek strekt zich bochtig voor me uit. “Het water meandert langs de bomen, zoals iemand die leert fietsen”, zeg ik tegen mijn gezelschap, een collega-waterschapper. “Een beek meandert niet”, antwoordt hij, en legt uit: “Meandering van het water ontstaat door korrelvorming van het zand. Dat betekent dat een rivier meandert. Een beek niet. Daarom zeggen we ‘kronkelen’.”

Burgers kunnen heus wel goed omgaan met drinkwater, als we hen daarbij helpen, duidelijk maken waarom het verstandig is en vooral goed informeren. Dat is de sleutel. Communicatie is misschien zelfs belangrijker dan beprijzing met gestaffelde, progressieve drinkwatertarieven. Het gaat daarbij niet om meer omzet. Doel is het genereren van extra prikkels die huishoudens bewegen tot spaarzaam gebruik van drinkwater dat nog steeds goedkoop is en juist daarom zo waardevol.

“De geest is gewillig, maar het vlees is zwak.” De Bijbelse citaten van moeder zijn altijd een bron van wijsheid. Het is inmiddels wel helder dat we met onze 8 miljard medemensen de grenzen overschrijden van wat de wereld aankan. We moeten minder grondstoffen gebruiken en minder plastic, stikstof, CO2, chemicaliën, pesticiden en medicijnresten in het milieu brengen. Zonder ingrijpen raakt alles op, koken we onze planeet en komen we om in ons eigen vuil.

Als je als onderzoeker veel bezig bent met klimaatverandering heb je niet altijd een blijde boodschap te verkondigen, vooral als het gaat over de klimaatgevolgen en de noodzaak en mogelijkheden voor aanpassen (klimaatadaptatie). Tegelijkertijd weten we, onder andere uit het recente IPCC-assessment, dat adaptatie al plaatsvindt en ook zin heeft. De snelheid en schaal waarmee dit gebeurt, loopt echter achter bij de snelheid van de klimaatverandering.

h2ologoprimair    PODIUM

Podium is een platform voor opinies, blogs en door waterprofessionals geschreven artikelen (Uitgelicht). H2O draagt geen verantwoordelijkheid voor de inhoud van deze bijdragen, maar bepaalt wel of een bijdrage in aanmerking komt voor plaatsing. De artikelen mogen geen commerciële grondslag hebben.

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte mevr. Sien Kok,
alles is onlosmakelijk atomair verbonden binnen relativiteit van tijd/ruimte en eenheid geest stof, telen zonder chemie, inschakelen industrie en prive personen telt allemaal, maar denk ook even aan satellieten met hun negatieve effect op klimaat, 24/7. U geeft oude wetmatigheden een nieuw jasje. Succes, Jan Kalverdijk
Interessant. Hoe staat het met de PFAS-hoeveelheden die bij Chemelot in de Maas worden geloosd, wordt hier wel op gehandhaafd? 
Niet zo vreemd dat van die akker- en weidevogelsoorten de populaties teruglopen . Dat kan je zo hebben als je het vol zet met zonnepanelen en windturbines (birdblenders).
Dit heb ik ook nodig. Wij maken van slootmaaisel, een nieuw product, Wortelbeton, voor waterschap Rijnland. Artificiële Rietzudde, voor KRW- doelen. We hebben nog een toepassing van Wortelbeton en dat is veen maken. Daarmee werken we samen met gem Amsterdam en Waternet/AGV en VIP_NL. 
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
@Almer BolmanEens Almer, de laatste twee kalenderjaren waren uitzonderlijk, extreem nat. En enkele jaren daarvoor extreem droog. Het lijkt er echter op dat wateroverlast eerder een reden is om in actie te komen dan droogte. De flanken van de Veluwe (en de beken aldaar) reageren zeer snel op natte en droge perioden omdat -zoals je weet - de reservoircoëfficiënt daar gering is. Daarom is mijn plan om juist niet op de flanken - dat heeft geen zin - maar op de hoge delen (daar is de genoemde coëfficiënt groot en de grondwaterstand diep) de grondwateraanvulling te vergroten, ofwel door vermindering van de verdamping ofwel door gecontroleerde (!) infiltratie van perfect voorgezuiverd rivierwater. Het doel is te bereiken dat beken en sprengen weer hóger op het massief ontspringen en langer water voeren. Dat zal een enorme boost geven aan natuur en biodiversiteit. Het kwelwater naar de beken is overigens geen infiltratiewater, het is en blijft geïnfiltreerd regenwater. Als we in hoge delen van de Veluwe water infiltreren, kiest dat een diepe, uitermate lange, langzame weg naar de randen van de Veluwe waar het pas na eeuwen - misschien zelfs millennia - opkwelt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.