secundair logo knw 1

Het Waterschap Drents Overijsselse Delta (WDODelta) is begonnen met een proef om de strekte van de grasbedekking op zanddijken langs de Vecht te bepalen. Het is de tweede test in een jaar. In januari deed het waterschap een soortgelijke proef op de dijk langs de IJssel bij Harculo. Ook die bestaat uit zand, maar in deze dijk is ook wat klei verwerkt.

De test op de Vechtdijk, die geheel uit zand bestaat, wordt gefinancierd uit het innovatiefonds van het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP). De kosten van de proef bedragen 2,4 miljoen euro, vertelt Eric Withaar, directeur Hoogwaterbeschermingsprogramma. WDOD en HWBP verwachten dat een veelvoud daarvan kan worden bespaard op de versterking van de dijken, als blijkt dat de grasbekleding op de zanddijk beter bestand is tegen golfoverslag dan waar nu vanuit wordt gegaan.

De verwachting is dat de grasmat aan de landzijde de golfoverslag goed aankan, dat zal waarschijnlijk anders zijn met de zogeheten golfkloppen die in latere tests op de bekleding van de dijken worden losgelaten. “We gaan door tot half maart”, vertelt projectmanager Philippe Schoonen van Waterschap Drentse Overijsselse Delta (WDOD). “In de winter is de conditie van het gras minder goed en het is bovendien het seizoen met kans op hoog water. Die combinatie maakt deze periode het meest geschikt om de proeven te doen.”

Test water op vechtdijk 900

 

Besparing van 35 tot 45 miljoen
Als blijkt dat de grasmat sterker is dan gedacht, dan kan ervan worden afgezien om de dijk of delen daarvan te versterken met klei, zoals nu is voorzien. Schoonen spreekt de verwachting uit dat een besparing van 35 tot 45 miljoen euro mogelijk is op de nu geraamde kosten van 175 miljoen euro voor de dijkversterking van in totaal 30 kilometer dijk tussen Zwolle en Dalfsen. 

Dat de dijken langs de Vecht uit zand bestaan is terug te voeren op feit dat er in de regio geen klei aanwezig was toen ze honderd jaar geleden werden aangelegd, vertelt Schoonen. Daarmee zijn de dijken uniek, want in Nederland zijn er naast de dijken langs de Vecht en delen van de IJsseldijk geen primaire keringen die uit zand bestaan. In Oost-Brabant en Limburg zijn wel zanddijken te vinden, maar dat zijn geen primaire dijken, vertelt Withaar.

Toch zullen de dijkbeheerders van deze secundaire gras-op-zanddijken ook kunnen profiteren van de proeven die nu tussen Zwolle en Dalfsen worden gedaan, want de uitkomsten van het innovatieproject dat WDOD samen met onderzoeksinstituut Deltares, adviesbureau Infram en Radboud Universiteit Nijmegen uitvoert, komt ten goede aan HWBP-projecten in heel het land, een voorwaarde die is gekoppeld aan de HWBP-bijdrage van 2,4 miljoen euro.

De uitvoering van de versterking van de Vechtdijk tussen Zwolle en Dalfsen begint over 7 jaar, vertelt Schoonen. Dat betreft een tracé van 15 kilometer aan beide zijden van de rivier, in totaal dus 30 kilometer. Later volgen dijkdelen stroomopwaarts.

Water vasthouden
Breun Bruinissen 180 vk Breun Breunissen Het waterschap heeft voor de aanpak van die delen de samenwerking gezocht met waterschap Vechtstromen, vertelt Breun Breunissen, lid van dagelijks bestuur van WDODelta. Daarbij wordt, aldus de bestuurder, naar mogelijkheden gekeken om gekoppeld aan de noodzakelijke dijkversterking in het stroomgebied tot aan de Duitse grens maatregelen te nemen die ook gericht zijn op het vasthouden van water. 

