secundair logo knw 1

Demonstratie waterkeringen in de proeftuin Flood Proof Holland van TU Delft | Foto blueice

In de strijd tegen het hoge water in de laatste weken van 2023 en het begin van 2024 werden op grote schaal zandzakken en met zand gevulde big bags ingezet om kades en dijken te versterken en tijdelijke keringen te bouwen. Een arbeidsintensieve en logistiek ingewikkelde methode waar de beheerders nog altijd op terugvallen als het water snel stijgt. Zijn er geen alternatieven? TU Delft onderzoekt ze in de proeftuin Flood Proof Holland.

In Nederland werden overal zandzakken gestapeld tijdens de afgelopen wateroverlastweken. In Noord-Holland stonden in kustplaatsen als Hoorn en Volendam met zand gevulde gele big bags als verdediging tegen het hoge water in het Markermeer. Ook in andere delen van Nederland werden big bags gebruikt om de hoge afvoer in beken en rivieren in toom te houden.

In andere landen in Noordwest-Europa hetzelfde beeld. In het noorden van Frankrijk moesten zandzakken op tal van plekken het water tegenhouden en in de Duitse deelstaat Nedersaksen raakte de voorraad zelfs op, toen er 1,9 miljoen zakken waren geplaatst om verzadigde en verzwakte dijken te versterken. De auroriteiten deden een beroep op andere deelstaten om zandzakken te leveren.


Zandzak en big bag no2


De zandzak als noodkering: de methode vergt veel zand, plaatsing is arbeidsintensief en logistiek ingewikkeld - zijn er geen alternatieven? Jazeker, zegt Bas Jonkman, hoogleraar Waterbouwkunde aan de TU Delft. "Er zijn betere en snellere alternatieven."

In de proeftuin Flood Proof Holland zijn ze te vinden. Daar doet de technische universiteit sinds 2013 onderzoek naar innovatieve oplossingen om overstromingsrisico's te verminderen. In verschillende openluchtbassins kan water naar behoefte worden ingelaten en afgevoerd om hoogwater en overstromingen te simuleren.

Op vrijdag 12 januari werden in het kader van het 10-jarig bestaan van het innovatieprogramma VPDelta+ en de Dies Natalis 'Redesigning deltas' van TU Delft meerdere toepassingen gedemonstreerd, zoals de BoxBarrier, de Tubebarrier, het Waterschot, de Vlotterkering en de Mobiele dijk. De belangstelling voor de demonstratie was aanzienlijk, de recente overstromingsperikelen indachtig.

In de toelichting werd onder meer gezegd: "We grijpen in Nederland nog altijd naar de zandzak, terwijl er zoveel andere toepassingen zijn. Daar moeten de waterschappen eens naar kijken."

Een impressie van de demonstratie

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte mevr. Sien Kok,
alles is onlosmakelijk atomair verbonden binnen relativiteit van tijd/ruimte en eenheid geest stof, telen zonder chemie, inschakelen industrie en prive personen telt allemaal, maar denk ook even aan satellieten met hun negatieve effect op klimaat, 24/7. U geeft oude wetmatigheden een nieuw jasje. Succes, Jan Kalverdijk
Interessant. Hoe staat het met de PFAS-hoeveelheden die bij Chemelot in de Maas worden geloosd, wordt hier wel op gehandhaafd? 
Niet zo vreemd dat van die akker- en weidevogelsoorten de populaties teruglopen . Dat kan je zo hebben als je het vol zet met zonnepanelen en windturbines (birdblenders).
Dit heb ik ook nodig. Wij maken van slootmaaisel, een nieuw product, Wortelbeton, voor waterschap Rijnland. Artificiële Rietzudde, voor KRW- doelen. We hebben nog een toepassing van Wortelbeton en dat is veen maken. Daarmee werken we samen met gem Amsterdam en Waternet/AGV en VIP_NL. 
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
@Almer BolmanEens Almer, de laatste twee kalenderjaren waren uitzonderlijk, extreem nat. En enkele jaren daarvoor extreem droog. Het lijkt er echter op dat wateroverlast eerder een reden is om in actie te komen dan droogte. De flanken van de Veluwe (en de beken aldaar) reageren zeer snel op natte en droge perioden omdat -zoals je weet - de reservoircoëfficiënt daar gering is. Daarom is mijn plan om juist niet op de flanken - dat heeft geen zin - maar op de hoge delen (daar is de genoemde coëfficiënt groot en de grondwaterstand diep) de grondwateraanvulling te vergroten, ofwel door vermindering van de verdamping ofwel door gecontroleerde (!) infiltratie van perfect voorgezuiverd rivierwater. Het doel is te bereiken dat beken en sprengen weer hóger op het massief ontspringen en langer water voeren. Dat zal een enorme boost geven aan natuur en biodiversiteit. Het kwelwater naar de beken is overigens geen infiltratiewater, het is en blijft geïnfiltreerd regenwater. Als we in hoge delen van de Veluwe water infiltreren, kiest dat een diepe, uitermate lange, langzame weg naar de randen van de Veluwe waar het pas na eeuwen - misschien zelfs millennia - opkwelt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.