Meer dan honderd boeren uit Drenthe en Oost-Groningen zaaien deze maand de randen van hun akkers in met een mix van bloemen en grassen. Daarmee willen ze het gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen terugbrengen. Het gaat in totaal om circa 400 kilometer.
De boeren doen mee aan het project ‘Meer kennis, minder gewasbeschermingsmiddelen’ van Waterschap Hunze en Aa’s, de provincies Groningen en Drenthe, de Agrarische Natuurvereniging Oost-Groningen (ANOG) en Agrarische Natuur Drenthe (AND).
Volgens Jorian Huisman van AND gaat het om een uniek project. ''De deelnemers delen hun kennis en ervaringen in studiegroepen. Die focussen op een onderwerp: waterkwaliteit, natuurlijke plaagbestrijding of onkruidbeheersing. Zo ontwikkelen ze samen meer kennis over het effect en de teelt van akkerranden en halen ze er meer rendement uit.’’
In Drenthe begint het project dit jaar, in Oost-Groningen loopt het al langer. De eerste resultaten daar zijn veelbelovend, aldus de initiatiefnemers. Zo zijn er deelnemers die de afgelopen jaren aanmerkelijk minder of zelfs helemaal geen bestrijdingsmiddelen meer hebben gebruikt. ''De aanleg van akkerranden is een stap naar een toekomstbestendige landbouw met minder gewasbeschermingsmiddelen’’, concluderen zij.
Buffer
Met het inzaaien van hun akkerranden willen de boeren voorkomen dat gewasbeschermingsmiddelen in het water terechtkomen. Die akkerranden dragen daar op twee manieren aan bij: ze vormen een buffer tussen sloot en akker en ze zorgen voor nuttige insecten. Die laatsten dragen bij aan een natuurlijke plaagbestrijding, waardoor er minder gewasbeschermingsmiddelen gebruikt hoeven te worden.
In Drenthe en Oost-Groningen gaat het met name om percelen met aardappels, graan of bieten, die grenzen aan sloten. In totaal zaaien de boeren 2000 kilo zaaizaad in. Dat betreft inheemse soorten, zoals duivenblad, klaver, luzerne, smalle weegbree en margriet. De deelnemers krijgen een vergoeding voor het verlies aan landbouwgrond, een strook van zo’n 3 tot 4 meter breed.
De boeren houden zelf in de gaten wat het effect is van de bloemrijke akkerranden. Met de app ‘Scan je sloot’ monitoren ze de kwaliteit van het water, vertelt Huisman. ''Welke planten groeien er, welke insecten en vissen zijn er te vinden? Dat geeft een goede indicatie.’’
Regelgeving
Hoeveel procent van alle boeren in de regio nu meedoet, weet hij niet. Maar mede vanwege de strengere regelgeving voor gewasbeschermingsmiddelen zijn steeds meer boeren enthousiast.
Het Gronings/Drentse project is onderdeel van het landelijke Deltaplan Agrarisch Waterbeheer, dat samenwerking met de waterschappen wil bevorderen.
De vraag is of dat dan komt door alleen de waterkwaliteit of dat het komt omdat we, bijvoorbeeld, gewoon gruwelijk dicht bevolkt zijn en ik al heel wat weilanden en dergelijke omgezet heb zien worden in woningen.
Mijn idee is overigens niet om te infiltreren in bestaande vennen - dat zou inderdaad de ecologie van die vennen veranderen – maar in aangelegde plassen (met een oppervlak minder dan 0,1 procent van de Veluwe). Die vallen droog, enkele dagen nadat infiltratie stopt. Infiltratieplassen hebben landschappelijk gezien wellicht wat waarde (als je saai naaldbos daarvoor kapt), aangaande natuur is die inderdaad beperkt.
Zeg 10 jaar geleden al waarschuwde ik dat we in 2027 in Nederland nooit de KRW doelen gaan halen. Ik betreur het ten zeerste dat ik gelijk ga krijgen. Ik voorspel nu dat we in 2030 met de mond vol tanden staan als Brussel ons vraagt wat onze plannen/maatregelen zijn om de Veluwe natuur en biodiversiteit te herstellen. Zonder fors ingrijpen in de waterbalans van het Veluwemassief gaan we verdroging echt niet bestrijden en zullen beken en sprengen niet structureel meer water voeren. Dat geef ik je op een briefje.