Nu de waterkerende functie van de Hondsbossche Zeewering is vervallen doet zich de mogelijkheid voor om natuurgericht beheer toe te passen. Hiervoor is gekozen voor sinusbeheer. Uit regelmatige inventarisaties bleek zowel de flora als de fauna te profiteren van dit nieuwe beheer.

Download hier de pdf van dit artikel

Geschreven door Richa Nanne (Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier), Cyril Liebrand (EURECO ecologisch onderzoek & advies)

Bij zijn afscheid als voorzitter van de Unie van Waterschappen op 15 december 2015 sprak Peter Glas de wens uit om in de toekomst te streven naar sterke, bloemrijke dijken. Hij noemde het concept de Flower Power Dijk. Sindsdien streven steeds meer waterschappen naar een hogere soortenrijkdom en meer biodiversiteit op hun dijken. Een goed voorbeeld is de Hondsbossche Zeewering waar, na gewijzigd beheer, onder meer de zeldzame Bijenorchis en Hondskruid opkwamen.

Waterkerende functie vervallen
In het verleden had de Hondsbossche Zeewering een waterkerende functie. Het beheer van de waterkering was dan ook volledig gericht op de instandhouding van een kwalitatief optimale dijk ten behoeven van de waterveiligheid. De grasmat werd kort gehouden zodat dijkinspecties uitvoerbaar waren. Door de aanleg van een strand en een duingebied verviel de primaire taak van de zeewering. Hierdoor ontstond ruimte om het beheer aan te passen en te richten op verhoging van de biodiversiteit. Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) zet zich steeds meer in voor deze doelstellingen.

Objectbeheerder Martien Witte speelde bij het waterschap een belangrijke rol in deze koerswijziging. Hij was destijds geïnspireerd door een boek over de trektocht van de Atalanta. Deze vlinder trekt deels langs de kust en heeft door zijn hoge energieverbruik veel behoefte aan voedsel. Het leek Witte mooi als de Hondsbossche Zeewering hierin door aangepast beheer een bijdrage aan kan leveren.

Bovendien kan de dijk voor vele plant- en diersoorten een verbindingszone vormen tussen de Schoorlse Duinen en de Pettemerduinen. In samenwerking met de Vlinderstichting heeft HHNK daarom besloten om sinusbeheer, een meanderend maaipatroon, toe te passen op het talud van de dijk. Sinds 2016 wordt er twee maal per jaar gemaaid. Tijdens de eerste maaironde wordt een slingerend pad gemaaid, de zogenoemde sinusbaan. Ruigere vegetatie wordt in deze ronde zo veel mogelijk meegenomen. Tijdens de tweede maaironde in de nazomer wordt de vegetatie aan de binnenzijde van het pad gemaaid.

Werkzaamheden
In 2022 is, in verband met verruiging, de vegetatie buiten de sinusbaan gemaaid en die binnen de sinusbaan deels gemaaid. Het is belangrijk dat het vrijgekomen maaisel tijdig wordt afgevoerd. Met het maaisel worden voedingsstoffen afgevoerd, waardoor nectar producerende kruiden minder concurrentie ondervinden van snelgroeiende vegetatie. Bij iedere maaironde blijft een deel van de vegetatie staan waarin insecten, ook tijdens de wintermaanden, kunnen overleven. Door het slingerende patroon en een uiteenlopende vegetatiestructuur ontstaat meer variatie in microklimaat waar insecten baat bij hebben.

De overgang van het oorspronkelijke naar het huidige beheer verliep de eerste periode niet zoals gewenst. Het maaisel werd onvoldoende opgeruimd en er werd meer vegetatie gemaaid dan gewenst. Doordat er maaisel deels op locatie achterbleef, met verruiging als direct gevolg, hebben er in 2020 herstelwerkzaamheden plaatsgevonden waarbij er veel vegetatie is weggenomen. In 2021 en de zomer van 2022 zijn de werkzaamheden naar wens uitgevoerd, waarbij uiteindelijk z'n 30% van de vegetatie bleef staan.

Inventarisatie
Voorafgaande aan het maaien wordt geïnventariseerd welke plant- en diersoorten er aanwezig zijn die tijdens de werkzaamheden moeten worden ontzien. Dit kunnen beschermde en kwetsbare soorten zijn, maar ook gewenste soorten als vlinderbloemigen worden in kaart gebracht. Zo groeit er Kattendoorn op de dijk (afbeelding 1), een vlinderbloemige die in aantal achteruit gaat. Op de Hondsbossche Zeewering neemt de Kattendoorn in aantal toe en bedekt deze tegenwoordig hele aaneengesloten stukken. Tijdens de inventarisatie was het opvallend dat er tussen de Kattendoorn veel muizenholen zichtbaar waren. Het stekelige plantje is de perfecte verstopplaats voor kleine zoogdieren.

Afbeelding 1 DSC07491 Kattendoorn

Afbeelding 1. Kattendoorn

Afbeelding 2 P1130947 2 Bijenorchis

Afbeelding 2. Bijenorchis

Ook de Bijenorchis (afbeelding 2) was in groten getale aanwezig; er zijn meer dan 90 groeiplaatsen in kaart gebracht waar vaak meerdere exemplaren tezamen groeien.

Dit zijn al genoeg redenen om een gat in de lucht te springen, maar toen kwam er nóg een verrassing voorbij in de vorm van Hondskruid (afbeelding 3). Hondskruid is een zeldzame orchidee, waarvan in het beheergebied van HHNK slechts één groeilocatie bekend is, op Texel.

