secundair logo knw 1

Hoeveel grondwater is er wereldwijd beschikbaar voor landbouw en welke maatregelen moeten genomen worden om duurzaam met de grondwatervoorraden om te gaan? Op deze vragen zoekt Inge de Graaf van de WUR antwoorden. Ze kreeg een Europese beurs om een model te ontwikkelen waarin de beschikbaarheid van grondwater wordt gekoppeld aan de landbouwproductie in de wereld.

Inge de GraafInge de GraafInge de Graaf is universitair docent aan de WUR, bij de onderzoeksgroep Water Systems and Global Change. Ze heeft een Starting Grant van 1,5 miljoen euro gekregen van de European Research Council. “Deze beurs geeft me de gelegenheid om een eigen onderzoeksgroep op te zetten en een model te ontwikkelen waarin we de beschikbaarheid van grondwater en de waterbehoefte van gewasproductie aan elkaar linken.”

De Graaf wil op mondiale schaal onderzoeken hoeveel grondwater op een duurzame manier opgepompt kan worden en bekijken in hoeverre dit grondwater bijdraagt aan de voedselproductie. “Met duurzaam bedoelen we hoeveel grondwater gebruikt kan worden zonder dat rivieren droogvallen en ecosystemen bedreigd worden.”

Volgens De Graaf is dit de eerste keer dat de landbouwproductie en de grondwaterbeschikbaarheid aan elkaar gekoppeld worden in een wereldwijd model. “Eigenlijk verbinden we drie bestaande modellen: een grondwatermodel, een oppervlaktewatermodel en een model voor gewasproductie. Met dit model willen we vervolgens iets zeggen over de situatie nu en in de toekomst.”

Adaptatiescenario’s
Om dit doel te bereiken, wil De Graaf de bestaande modellen eerst verbeteren. “Dan gaan we los. Eerst door de resultaten te valideren aan de hand van historische data. Daarna gaan we bekijken waar in de wereld problemen met de grondwaterverzorging de kop op zullen steken. Uiteindelijk hopen we te komen tot bepaalde adaptiescenario’s. Die zullen per regio verschillen, omdat er niet één aanpak is die overal ter wereld haalbaar is. Maar het gaat erom manieren te vinden om de druk op het grondwater te verminderen. Dat kan bijvoorbeeld door het beperken van waterverlies bij irrigatie, door het ontzouten van zeewater of door het aanvullen van het grondwaterreservoir.”

Met de invloed van de klimaatverandering en de mondiale populatiegroei is het volgens De Graaf bijzonder belangrijk om scenario’s te ontwikkelen over voedselproductie en waterbeschikbaarheid. “In grote gebieden van de wereld komen problemen op ons af. Tegelijkertijd weten we nog heel veel niet over waterbeschikbaarheid en watergebruik. Door het vergroten van onze kennis en het uitwerken van deze kennis in realistische toekomstscenario’s kunnen we een stapje zetten in de richting van oplossingen.”

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Afbreekbaarheid moet in de toekomst als eerste beoordelingsparameter voor toelating van stoffen worden ingevoerd. Er ontstaan anders onomkeerbare problemen in de toekomst.
In aanvulling hierop: Wij hebben voor terrein- en rivierbeheerders (VNBE) nog meer maatregelen in kaart gebracht om deze problemen te mitigeren (zie ook bijlage):
 
@Hans MiddendorpHoi Hans, beetje makkelijke reactie van het waterschap ('eerst moeten de waterbedrijven wat doen, tot die tijd kunnen wij niks doen'). De Waprog plaatste in 1986, in één jaar tijd, meer dan 100.000 watermeters bij gezinnen thuis. Dat kostte toen maar 150 gulden (!) per watermeter. Als de waterpartners echt zouden willen samenwerken, kan dit zo zijn opgelost. Dus ja, bureaucratie zegeviert. Niet iets om trots op te zijn.
@Gert Timmerman Eens. We moeten met al ons water zuinig omgaan (en het niet verontreinigen) zeker met zoet grondwater en met drinkwater.