secundair logo knw 1

WATERBLOG - De gezamenlijke investeringsagenda ‘Naar een duurzaam Nederland’ van het IPO, de VNG en de Unie van Waterschappen moet een impuls geven aan de energietransitie, klimaatadaptatie en de circulaire economie. Zo op het eerste gezicht lijken dat drie tamelijk los van elkaar staande maatschappelijke opgaven.

Portretfoto Joost lachend 220

door Joost Buntsma

Tijdens een van de recente gesprekken over de uitvoering van die investeringsagenda moest ik terug denken aan november 2009. Ik mocht aanwezig zijn bij de klimaatonderhandelingen in Kopenhagen. Onderhandelingen die jammer genoeg mislukten omdat zes kleine Zuid-Amerikaanse landen zich afzetten tegen het kapitalistische westen en niet wilden instemmen met het akkoord dat toen op tafel lag. Het kostte nog eens zes jaar voordat het in 2015 in Parijs wel lukte. Maar dat terzijde.

Tijdens de onderhandelingen maakte ik namens DGWater deel uit van het Nederlandse onderhandelingsteam voor het onderwerp (klimaat)adaptatie. Een onderbelicht onderwerp naar mijn gevoel. Ook toen al werden delen in de wereld getroffen door overstromingen, droogte en bosbranden. Toch lag de nadruk vooral op mitigatie, het reduceren van de CO2-uitstoot, het overgaan op andere energiebronnen en de gevolgen daarvan op de economische groei. Als ‘waterman’ in hart en nieren was het voor mij destijds allemaal een beetje frustrerend. Zeker omdat de noodzaak van klimaatadaptatie toch overduidelijk aanwezig leek.

De afgelopen weken heeft het natuurgeweld weer genadeloos toegeslagen: bosbranden in Zuid-Frankrijk, Portugal, Corsica, Canada en Los Angeles; de orkanen Harvey, Irma en Jorge op St Maarten, Cuba en Florida; hevige regenval in Livorno en Rome en overstromingen in grote delen van Zuid-Azië. Het lijkt niet op te houden. Dat klimaatverandering toch voor ten minste een deel verantwoordelijk is voor deze weersextremen, lijkt geen discussie meer. Ook het KNMI en HKV hebben in opdracht van STOWA aangetoond dat het Nederlandse weer extremer wordt.

Terug naar mijn verblijf in Kopenhagen. Een Duitse collega die al wat langer meedraaide zag mijn worsteling met de eenzijdige aandacht voor mitigatie en zei:  “Joost, be happy and realise mitigation is the first and most urgent step in climate change adaptation.” Ik mopperde nog even na, maar even later begon het lichtje toch te branden. Die uitspraak is precies datgene wat energietransitie, klimaatadaptatie en de circulaire economie - de drie onderwerpen uit de gezamenlijke investeringsagenda - met elkaar verbindt.

Waterschappen, maar ook hun partners gemeenten en provincies, staan de komende decennia aan de lat voor miljarden investeringen in de verbetering van dijken, aanpassingen in de ruimtelijke ordening, de waterketen en het watersysteem. Als we niet uitkijken is dat dweilen met de kraan open. Vanuit dat gegeven ligt voor mij de vraag op tafel of waterschappen vanuit hun verantwoordelijkheid voor het aanpassen aan klimaatverandering zich niet met net zoveel energie zich zouden moeten richten op energietransitie en circulaire economie. En de vraag stellen is hem beantwoorden... 

Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.

Joost Buntsma is directeur van Stowa

 

 

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Het is van belang om onderzoek te doen naar de waterkwaliteit o.a. PFAS-stoffen voordat ergens regenwater of oppervlaktewater via infiltratieputten naar grondwaterlichaam gebracht kan worden. Verslechtering van kwaliteit grondwater voorkomen, door zuivering van het infiltratiewater is veelal noodzakelijk.
Knap om in deze discussie de landbouwtransitie geheel buiten beschouwing te laten. In plaats van het natuurlijk vermogen van de bodem om water vast te houden te herstellen én de watervraag vanuit de land- en tuinbouw drastisch te verminderen, bijvoorbeeld door regeneratieve akkerbouw en voedselbossen, wordt er (weer) voornamelijk naar technologische oplossingen gekeken zoals water opslaan in de diepe ondergrond. Het enige positieve plan is het initiatief rondom het wegsijpelende water van de Brabantse wal. Maar ook dat is symptoombestrijding in plaats van het aanpakken van de oorzaak waardoor dat water wegsijpelt....Hopelijk is de nieuwe dijkgraaf wat meer een visionair als het gaat om structurele maatregelen om water en bodemsturend echt in de praktijk te brengen!
Na mijn mening een totaal verkeerd initiatief. Waarom niet het meetnet inzetten om  juist een overschrijding te voorkomen. Gewoon een kwestie van de normen lager in te stellen en snel ingrijpen als de voorwaarschuwing in gaat.
Duidelijk weer boeren! 
@Maria WitmerJe link is helaas al weer verlopen...
De vraag is of dat dan komt door alleen de waterkwaliteit of dat het komt omdat we, bijvoorbeeld, gewoon gruwelijk dicht bevolkt zijn en ik al heel wat weilanden en dergelijke omgezet heb zien worden in woningen.
Je hebt gelijk Herman, regenwater is zachter en zoeter dan sterk voorgezuiverd rivierwater, maar aangaande microverontreinigingen niet per sé schoner. Met RO kun je overigens ook de ionensamenstelling van infiltratiewater aanpassen en ook macro ionen wegnemen. Maar dat zou waanzin zijn. Infiltratiewater dat inzijgt in de centrale delen van de Veluwe neemt namelijk een diepe, zeer lange weg en duikt pas na duizenden (!) jaren weer op buiten de Veluwe. En dus NIET in beken en sprengen.
Mijn idee is overigens niet om te infiltreren in bestaande vennen - dat zou inderdaad de ecologie van die vennen veranderen – maar in aangelegde plassen (met een oppervlak minder dan 0,1 procent van de Veluwe). Die vallen droog, enkele dagen nadat infiltratie stopt. Infiltratieplassen hebben landschappelijk gezien wellicht wat waarde (als je saai naaldbos daarvoor kapt), aangaande natuur is die inderdaad beperkt.
Zeg 10 jaar geleden al waarschuwde ik dat we in 2027 in Nederland nooit de KRW doelen gaan halen. Ik betreur het ten zeerste dat ik gelijk ga krijgen. Ik voorspel nu dat we in 2030 met de mond vol tanden staan als Brussel ons vraagt wat onze plannen/maatregelen zijn om de Veluwe natuur en biodiversiteit te herstellen. Zonder fors ingrijpen in de waterbalans van het Veluwemassief gaan we verdroging echt niet bestrijden en zullen beken en sprengen niet structureel meer water voeren. Dat geef ik je op een briefje.