secundair logo knw 1

In het najaar van 2021 kwamen mbo-studenten uit Letland, Malta en Tsjechië op bezoek in Leeuwarden I foto: Ivars Pekani

De Europese Unie heeft een bedrag van 4 miljoen euro toegekend aan een samenwerkingsproject voor het versterken van het vakmanschap van mbo’ers in de watersector. Hieraan doen regio’s uit vijf landen mee, waaronder Friesland. Studenten en professionals krijgen extra kansen om internationale ervaring op te doen.

Het initiatief heet Platform of Vocational Excellence Water (PoVe Water) en wordt vier jaar lang financieel ondersteund door de EU. Het Centrum voor Innovatief Vakmanschap Water (CIV Water) en Learning Hub Friesland hebben dit platform opgebouwd onder de vlag van het Friesland College.

Erna van der WerffErna van der Werff

“Door de internationale samenwerking maken we watergerelateerde opleidingen in het middelbaar beroepsonderwijs superaantrekkelijk voor jongeren”, zegt directeur Erna van der Werff van Learning Hub Friesland. “Hiermee stimuleren we dat zij worden opgeleid tot wendbare vakmannen voor de toekomst. Daar zit de watersector echt om te springen.”

Tijdens een pilot in 2020 en 2021 is al de basis gelegd, vertelt Pieter Hoekstra, programmamanager bij het CIV Water. “Brussel was onder de indruk van hoe wij het aanpakken bij het innovatieve ecosysteem van de WaterCampus in Leeuwarden. Hierbij worden onderzoek, onderwijs en bedrijfsleven aan elkaar gekoppeld, om de ontwikkeling van vakmanschap te stimuleren. Aan de hand van ons voorbeeld is er een Europese blauwdruk voor excellent mbo gemaakt die op allerlei terreinen zal worden toegepast. Dat heeft geleid tot een EU-programma voor de periode tot en met 2027 waarin 400 miljoen euro zit.”

Vliegende start
Voor het vervolg van de samenwerking in het platform PoVE Water is een bedrag van 4 miljoen euro beschikbaar gesteld, waarvan 1,3 miljoen euro naar Friesland gaat. De andere Europese regio’s die de komende vier jaar deelnemen, bevinden zich in Estland, Letland, Malta en Tsjechië. Verder doet nog Universiteit Stellenbosch uit Zuid-Afrika mee, waarmee ook een intercontinentaal tintje aan het project wordt gegeven.

Pieter HoekstraPieter Hoekstra

Hoekstra spreekt over een vliegende start vanwege de eerdere pilot. “Vanuit Leeuwarden helpen we om in de andere regio’s een ecosysteem voor waterinnovatie in te richten. Dit vraagt om durven delen. In het buitenland is men dat nog niet zo gewend.”

Er zijn diverse onderwijspartijen uit Nederland betrokken bij het platform, zoals de mbo-instellingen MBO Life Sciences en Yuverta en de Universiteit Maastricht. Ook zijn waterbedrijf Vitens en Katapult, een netwerk van ruim 450 samenwerkingsverbanden tussen onderwijs en bedrijfsleven, partners in het project.

Internationaal extra kansen
Het Europese project heeft volgens Van der Werff een duidelijke meerwaarde. “Het CIV Water heeft al mooie waterprogramma’s en modules voor mbo’ers. We voegen eraan toe dat zij ook internationaal allerlei kansen krijgen, want daaraan schort het nu nog vaak. Studenten van Nederlandse watergerelateerde mbo-opleidingen kunnen onderwijs en stages volgen in andere Europese landen, terwijl professionals uit het bedrijfsleven kunnen meedoen aan internationale projecten. We mikken op jaarlijks honderd deelnemers per land.”

Hoekstra wijst erop dat naast Vitens ook vanuit andere landen drinkwaterbedrijven participeren. “Dat bevordert de uitwisseling van kennis en ervaring. Zo kunnen medewerkers van Vitens leren van hoe Malta omgaat met de problematiek van verzilting.”

De bedoeling van de samenwerking is om ‘vocational excellence’ verder te integreren in de watersector. Van der Werff licht toe: “Wij vertalen dat begrip in het Nederlands met ‘uitmuntend mbo’. Het houdt in dat een mbo-instelling niet met het onderwijs op een eigen eiland zit, maar ervoor zorgt dat studenten leren door te doen. Er is een sterke verbinding met het bedrijfsleven en studenten doen opdrachten die altijd echt zijn.”

