secundair logo knw 1

Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) werkt aan een identificatiesysteem voor mogelijke ‘zorgstoffen’ waar nog niet voldoende aandacht voor is. De emissies van zogeheten GenX-stoffen door chemiebedrijf Chemours in Dordrecht zijn hiervoor mede de aanleiding.

Chemours is in 2012 overgestapt op de GenX-technologie voor de productie van teflon. Voor die tijd maakte het bedrijf hierbij gebruik van perfluoroctaanzuur (PFOA), een zeer giftige stof die heel lang in het lichaam en de omgeving verblijft. Via het oppervlaktewater zijn deze stoffen uiteindelijk in het drinkwater terecht gekomen. Uit onderzoek van het drinkwaterbedrijf en het RIVM blijkt dat daarbij de veilige waarden niet worden overschreden.

Sinds 2013 geldt PFOA in Europa als ‘Substance of Very High Concern’, en wordt het gebruik steeds verder aan banden gelegd. De stof staat ook op de Nederlandse lijst van Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS) en er gelden strikte eisen aan emissies. Mede daarom is Chemours gestopt met het gebruik van PFOA. Over mogelijk schadelijke effecten van GenX is veel minder bekend. Ze zijn minder giftig dan PFOA, maar het is niet duidelijk hoe snel ze uit het lichaam verdwijnen. Voor de zekerheid heeft het RIVM nu aangenomen dat dit, net als bij PFOA, langzaam gaat.

Hierdoor bestaat het risico dat de stoffen zich in het lichaam ophopen, bijvoorbeeld via het eten van vis. Voor het afleiden van een waterkwaliteitsnorm is daarom informatie nodig over de opname van de GenX-stoffen door vissen. Daarom heeft de provincie Zuid-Holland Chemours inmiddels opgedragen hier nader onderzoek naar te doen. Het RIVM verwacht dat dit onderzoek in december wordt afgerond en dat het begin 2018 het normvoorstel voor GenX kan aanbieden aan het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW).

Naar aanleiding van Kamervragen heeft de toenmalige staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu toegezegd dat het RIVM zal gaan werken aan een methodiek om potentiële ZZS te identificeren om zo de risico’s voor volksgezondheid en milieu sneller in te kunnen schatten. “We willen veel eerder – bijvoorbeeld op basis van de chemische structuur van een stof – weten wat voor kwalijke eigenschappen een stof mogelijk kan hebben”, zegt RIVM-onderzoeker Els Smit.

Volgens de Europese chemicaliënverordening REACH moeten bedrijven die chemische stoffen maken of importeren hun stoffen registreren. Voor GenX is zo’n registratie inderdaad aanwezig, maar met de gegevens die de producent zelf heeft aangeleverd kunnen niet alle risico’s worden beoordeeld.

“We willen toe naar een systeem waarbij Nederlandse vergunningverleners als zij dat nodig achten meer informatie bij de producent kunnen opvragen”, zegt Smit. “En bijvoorbeeld extra eisen stellen tot we meer weten over de mogelijke risico’s.”

Afhankelijk van het type emissie kan in Nederland een vergunningverlener een provincie of gemeente zijn, waterschap of de Rijksoverheid zijn. Een eerste voorstel voor het identificeren van potentiële zorgstoffen is in concept gereed en wordt naar verwachting voor het einde van dit jaar aan het ministerie opgeleverd.

 

Binnenkort verschijnt op de website van H2O Waternetwerk een uitgebreid vakartikel over dit onderwerp van Els Smit en Ans Versteegh van het RIVM.

 
 
Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Ik geloof helemaal niets van dit doem verhaal. Zijn er nu al gebieden in de waddenzee die errst droog kwamen te liggen en nu niet meer? Zijn de oppervlaktes wadden tegen de eilenden en de vaste kustlijnen kleiner bij eb! Ik zie en hoor daar niets van! Wat ik wel hoor is dat de vaargeulen zeer snel verzanden en dat er 24 uur gebaggerd moet worden om te kunnen blijven varen.bwaar komt dat zand vandaan………..precies ! Dat is een continu proces en dat stopt niet door zeespiegel stijging. Dus maak je niet zo druk om de sterke natuur!
Wat een apart artikeltje Emile...  nitraat is niet organisch en liever stop ik wat zuurstof in infiltratiewater wanneer ik organische stoffen wil reduceren dan nitraat, dat immers het giftige nitriet kan vormen... de relatie met verbreding van irrigatiemogelijkheden met de aardappelteelt mort je nog maar eens uitleggen.. is toch iets heel anders? Joost
Hoi Marjolijn, bedankt voor je artikel. Het is duidelijk dat waterbeheer complex en uitdagend is, vooral nu klimaatverandering en hoger verbruik hun tol eisen. Gebieden zoals Zuid-Frankrijk en Catalonië staan niet op zichzelf met strenge restricties voor watergebruik.
Een interessant gegeven is dat 80% van ons drinkwater thuis wordt verbruikt. Daar ligt een enorme uitdaging, maar ook een kans om echt verschil te maken. Door slimmer om te gaan met de distributie van water, kunnen we helpen om het verbruik te verminderen zonder dat we daar veel van merken. Dit zou niet alleen helpen om onze waterbronnen te sparen, maar ook de druk op het systeem tijdens droge perioden verlagen.
Dit gaat verder dan alleen maar korter douchen; het gaat om een bewuste verandering in ons dagelijks leven om ervoor te zorgen dat er genoeg water is voor iedereen. Iemand iets gunnen. Beginnen met het nadenken over de oplossingen menukaart ook met water zoals we dat met energie doen - waar kunnen we besparen, hoe kunnen we efficiënter zijn, en hoe kunnen we ons aanpassen aan nieuwe omstandigheden?
Er is geen eenduidige oplossing voor het probleem, en additionele productie levert ons op langere termijn niets op. Misschien is het tijd om deze uitdaging aan te gaan en te kijken naar hoe we thuis ons watergebruik kunnen optimaliseren. 
Op dit moment (24 april 2024) na maandenlange neerslag is alles weer goedgekomen met hoog grondwater. De natuur hersteld zichzelf! Laat je niet beetnemen.
Afbreekbaarheid moet in de toekomst als eerste beoordelingsparameter voor toelating van stoffen worden ingevoerd. Er ontstaan anders onomkeerbare problemen in de toekomst.