secundair logo knw 1

  • Colors: Blue Color

In hoeverre is bekend hoe Nederlanders denken over de drinkwatervoorziening van de toekomst? En in welke mate verschillen wensen en voorkeuren van klanten van elkaar? Onderzoek wijst uit dat ‘de drinkwaterklant’ zich niet laat vangen onder één noemer. Op basis van de zeer verschillende prioriteiten die klanten hebben als het gaat om de (toekomstige) drinkwatervoorziening kan onderscheid gemaakt worden maken tussen vier verschillende klantprofielen. Drinkwaterbedrijven kunnen deze kennis inzetten om de dienstverlening te verbeteren, communicatie naar de klant beter ‘op maat’ te maken en in het algemeen de relatie met de klant te verbeteren.

Er zijn tools ontwikkeld waarmee ontwerpers, deskundigen en belanghebbenden samen conceptuele ontwerpen kunnen opstellen om te helpen de gebouwde omgeving waterrobuust en klimaatbestendig te maken. De Climate Adaptation App helpt deelnemers een long list van mogelijke maatregelen op te stellen. Vervolgens kan met de Adaptation Support Tool worden geschetst waar welke maatregelen getroffen kunnen worden en wordt direct berekend hoe doelmatig ze naar verwachting zullen zijn (rekenen en tekenen). Water- en klimaatopgaven worden op (kosten)effectieve wijze ingevuld en de toegevoegde waarde van ingrepen voor de leefbaarheid gemaximaliseerd. Deze werkwijze en tools zijn met succes toegepast in diverse ontwerpworkshops.

Diverse steden worstelen met het klimaatbestendig inrichten van het stedelijk gebied, aangezien dit naast ruimte en budget, vergaande afstemming vraagt met diverse partijen. Ook is er meer onderzoek nodig naar het langetermijnfunctioneren van klimaatadaptieve inrichting om de kosteneffectiviteit ervan te bepalen ten opzichte van conventionele watersystemen. De onderzoeksresultaten moeten gedeeld worden met het onderwijs en overheden en bedrijven. Het participerende praktijkonderzoek ‘full scale testen’ als onderdeel van masterclasses, in opdracht van het ministerie van I&M, is een plek waar deze partijen samen komen om klimaatadaptieve inrichting te evalueren en te optimaliseren.

Dit artikel beschrijft de resultaten van een onderzoek van Waterschap Vallei en Veluwe, Waterschap Vechtstromen en Tauw naar het effect van beschaduwing op de temperatuur van R4-, R5- en R6-beken. De belangrijkste conclusie is dat volledig beschaduwde beektrajecten van het type R4 en R5 relatief koel zijn in verhouding tot minder beschaduwde trajecten. Het waargenomen verschil kan oplopen tot 2oC. Verder bleek dat de koelste trajecten vaak beschaduwd waren met bredere stroken bos, terwijl de iets warmere, geheel beschaduwde trajecten alleen beschaduwd waren met een enkele bomenrij. Voor type R6 bleek dit verkoelende effect nauwelijks aantoonbaar.

Tauw heeft onderzoek gedaan naar de haalbaarheid van de hydrologische herstelmaatregelen in de Natura 2000-gebieden die onder het Programma Aanpak Stikstof (PAS) vallen en hoe organisaties omgaan met het maatschappelijke (gemis aan) draagvlak. Hieruit blijkt dat de aanpak per organisatie verschilt. Helderheid over het participatieproces en goede communicatie zijn zeer belangrijk om de haalbaarheid van de herstelmaatregelen te vergroten. Per regio verschilt de gewenste aanpak. Voor veel Natura 2000-gebieden is er nog sprake van een achterstand in het gebiedsproces, waardoor er een gemis aan draagvlak is voor de uit te voeren herstelmaatregelen. Daarbij is maatwerk nodig.

In Nederland ligt ruim 13.000 kilometer persleiding. Een groot deel van de persleidingen in Nederland stamt uit de jaren ‘70 en nadert het eind van de beoogde levensduur. Het inspecteren van persleidingen is, anders dan bij vrijvervalriolering, (nog) geen routinematige activiteit van de leidingbeheerders. Het belang hiervan zal in de komende jaren toenemen. Om dit te faciliteren is een handreiking ontwikkeld voor inventarisatie en inspectie van persleidingen [1]. Dit artikel beschrijft de opzet en achtergronden van deze handreiking.
(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

@LaumannsZoals gezegd laumanns het middel werd en wordt niet gebruikt in de bollenteelt en sierteelt sector!
@LaumannsLezen is voor Laumanns een kunst. Als het middel niet gebruikt is in de bollenteelt, waarom dan volharden in de beschuldiging naar die sector toe? Bijzonder.
Het lijkt er toch wel zeer aannemelijk dat bollenboeren deze bestrijdingsmiddelen nog steeds illegaal gebruiken, gewoon omdat ze er mee weg komen. Dit omdat de NVWA te weinig mankracht heeft en het Waterschap weer eens zeer gemakkelijk ervan uitgaat dat oa boerenbedrijven zich aan de wet houden en de gifmiddelen niet zouden gebruiken.
Wat opvalt is dat wederom MOB dit aan het licht brengt en het zonder MOB gewoon onder het tapijt was geschoffeld. Het gaat nl om metingen van Hoogheemraadschap Hollands Noorderwartier uit 2022 zelf die door MOB zijn geanalyseerd.
Het is echter de verantwoordelijkheid vh waterschap zelf om de metingen te analyseren en daarop actie te ondernemen door onderzoek te starten en de NVWA te waarschuwen. Dat is niet gebeurd, want pas nu, bijna 2 jaar na de metingen en alleen op instigatie van MOB, start het waterschap een onderzoek. Het lijkt er sterk op dat het waterschap doelbewust nalatig is en dat dat komt omdat de boeren te sterk zijn vertegenwoordigd in dit orgaan. Burgers, flora en fauna zijn de dupe.
Eerlijk gezegd, het lijkt mij evident dat deze opzettelijke nalatigheid vh waterschap onrechtmatig is. Corruptie zou ik zelfs niet uitsluiten. Maar natuurlijk, gaan we uit van bovenwettelijke inspanningen vh waterschap dat ze zich aan de wet houden, net als de boeren… Het kan toch niet zo zijn dat het waterschap ooit iets verkeerd zou doen? Nee mensen, het waterschap treft geen blaam, zij zorgen er heus wel voor dat u weer rustig kunt slapen, toch? Of had de NVWA dan toch eigenlijk ietsjes (2 jaar eerder) gewaarschuwd moeten worden?  Nou ja, zo erg is het niet, 1 op de 3 mensen krijgt kanker of heeft 't gehad dus waar maken we ons zorgen over….
@Rien VerstallenMisschien ook de anti vries of de-icers die gebruikt zijn bij de vliegbasis.