Ontwikkeling van competenties
Het opdoen van ervaringen in het buitenland is hierbij erg waardevol, vervolgt Van der Werff. “Dit stimuleert de ontwikkeling van competenties die voor de waterprofessional van groot belang zijn. Denk bijvoorbeeld aan nieuwsgierigheid, proactief handelen en wendbaar zijn.” Hoekstra noemt nog de levenservaring die studenten opdoen. “Dat nemen ze mee in hun toekomstig werk.”

Binnen de samenwerking zullen ‘massive open online courses’ (MOOC’s) - gebaseerd op virtual reality - worden ontwikkeld. Hoekstra: “We willen deze online praktijkgestuurde modules aanbieden vanuit ons platform. Met een VR-bril of hololens kan iemand bijvoorbeeld een Tsjechisch waterprobleem verkennen.”

Creëren van stevig netwerk
Hoekstra en Van der Werff streven ernaar dat over vier jaar een stevig en uitgebreid netwerk is gecreëerd. “Het zou mooi zijn dat het platform dan zijn waarde voor de uitwisseling en ontwikkeling in het mbo heeft bewezen en we niet meer afhankelijk zijn van de financiële middelen uit Brussel.” Waaraan Hoekstra nog toevoegt: “En dat Leeuwarden een ‘global point of reference’ is voor hoe je de ontwikkeling van mbo’ers in de watersector stimuleert.”


MEER INFORMATIE
Bericht van CIV Water
Website pilot PoVE Water 
Video PoVE waterweken

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Ik geloof helemaal niets van dit doem verhaal. Zijn er nu al gebieden in de waddenzee die errst droog kwamen te liggen en nu niet meer? Zijn de oppervlaktes wadden tegen de eilenden en de vaste kustlijnen kleiner bij eb! Ik zie en hoor daar niets van! Wat ik wel hoor is dat de vaargeulen zeer snel verzanden en dat er 24 uur gebaggerd moet worden om te kunnen blijven varen.bwaar komt dat zand vandaan………..precies ! Dat is een continu proces en dat stopt niet door zeespiegel stijging. Dus maak je niet zo druk om de sterke natuur!
Wat een apart artikeltje Emile...  nitraat is niet organisch en liever stop ik wat zuurstof in infiltratiewater wanneer ik organische stoffen wil reduceren dan nitraat, dat immers het giftige nitriet kan vormen... de relatie met verbreding van irrigatiemogelijkheden met de aardappelteelt mort je nog maar eens uitleggen.. is toch iets heel anders? Joost
Hoi Marjolijn, bedankt voor je artikel. Het is duidelijk dat waterbeheer complex en uitdagend is, vooral nu klimaatverandering en hoger verbruik hun tol eisen. Gebieden zoals Zuid-Frankrijk en Catalonië staan niet op zichzelf met strenge restricties voor watergebruik.
Een interessant gegeven is dat 80% van ons drinkwater thuis wordt verbruikt. Daar ligt een enorme uitdaging, maar ook een kans om echt verschil te maken. Door slimmer om te gaan met de distributie van water, kunnen we helpen om het verbruik te verminderen zonder dat we daar veel van merken. Dit zou niet alleen helpen om onze waterbronnen te sparen, maar ook de druk op het systeem tijdens droge perioden verlagen.
Dit gaat verder dan alleen maar korter douchen; het gaat om een bewuste verandering in ons dagelijks leven om ervoor te zorgen dat er genoeg water is voor iedereen. Iemand iets gunnen. Beginnen met het nadenken over de oplossingen menukaart ook met water zoals we dat met energie doen - waar kunnen we besparen, hoe kunnen we efficiënter zijn, en hoe kunnen we ons aanpassen aan nieuwe omstandigheden?
Er is geen eenduidige oplossing voor het probleem, en additionele productie levert ons op langere termijn niets op. Misschien is het tijd om deze uitdaging aan te gaan en te kijken naar hoe we thuis ons watergebruik kunnen optimaliseren. 
Op dit moment (24 april 2024) na maandenlange neerslag is alles weer goedgekomen met hoog grondwater. De natuur hersteld zichzelf! Laat je niet beetnemen.
Afbreekbaarheid moet in de toekomst als eerste beoordelingsparameter voor toelating van stoffen worden ingevoerd. Er ontstaan anders onomkeerbare problemen in de toekomst.