Een invulling die voortvloeit uit de droogte die voor problemen zorgt op de zandgronden in het oosten. Breunissen: “Dan kun je denken aan nevengeulen of opvanggebieden waarin je water vasthoudt zodat het kan infiltreren en het grondwaterpeil op peil blijft. Je kunt ook denken aan andere functies, die bijvoorbeeld betrekking hebben op versterking van de recreatie. Het wordt complex en dat kunnen de waterschappen ook niet alleen, daarom moeten andere partijen meedoen, zoals de zes gemeenten in het gebied, maar ook bij voorbeeld reactieondernemers en landgoedeigenaren.”

Daarmee schetst Breunissen de nieuwe aanpak in het kader van het Programma Integraal Riviermanagement (IRM). Dat programma heeft als doel alle vraagstukken rond rivieren met elkaar te verbinden en integraal op te lossen. Dan gaat het niet alleen over dijkverhoging en rivierverruiming, maar over álle opgaven in het rivierengebied: waterveiligheid, waterkwaliteit, ruimtelijke en economische kwaliteit, zoetwatervoorziening, bevaarbaarheid en natuurwaarden.

 

MEER INFORMATIE
H2O-actueel: WDOD wil het weten: hoe sterk is gras op zand als dijkbekleding nu werkelijk?
H2O premium: Ligt het Programma Integraal Rivier Management op koers?

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Ik geloof helemaal niets van dit doem verhaal. Zijn er nu al gebieden in de waddenzee die errst droog kwamen te liggen en nu niet meer? Zijn de oppervlaktes wadden tegen de eilenden en de vaste kustlijnen kleiner bij eb! Ik zie en hoor daar niets van! Wat ik wel hoor is dat de vaargeulen zeer snel verzanden en dat er 24 uur gebaggerd moet worden om te kunnen blijven varen.bwaar komt dat zand vandaan………..precies ! Dat is een continu proces en dat stopt niet door zeespiegel stijging. Dus maak je niet zo druk om de sterke natuur!
Wat een apart artikeltje Emile...  nitraat is niet organisch en liever stop ik wat zuurstof in infiltratiewater wanneer ik organische stoffen wil reduceren dan nitraat, dat immers het giftige nitriet kan vormen... de relatie met verbreding van irrigatiemogelijkheden met de aardappelteelt mort je nog maar eens uitleggen.. is toch iets heel anders? Joost
Hoi Marjolijn, bedankt voor je artikel. Het is duidelijk dat waterbeheer complex en uitdagend is, vooral nu klimaatverandering en hoger verbruik hun tol eisen. Gebieden zoals Zuid-Frankrijk en Catalonië staan niet op zichzelf met strenge restricties voor watergebruik.
Een interessant gegeven is dat 80% van ons drinkwater thuis wordt verbruikt. Daar ligt een enorme uitdaging, maar ook een kans om echt verschil te maken. Door slimmer om te gaan met de distributie van water, kunnen we helpen om het verbruik te verminderen zonder dat we daar veel van merken. Dit zou niet alleen helpen om onze waterbronnen te sparen, maar ook de druk op het systeem tijdens droge perioden verlagen.
Dit gaat verder dan alleen maar korter douchen; het gaat om een bewuste verandering in ons dagelijks leven om ervoor te zorgen dat er genoeg water is voor iedereen. Iemand iets gunnen. Beginnen met het nadenken over de oplossingen menukaart ook met water zoals we dat met energie doen - waar kunnen we besparen, hoe kunnen we efficiënter zijn, en hoe kunnen we ons aanpassen aan nieuwe omstandigheden?
Er is geen eenduidige oplossing voor het probleem, en additionele productie levert ons op langere termijn niets op. Misschien is het tijd om deze uitdaging aan te gaan en te kijken naar hoe we thuis ons watergebruik kunnen optimaliseren. 
Op dit moment (24 april 2024) na maandenlange neerslag is alles weer goedgekomen met hoog grondwater. De natuur hersteld zichzelf! Laat je niet beetnemen.
Afbreekbaarheid moet in de toekomst als eerste beoordelingsparameter voor toelating van stoffen worden ingevoerd. Er ontstaan anders onomkeerbare problemen in de toekomst.