Afbeelding 3 NIK 3398 Hondskruid

Afbeelding 3. Hondskruid

Door het huidige beheer, met als gevolg veel variatie in de vegetatiestructuur, zijn er meer overlevingskansen voor onder andere insecten en wordt de dijk aantrekkelijker voor broedvogels en daardoor ook voor roofvogels. Inmiddels heeft ook de Rugstreeppad de dijk weten te vinden (afbeelding 4).

Afbeelding 4 Rugstreeppad 2

Afbeelding 4. De Rugstreeppad

Resultaten
Om te onderzoeken wat het effect is van het aangepaste beheer voert de Vlinderstichting insectenonderzoek uit, waarbij met name de dagvlinders en bijen worden gemonitord. Daarnaast voert Floron vegetatieonderzoek uit. Om de effecten van sinusbeheer goed in kaart te kunnen brengen worden delen van de dijk op de oorspronkelijke manier beheerd, waarbij alle vegetatie wordt gemaaid. Deze delen dienen zodanig als referentie. Op het moment dat het onderzoek stopt komen de referentievakken te vervallen en wordt de gehele dijk ingezet als verbindingszone.

Het huidige beheer lijkt voornamelijk een positief effect te hebben op grasland(dag)vlinders, een groep die op Europees niveau onder druk staat. Goed nieuws dus voor de Atalanta, waarmee het allemaal begon. In 2018, 2019 en 2020 zijn enkele zeldzame of schaarse bijensoorten waargenomen die voedsel zochten op de vlinderbloemigen. De waargenomen soorten zijn de Geelstaartklaverzandbij, de Kleine wolbij, Kustbehangersbij en het Zilveren fluitje. In 2021 zijn deze soorten niet aangetroffen. Door vlinderbloemigen te sparen tijdens de maaiwerkzaamheden wordt rekening gehouden met de aanwezigheid van deze soorten. Effecten op de vegetatie zijn nog niet meetbaar, mogelijk doordat de aanpassingen in beheer in het begin niet soepel zijn verlopen. Bovendien heeft het tijd nodig om een grotere soortenrijkdom te realiseren.

Hondsbossche Slaperdijk
Een mooie bijkomstigheid is dat een dijk in de directe omgeving, de Hondsbossche Slaperdijk, sinds kort niet meer wordt verpacht. Deze dijk ligt in de directe omgeving van de Hondsbossche Zeewering en ook hier is de nieuwe doelstelling het vergroten van de biodiversiteit en fungeren als verbindingszone. De eerste periode wordt deze dijk tweemaal per jaar in zijn geheel gemaaid met afvoer van het maaisel, zodat de bodem wat verschraalt. Er is goede hoop dat ook deze locatie zich in de gewenste richting zal ontwikkelen omdat er momenteel grassoorten groeien die indicatief zijn voor schralere omstandigheden, zoals Gewoon reukgras en Kamgras.

Halverwege juli 2022 is op deze dijk een proeflocatie van 100 meter lengte kruidenrijk maaisel afkomstig van de Hondsbossche Zeewering uitgelegd door de interne onderhoudsdienst (afbeelding 5). Het doel hiervan is om plantensoorten uit de directe omgeving op de Slaperdijk te introduceren door het inbrengen van zaden. Hier vindt monitoring plaats met de Nectarindex, waarmee aan de hand van de bloemrijkdom en de nectarproductie wordt vastgesteld hoeveel nectar er in potentie gedurende het jaar beschikbaar is. Uit de inventarisatie van 2022 bleek het nectaraanbod nog minimaal te zijn.

Zodra de vegetatie ver genoeg ontwikkeld is (lage biomassa, hoge soortenrijkdom) kan worden overgegaan op sinusmaaien of gefaseerd beheer. De Atalanta, overige vlindersoorten en insecten, kleine zoogdieren, wilde planten, reptielen en vogels zullen dan ook hier in hun behoeftes kunnen voorzien. HHNK levert zo een kleine maar waardevolle bijdrage aan het vergroten van regionale biodiversiteit.

Afbeelding 5 uitleggen van kruidenrijk maaisel door onderhoudsdienst HHNK

Afbeelding 5. Uitleggen van lokaal kruidenrijk maaisel door de onderhoudsdienst van HHNK

Conclusie en vervolg
Veel dijken blijken geschikte plekken om te werken aan het (broodnodige) vergroten van de biodiversiteit in Nederland. De combinatie van een relatief lichte toplaag en een natuurvriendelijk beheer leidt al snel tot meer planten en dieren op de dijken en een sterke verhoging van de biodiversiteit. Doordat de dijken, met een totale lengte van 17.786 kilometer, lange linten door het landschap vormen met veel raakvlakken naar de omgeving, kunnen bloemrijke dijken een flinke impuls geven aan het vergroten van de biodiversiteit in grote delen van het land [1]. Veel informatie over dijken en specifiek over het ontwikkelen van soortenrijke, bloemrijke dijken is te vinden in de Handreiking Grasbekleding, een initiatief van STOWA [2].

 

REFERENTIES
1. Liebrand, C.I.J.M. (2018). ‘Flora- en faunarijke linten in het landschap. Versterken van dijken met soorten- en kruidenrijke vegetaties’. In Planten van hier, 206-221. Zeist: KNNV Uitgeverij.
2. Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (2022). Handreiking Grasbekleding. www.handreikinggrasbekleding.nl 

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...