Waterschapsbedrijf Limburg, een dochterbedrijf van waterschap Limburg, en waterschap Vallei en Veluwe richten samen een innovatieplatform op. Binnen dit platform willen ze de Verdygo-techniek verder ontwikkelen. Met deze techniek kunnen rioolwaterzuiveringsinstallaties worden ontworpen en gebouwd.
Vorige week ondertekenden de dijkgraven van waterschapsbedrijf Limburg en waterschap Vallei en Veluwe een intentieverklaring om de Verdygo-techniek samen verder te ontwikkelen. Met deze, door het waterschapsbedrijf Limburg ontwikkelde techniek, kunnen rioolwaterzuiveringsinstallaties op een modulaire wijze worden ontworpen en gebouwd. De techniek is al toegepast bij de Limburgse rioolwaterzuiveringsinstallaties in Roermond en Simpelveld.
De kern van Verdygo is de modulaire manier van ontwerpen en bouwen met behulp van bestaande technologieën. “Dat maakt het in vergelijking met reguliere systemen 20% goedkoper om te bouwen en 25% goedkoper om te onderhouden,” vertelt Michel Bouts, bestuurder van het Waterschapsbedrijf Limburg. “Zowel financieel als op duurzaamheidsgebied is door dit soort samenwerkingen dus mooie winst te behalen.”
Dankzij de samenwerking kan de Limburgse techniek ook elders in Nederland worden toegepast. Vallei en Veluwe verwacht dat de modulaire bouwwijze bij zal dragen aan de circulaire ambities van het waterschap. “Maar binnenkort zit ik ook bij waterschap Aa en Maas om tafel,” zegt Bouts, “en ook vanuit het buitenland is interesse. Wij werken op een transparante manier, al onze data zijn openbaar en toegankelijk. Binnen het innovatieplatform kunnen we samenwerken om de techniek verder te ontwikkelen, afhankelijk van de precieze behoeftes die er leven.”
Als eerste stap ontwikkelen Waterschapsbedrijf Limburg en Vallei en Veluwe samen een unit om cellulose terug te winnen uit afvalwater. Bouts: “Daar is Vallei en Veluwe nu naar op zoek. We hopen dit jaar de unit te kunnen plaatsen.”
De vraag is of dat dan komt door alleen de waterkwaliteit of dat het komt omdat we, bijvoorbeeld, gewoon gruwelijk dicht bevolkt zijn en ik al heel wat weilanden en dergelijke omgezet heb zien worden in woningen.
Mijn idee is overigens niet om te infiltreren in bestaande vennen - dat zou inderdaad de ecologie van die vennen veranderen – maar in aangelegde plassen (met een oppervlak minder dan 0,1 procent van de Veluwe). Die vallen droog, enkele dagen nadat infiltratie stopt. Infiltratieplassen hebben landschappelijk gezien wellicht wat waarde (als je saai naaldbos daarvoor kapt), aangaande natuur is die inderdaad beperkt.
Zeg 10 jaar geleden al waarschuwde ik dat we in 2027 in Nederland nooit de KRW doelen gaan halen. Ik betreur het ten zeerste dat ik gelijk ga krijgen. Ik voorspel nu dat we in 2030 met de mond vol tanden staan als Brussel ons vraagt wat onze plannen/maatregelen zijn om de Veluwe natuur en biodiversiteit te herstellen. Zonder fors ingrijpen in de waterbalans van het Veluwemassief gaan we verdroging echt niet bestrijden en zullen beken en sprengen niet structureel meer water voeren. Dat geef ik je op een briefje.