secundair logo knw 1

Het Amsterdam-Rijnkanaal dreigde te verzilten. Foto RWS

De hoeveelheid zout in het Amsterdam-Rijnkanaal is met ruim 40 procent afgenomen, zo blijkt uit recente metingen. Volgens Rijkswaterstaat (RWS) is dit te danken aan het bellenscherm dat twee jaar geleden bij de overgang in het Noordzeekanaal is geplaatst.

Het scherm moest de toenemende verzilting van het van oorsprong zoete Amsterdam-Rijnkanaal stoppen. En dat werkt, constateert RWS nu op basis van metingen in augustus. "Dat is goed nieuws voor de drinkwatervoorziening, natuur, landbouw en industrie, die alle afhankelijk zijn van voldoende zoetwater."

Het Noordzeekanaal, dat de Noordzee met de haven van Amsterdam en het Amsterdam-Rijnkanaal verbindt, bevat de ene keer meer zout dan de andere keer, legt adviseur Arjen Kikkert uit op de website van RWS. Dat hangt mede af van de hoeveelheid schepen die bij IJmuiden door de sluizen varen.

Door de klimaatverandering wordt het water in het westen van Nederland, en in het Amsterdam-Rijnkanaal, in de zomer echter ook zouter. De droge zomers van de afgelopen jaren maken de aanvoer van voldoende zoetwater steeds lastiger. Er stroomt immers relatief minder water vanuit de rivieren naar de zee.

Zoetwaterstroom
Met het bellenscherm bij de Amsterdamsebrug, het eerste permanente in open water, wil RWS de verzilting van het Amsterdam-Rijnkanaal tegenhouden. Het ‘scherm’ werkt met een buis op de bodem van het kanaal waar lucht doorheen wordt gepompt die in het water komt en naar boven gaat.

De luchtbellen brengen het zoute water, dat zwaarder is en daarom over de bodem stroomt, omhoog. Dat komt vervolgens terecht in de zoetwaterstroom die vanuit het Amsterdam-Rijnkanaal richting de Noordzee gaat. Zo wordt het zoute water tegengehouden en stroomt het terug naar het Noordzeekanaal.

Omdat de drukveranderingen die het scherm veroorzaakt voor trekvissen niet fijn zijn, heeft RWS bij de oevers losse delen aangebracht die uitgezet kunnen worden in perioden waarin veel vissen migreren. Het centrale deel, dat in de vaargeul ligt, blijft dan actief, maar de vissen hebben er minder last van.

 

MEER INFORMATIE
Nieuwsbericht Rijkswaterstaat
H2O-bericht over de plaatsing van het bellenscherm in het Amsterdam-Rijnkanaal

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Waarom dure, complexe en onderhouds intensieve ondergrondse oplossingen stimuleren als je water ook bovengronds kunt opvangen?
Begin eerst maar met het Veluwe meer en de randmeren uit te diepen en baggeren....perfecte opslagbuffer voor overvloed aan water.
@SebastiaanDat is een goede vraag als we het over de waterkwaliteit van rivieren hebben, maar in dit project zijn vooral kleine watertjes gemeten. Dat komt niet uit het buitenland, dus daar zullen we echt zelf mee aan de slag moeten!
Bijzonder. Veel waterschappen spreken nog van ‘aan en afhaakproblematiek’ waarbij de zorg juist is voor afhakende bedrijven, lees verminderde heffingsopbrengsten.
Natuurlijk is het slim als bedrijven afhaken, met duurzamere zuivering, eventueel gevolgd tot eigen directe lozing in gebied, en vervolgens tot eigen waterhergebruik. Prima.
Maar aub geen dogma. We spreken nog steeds over stedelijk afvalwater, waarbij het bedrijfswater zeker af en toe een waardevolle bijdrage is in de gehele keten.
In @KNW, @skiw, @vemw @dbc verband nog maar eens over spreken.
Reintje Paijmans Kriens Waterschapsverkiezingen: apart of niet?
"Kennis van Waterbeheer" en "Provinciaal bestuur"  voor een groot deel van onze bevolking, is naar mijn ervaring heel gering. De situatie  is per provincie ook geheel anders. Of je nu in Zuid-Holland woont of in Drenthe: water aanvoer, afvoer  en tekort zijn niet met elkaar te vergelijken. De grenzen vallen niet samen. 
Ik heb als geograaf ook veel te maken gehad met wat dat voor problemen voor de bevolking, stadsbesturen en waterschappen veroorzaakte. Stadsbesturen hebben, zeker in de huidige tijd, andere, grotere problemen op hun agenda staan. Op welke manier moet, kan betere voorlichting opgelost worden? Ik heb lezingen gegeven, excursies georganiseerd, bestuursleden van de waterschappen daarbij uitgenodigd en wat ik ook erg belangrijk vind, aan het voortgezet onderwijs voorlichting, onderwijs gegeven. Bij excursies vroeg ik aan de ouders van de leerlingen of zij "mee wilden helpen" met vervoer, eten, geld ophalen voor de bijkomende kosten. Vaak meldden meer ouders zich aan dan eigenlijk nodig was, maar dat had voor de waterschappen in velerlei opzicht positieve gevolgen.
"Samenwerking", overleg met de landen waar de rivieren ontstaan en door stromen, afspreken hoeveel water ieder land wil, kan, mag gebruiken, afvoeren, dat zijn problemen, die nauwelijks bekend zijn bij de bevolking.
Ik hoop dat dit soort onderwerpen net zo belangrijk worden gevonden als problemen met  auto rijden, parkeren en boodschappen doen.
Ik wens Nederland veel succes.