secundair logo knw 1

Dat Nederland als waterland in trek is, blijkt op de Aqua Nederland Vakbeurs in Gorinchem die nog tot en met donderdag duurt. De buitenlandse vertegenwoordiging is weer gegroeid.

Een nieuwkomer op de beursvloer is Hamilton. Het Zwitsers-Amerikaanse bedrijf is een wereldspeler op het terrein van sensoren. “De Nederlandse waterwereld is heel belangrijk”, zegt Zeger de Vente. “Ik verwacht veel van de beursdeelname. De kwaliteit van de bezoekers is hoog.”

De markt van sensoren is volgens De Vente een interessante niche. Hamilton streeft in Nederland naar omzetgroei en werkt onder andere samen met Wetsus en Royal HaskoningDHV. Zo worden de sensoren gebruikt in een aantal Nereda-installaties. Bij de beurs toont Hamiliton een nieuw soort intelligente sensor. “Deze is ontwikkeld voor Industrie 4.0”, licht De Vente toe. “Er is geen kastje meer, maar alles is compleet verwerkt in de sensor. Wanneer de kwaliteit achteruitgaat, is de sensor in staat zichzelf te bestellen. Dan kan die tijdig worden vervangen.”

Danfoss Drives
Danfoss Drives is al langer van de partij bij de beurs. Het Deense bedrijf heeft sinds zeven jaar een stand, vertelt Sylvia Heije. “Wij staan hier vanwege de toegankelijkheid. De beurs is er voor alle vakmensen, ook die op de werkvloer.”

Het bedrijf viert dit jaar een klein jubileum, want vijftig jaar geleden bracht de oprichter de eerste in serie geproduceerde frequentieregelaar op de markt. “Het bijzondere is dat we ons nog steeds alleen richten op motoronafhankelijke frequentieregelaars”, zegt Heije. “Voor ons is Nederland een interessante markt. Ik verwacht de komende jaren een gestage groei.” Zij toont het laatste snufje: een communicatiepanel dat draadloos is verbonden met een frequentieregelaar. “Zo kun je via een app op je smartphone of tablet de status van de frequentieregelaar en motor zien.”

De frequentieregelaars van Danfoss Drivers worden ingezet bij de fabriek voor afvalwaterbehandeling in de gemeente Aarhus. Mede hierdoor wordt veel meer energie opgewekt dan gebruikt. De elektriciteitsproductie in de zuivering is nu 234 procent per jaar. Het energieoverschot na eigen gebruik wordt benut voor de warmtevoorziening in Aarhus. Heije: “Zo’n hoog percentage wordt nergens anders ter wereld gehaald. Toen we hierover onlangs een presentatie hielden voor medewerkers van Nederlandse waterschappen, waren zij enthousiast.”

 

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte mevr. Sien Kok,
alles is onlosmakelijk atomair verbonden binnen relativiteit van tijd/ruimte en eenheid geest stof, telen zonder chemie, inschakelen industrie en prive personen telt allemaal, maar denk ook even aan satellieten met hun negatieve effect op klimaat, 24/7. U geeft oude wetmatigheden een nieuw jasje. Succes, Jan Kalverdijk
Interessant. Hoe staat het met de PFAS-hoeveelheden die bij Chemelot in de Maas worden geloosd, wordt hier wel op gehandhaafd? 
Niet zo vreemd dat van die akker- en weidevogelsoorten de populaties teruglopen . Dat kan je zo hebben als je het vol zet met zonnepanelen en windturbines (birdblenders).
Dit heb ik ook nodig. Wij maken van slootmaaisel, een nieuw product, Wortelbeton, voor waterschap Rijnland. Artificiële Rietzudde, voor KRW- doelen. We hebben nog een toepassing van Wortelbeton en dat is veen maken. Daarmee werken we samen met gem Amsterdam en Waternet/AGV en VIP_NL. 
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
@Almer BolmanEens Almer, de laatste twee kalenderjaren waren uitzonderlijk, extreem nat. En enkele jaren daarvoor extreem droog. Het lijkt er echter op dat wateroverlast eerder een reden is om in actie te komen dan droogte. De flanken van de Veluwe (en de beken aldaar) reageren zeer snel op natte en droge perioden omdat -zoals je weet - de reservoircoëfficiënt daar gering is. Daarom is mijn plan om juist niet op de flanken - dat heeft geen zin - maar op de hoge delen (daar is de genoemde coëfficiënt groot en de grondwaterstand diep) de grondwateraanvulling te vergroten, ofwel door vermindering van de verdamping ofwel door gecontroleerde (!) infiltratie van perfect voorgezuiverd rivierwater. Het doel is te bereiken dat beken en sprengen weer hóger op het massief ontspringen en langer water voeren. Dat zal een enorme boost geven aan natuur en biodiversiteit. Het kwelwater naar de beken is overigens geen infiltratiewater, het is en blijft geïnfiltreerd regenwater. Als we in hoge delen van de Veluwe water infiltreren, kiest dat een diepe, uitermate lange, langzame weg naar de randen van de Veluwe waar het pas na eeuwen - misschien zelfs millennia - opkwelt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.