Deltacommissaris Peter Glas reisde deze maand naar Maastricht. Daar presenteerde hij zijn advies over de dijkversterking in Limburg. De boodschap van Glas: torn niet aan de veiligheidsnormen (‘Limburg verdient net als de rest van Nederland een goede bescherming tegen overstromingen’), maar beperk waar nodig de impact van de keringen met slimme en innovatieve technieken. Ofwel: lever maatwerk.
door Bert Westenbrink
Glas adviseerde niet ongevraagd. De provincie Limburg wilde weten of het gezien de kosten en ingrijpende gevolgen voor het landschap niet een tandje minder kan met de voorgenomen verhoging en aanleg van nieuwe dijken. Verlaag voor Limburg de veiligheidsnorm, klonk het vanuit Maastricht. Best wel vergaand, want in de Maasvallei wordt al gerekend met het laagste risiconiveau binnen het stelsel van primaire waterkeringen.
Bouwsteen
Nóg lager, daar wilde Glas niet aan. Hij ging daarbij niet over één nacht ijs, zo keek hij naar de financiële, bestuurlijke, ruimtelijke en juridische consequenties. Die grondige analyse is niet zonder reden: het advies reikt verder dan Limburg, het is ‘een bouwsteen’ voor de wettelijke evaluatie van de waterveiligheidsnormen in heel Nederland.
Nóg lager, daar wilde deltacommissaris Peter Glas niet aan
Die toets moet in 2024 afgerond zijn. Met zijn advies zet de Deltacommissaris de toon voor die evaluatie. Is daarmee het pleit beslecht? Daar lijkt het niet op. Versterking van dijken is ingrijpend en roept - dus - weerstand op. In Limburg komt het weerwerk van de (provinciale) overheid, in Noord-Holland verzetten bewoners zich al jarenlang tegen de versterking van de Markermeerdijken en ook in wetenschappelijke kring worden kanttekeningen geplaatst bij de normen.
In deze H2O en het bijgevoegde kennismagazine Water Matters treft u drie bijdragen (interview, column, onderzoek) waarin kritisch wordt gereflecteerd op de huidige veiligheidsnormen en de uitvoering van de versterkingen.
Vraagtekens
Stefan van Baars, voormalig hoogleraar grondmechanica en funderingstechniek, kritiseert de deskundigheid en plaatst vraagtekens bij de publiek-private samenwerkingsconstructies die worden opgetuigd bij grote dijkversterkingsprojecten. Columnist Ties Rijcken ziet dat er in de huidige aanpak wordt gewerkt met een ‘operationeel doel’: de norm moet worden gehaald en daarmee basta.
En de onderzoekers Bas Kolen (HKV) en Matthijs Kok (TU Delft) leggen het beoordelingsinstrumentarium onder de loep en vragen zich af: kan de inschatting van de overstromingsrisico’s beter? Hun antwoord: ja. “En dat maakt een beter ontwerp van waterkeringen mogelijk.”
De waterveiligheidsnormen zijn in 2017 in de wet vastgelegd. De vraag is nu of die normen overeind blijven. Het laatste woord is er nog niet over gezegd.
Bert Westenbrink is hoofdredacteur van H2O media en schrijft het redactioneel in het vakblad
Een interessant gegeven is dat 80% van ons drinkwater thuis wordt verbruikt. Daar ligt een enorme uitdaging, maar ook een kans om echt verschil te maken. Door slimmer om te gaan met de distributie van water, kunnen we helpen om het verbruik te verminderen zonder dat we daar veel van merken. Dit zou niet alleen helpen om onze waterbronnen te sparen, maar ook de druk op het systeem tijdens droge perioden verlagen.
Dit gaat verder dan alleen maar korter douchen; het gaat om een bewuste verandering in ons dagelijks leven om ervoor te zorgen dat er genoeg water is voor iedereen. Iemand iets gunnen. Beginnen met het nadenken over de oplossingen menukaart ook met water zoals we dat met energie doen - waar kunnen we besparen, hoe kunnen we efficiënter zijn, en hoe kunnen we ons aanpassen aan nieuwe omstandigheden?
Er is geen eenduidige oplossing voor het probleem, en additionele productie levert ons op langere termijn niets op. Misschien is het tijd om deze uitdaging aan te gaan en te kijken naar hoe we thuis ons watergebruik kunnen optimaliseren.