De productiviteit van de drinkwatersector is de afgelopen decennia behoorlijk toegenomen. Vanaf 2000 noteert de sector een productiviteitsgroei van 3,5 procent per jaar. Dit blijkt uit onderzoek van IPSE Studies naar de productiviteitsontwikkelingen tussen 1980 en 2015 in de netwerksectoren drinkwater, energie en spoorwegen.
De productiviteit van de drie sectoren, drinkwater , energie en spoorwegen, is gegroeid. Tussen 1980 en 2015 bedroeg de gemiddelde productiviteitsgroei 1,5 tot 2 procent per jaar. De productie in de drinkwatersector groeide bijna elk jaar in de onderzochte periode, maar pas vanaf de eeuwwisseling echt hard. Met een groeipercentage van 3,5 procent per jaar sinds 2000 presteert de sector beter dan bijvoorbeeld de industrie (0,3 procent groei) en de IT-sector (1 procent groei). De groei is vooral te danken aan het grotere aantal aansluitingen dat door de drinkwatersector wordt bereikt.
De onderzoekers van IPSE vermoeden dat de drinkwaterbenchmark een substantiële bijdrage aan de productiviteitsgroei levert. De, vanaf 1997 vrijwillige, en vanaf 2011 wettelijk verplichte, bedrijfsvergelijking heeft haar vruchten afgeworpen. “De bedrijfsvergelijking,” zo schrijven de onderzoekers, “fungeert hier als een vorm van concurrentie, waarbij drinkwaterbedrijven niet willen achterblijven ten opzichte van elkaar.” Volgens de auteurs neemt dit effect wel af. “Wellicht,” zo staat in het rapport, “houdt dit verband met het gering aantal drinkwaterbedrijven dat nog actief is in ons land, waardoor een adequate vergelijking lastig is.”
In het rapport wordt nog opgemerkt dat de eigenlijke productiviteitsgroei in de drinkwatersector hoger kan liggen dan de gemeten groei. In het rekenmodel wordt namelijk onvoldoende rekening gehouden met kwaliteitsaanpassingen (stijgende drinkwaterkwaliteit en klanttevredenheid, vervangingen van leidingmateriaal van het waterleidingnetwerk).
Het onderzoek van IPSE Studies (een samenwerkingsverband van de TU Delft, het CAOP – een kennis- en dienstencentrum op het gebied van arbeidszaken in het publieke domein, en de Erasmus Universiteit Rotterdam) maakt deel uit van een door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gesubsidieerd programma voor onderzoek en kennisdeling met betrekking tot sturing, innovaties en productiviteit in de publieke sector.
Het rapport “Productiviteit van overheidsbeleid, Deel IV, De Nederlandse netwerksectoren, 1980-2015, kunt u hier downloaden
Tja. Zo'n simpele maatregel en dan mag het wettelijk niet. Omdat de administraties van Delfland en Dunea niet goed corresponderen. Toch is er minimaal risico op "oneerlijk" want er zijn GEEN huishoudens die GEEN drinkwateraansluiting hebben. En ALS huishoudens zijn aangesloten op het drinkwater, DAN betalen ze daar ook voor. Het enige probleem is dat in oude flatgebouwen er vaak nog 1 watermeter is voor alle bewoners samen. Maar vanuit de doelstelling voor drinkwaterbesparing moeten die huishoudens toch al een eigen (slimme) meter krijgen.
Dus dan denk je dat Dunea en Delfland de handen inéén slaan om de administratie op orde te krijgen. Maar nee, zooo belangrijk is het besparen van drinkwater (en dus minder rioolwater om te zuiveren) nou ook weer niet.