secundair logo knw 1

Deltacommissaris Peter Glas overhandigt zijn adviesrapport aan waarnemend gouverneur Johan Remkes van Limburg. Foto Waterschap Limburg

Deltacommissaris Peter Glas vindt dat de waterveiligheidsnormen voor Limburg overeind moeten blijven. Dat betekent dat wordt uitgegaan van een overstromingsrisico van een keer per honderd jaar en niet, zoals sommige partijen bepleiten, van een keer per dertig jaar.

"Limburg verdient net als de rest van Nederland een goede bescherming tegen overstromingen", schrijft Glas in zijn advies aan minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Water en de Stuurgroep Deltaprogramma Maas, dat hij gisteren in Maastricht presenteerde.

Wel is het volgens de Deltacommissaris belangrijk dat het waterschap, de gemeenten, de provincie en Rijkswaterstaat er in overleg met de bewoners voor zorgen dat de impact van de keringen langs de Maas zo klein mogelijk is. Waar nodig moeten ze slimme en innovatieve oplossingen zoeken om deze zo goed mogelijk in te passen.

De provincie meende dat de normen wel naar beneden bijgesteld konden worden, zodat de dijkversterking goedkoper zou uitpakken, er minder impact op het landschap zou zijn en meer draagvlak bij de bevolking. Ze liet bureau HKV onderzoek doen, dat concludeerde dat bij 22 van de 45 dijktrajecten een lagere norm haalbaar zou zijn.

Evacuatie
Het waterschap en de twee veiligheidsregio’s zagen dit echter niet zitten. Volgens de veiligheidsregio’s wordt het bij een verlaging van de norm zeer moeilijk om te voldoen aan de hogere eisen voor evacuatie van de bewoners.

Deze partijen vinden de Deltacommissaris nu aan hun zijde in zijn advies om vast te houden aan de in 2017 bij wet vastgelegde normen. "Vanuit het algemeen belang in Limburg en ook met het oog op de klimaatverandering is het belangrijk dat we de normen handhaven op het huidige niveau en geen status aparte voor Limburg creëren", aldus Glas.

Wel snapt hij dat mensen die in de buurt van de Maas wonen moeite hebben met hogere keringen. Maar binnen de wettelijke regels zijn er volgens hem voldoende mogelijkheden voor maatwerk. Als voorbeeld noemt hij de glazen kering bij Neer en de zelfsluitende kering bij Steyl.

‘Waardevol rapport’
Dijkgraaf Patrick van der Broeck van Waterschap Limburg is uiteraard ingenomen met het advies, evenals waarnemend gouverneur Johan Remkes van Limburg, die tegenover de regionale omroep 1Limburg spreekt van 'een zeer waardevol rapport, waarin geen concessies worden gedaan aan de waterveiligheid'.

Limburg telt nu 45 dijktrajecten met een totale lengte van 185 km. De komende decennia worden de nodige keringen versterkt en worden nieuwe dijktrajecten aangelegd, zodat de inwoners uiterlijk in 2050 voldoende beschermd zijn en veilig in de Maasvallei kunnen wonen en werken.

 

MEER INFORMATIE
Adviesrapport ‘Perspectief voor Limburg’
Aanbiedingsbrief adviesrapport
H2O-bericht: Kloosterdorp Steyl krijgt hoogste zelfsluitende kering van Nederland
H2O-bericht: Glazen waterkering in Neer ‘een mooie oplossing’

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte mevr. Sien Kok,
alles is onlosmakelijk atomair verbonden binnen relativiteit van tijd/ruimte en eenheid geest stof, telen zonder chemie, inschakelen industrie en prive personen telt allemaal, maar denk ook even aan satellieten met hun negatieve effect op klimaat, 24/7. U geeft oude wetmatigheden een nieuw jasje. Succes, Jan Kalverdijk
Interessant. Hoe staat het met de PFAS-hoeveelheden die bij Chemelot in de Maas worden geloosd, wordt hier wel op gehandhaafd? 
Niet zo vreemd dat van die akker- en weidevogelsoorten de populaties teruglopen . Dat kan je zo hebben als je het vol zet met zonnepanelen en windturbines (birdblenders).
Dit heb ik ook nodig. Wij maken van slootmaaisel, een nieuw product, Wortelbeton, voor waterschap Rijnland. Artificiële Rietzudde, voor KRW- doelen. We hebben nog een toepassing van Wortelbeton en dat is veen maken. Daarmee werken we samen met gem Amsterdam en Waternet/AGV en VIP_NL. 
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
@Almer BolmanEens Almer, de laatste twee kalenderjaren waren uitzonderlijk, extreem nat. En enkele jaren daarvoor extreem droog. Het lijkt er echter op dat wateroverlast eerder een reden is om in actie te komen dan droogte. De flanken van de Veluwe (en de beken aldaar) reageren zeer snel op natte en droge perioden omdat -zoals je weet - de reservoircoëfficiënt daar gering is. Daarom is mijn plan om juist niet op de flanken - dat heeft geen zin - maar op de hoge delen (daar is de genoemde coëfficiënt groot en de grondwaterstand diep) de grondwateraanvulling te vergroten, ofwel door vermindering van de verdamping ofwel door gecontroleerde (!) infiltratie van perfect voorgezuiverd rivierwater. Het doel is te bereiken dat beken en sprengen weer hóger op het massief ontspringen en langer water voeren. Dat zal een enorme boost geven aan natuur en biodiversiteit. Het kwelwater naar de beken is overigens geen infiltratiewater, het is en blijft geïnfiltreerd regenwater. Als we in hoge delen van de Veluwe water infiltreren, kiest dat een diepe, uitermate lange, langzame weg naar de randen van de Veluwe waar het pas na eeuwen - misschien zelfs millennia - opkwelt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.