In de watersector zijn niet alleen vrouwen ondervertegenwoordigd. Mensen met een migratie-achtergrond zijn er nog minder. Etnisch-culturele diversiteit staat niet bovenaan de agenda in de waterwereld. Nog niet tenminste, want het diversiteitsbewustzijn groeit. 

Tekst Corien Lambregtse

Logo diversiteit pls vis 'De watersector heeft de komende jaren heel veel talent nodig. Het watervraagstuk is een van de grootste uitdagingen voor de toekomst. Het is niet slim om een deel van de mensen op de arbeidsmarkt bewust of onbewust uit te sluiten.’ Voor Margot Kwee, trainee strategie en omgevingsmanagement bij waterbedrijf Dunea, staat het belang van diversiteit als een paal boven water. Ze heeft zelf Indonesisch-Nederlandse wortels en zet zich in voor meer diversiteit in de watersector. Ze is een van de initiatiefnemers van de ‘KNW Inspiratie Lunches’ over dit thema.

Aan de eerste (online) bijeenkomst, op 7 oktober, deden 14 personen mee. Kwee: “Het doel is om mensen die zich binnen de watersector willen inzetten voor diversiteit met elkaar in contact te brengen. Samen sta je sterker. De watersector is best een conservatieve sector, die niet zo van aanpassen en veranderen houdt. Hopelijk kunnen we samen bereiken dat de sector inclusiever en diverser wordt.”

Kwee vindt dat iedereen gelijke kansen moet krijgen. “De watersector zou een goede afspiegeling van de maatschappij moeten zijn. Het moet niet uitmaken of je man of vrouw bent, of welke etnisch-culturele achtergrond je hebt. Kijk alleen naar wat iemand kan en welke kwaliteiten hij of zij meebrengt. Maar steek dan ook energie in het aantrekken van diverse talent. Want op dit moment voelen veel mensen zich niet aangesproken door ‘witte’ organisaties of ze kunnen die organisaties überhaupt niet vinden.”

Diversiteit maakt organisaties en oplossingen beter. Daar is Kwee van overtuigd. “Een diverse organisatie is adaptiever en kan beter inspelen op toekomstige ontwikkelingen.” Diversiteit begint volgens haar met inclusiviteit. “Een inclusieve organisatie staat open voor verschillen en verwelkomt verschillende perspectieven. Een organisatie die inclusief is, wordt vanzelf ook diverser.”

Verandering
Een van de organisaties in de watersector die diversiteit al hoog in het vaandel heeft staan, is het Netherlands Water Partnership (NWP). NWP is het netwerk van Nederlandse organisaties en bedrijven die zich wereldwijd inzetten voor toekomstbestendige en impactvolle oplossingen op het gebied van water. Bij het NWP werken verschillende mensen met andere etnisch-culturele achtergronden, onder wie projectleider Anusha Sanjeev Mehta. Ze is van Indiase afkomst, studeerde Geografie in het Verenigd Koninkrijk en vervolgens Land en Water Management aan de Wageningen Universiteit. Ze deed haar stage bij het NWP en kreeg er vervolgens een baan als projectleider, onder meer voor India en Myanmar.

Mehta herkent het beeld dat de watersector gedomineerd wordt door witte mannen van rond de 50. Maar ze ziet ook dat dit beeld langzaam begint te veranderen, met name bij onderzoeksinstituten en bedrijven die zich op wereldwijde business richten. “Dat soort organisaties is al veel diverser dan de rest van de sector. Dat geeft hoop.”

Ze vindt diversiteit binnen organisaties heel belangrijk, maar is ook voorzichtig om het erover te hebben, juist omdat haar positie nog kwetsbaar is. “Mijn Nederlands is na vier jaar nog niet zo goed als van iemand die z’n leven lang Nederlands spreekt. Dat is een barrière. Daarnaast heb ik een visum nodig om in Nederland te kunnen blijven werken. Het NWP heeft de moeite gedaan om een visum voor mij te regelen, het is de vraag of een andere organisatie die moeite ook wil doen.”

'Ik zie organisaties als een ecosysteem. Vergelijk het met een bos. Het is heel belangrijk om diversiteit in een bos te hebben. Zou je allemaal dezelfde bomen hebben, dan is het bos kwetsbaar'

Meerwaarde
Ze is ervan overtuigd dat etnisch-culturele diversiteit meerwaarde heeft. Ook voor organisaties die louter regionaal gericht zijn, zoals waterschappen en drinkwaterbedrijven. “Nederland is een land met een grote etnisch-culturele diversiteit. Elke organisatie heeft met die verschillen te maken. Een organisatie die de maatschappij weerspiegelt, kan beter inspelen op verschillen tussen mensen en begrijpt beter waarom mensen doen wat ze doen.”

Bovendien maakt diversiteit een organisatie sterker, zeg ze. “Ik zie organisaties als een ecosysteem. Vergelijk het met een bos. Het is heel belangrijk om diversiteit in een bos te hebben. Zou je allemaal dezelfde bomen hebben, dan is het bos kwetsbaar. Je hebt verschillende soorten bomen, planten, insecten, dieren en vogels nodig om het bos gezond te houden. Zo werkt het ook met organisaties. Als de mensen in een organisatie allemaal op elkaar lijken en op dezelfde manier denken en handelen, blijft alles hetzelfde. Dan kom je niet tot nieuwe ideeën en oplossingen, terwijl we voor de toekomst heel hard innovatieve, duurzame oplossingen nodig hebben.”

Ze hoopt dat steeds meer mensen zich in de sector gaan inzetten voor diversiteit. “Je hebt op elk niveau in een organisatie mensen nodig die zich daar hard voor maken en ongelijkheid bespreekbaar maken. Discriminatie gebeurt niet zozeer bewust, maar vooral vaak onbewust. Ik heb zelf gemerkt hoe belangrijk het is om leidinggevenden te hebben die achter je staan.” Ze weet zeker dat de inzet voor diversiteit loont: “Organisaties die daadwerkelijk laten zien dat ze diversiteit belangrijk vinden en mensen met een andere achtergrond gelijke kansen bieden, spreken daarmee zeker een bredere groep potentiële werknemers aan. Diversiteit levert organisaties ook wat dat betreft meerwaarde op.”

Haar collega Hélène Sapulete, managementassistent bij NWP, heeft een Moluks-Nederlandse achtergrond. “Ik ben in Nederland geboren en heb nooit de ervaring gehad dat ik gediscrimineerd ben, maar het NWP is dan ook een heel open organisatie. Er werken hier veel mensen met verschillende achtergronden. Hoe dat bij andere organisaties zit, weet ik eigenlijk niet precies. Mijn beeld is wel dat de sector diverser kan. Bij vergaderingen zie ik sowieso meer mannen dan vrouwen, maar is het nog zeldzamer dat er iemand van kleur bij is.”

Voor Sapulete is diversiteit een kwestie van moraliteit én gezond verstand. “Iedereen die in Nederland woont, hoort erbij. Heel veel mensen in Nederland hebben een andere etnisch-culturele achtergrond. Als je die uitsluit, mis je heel veel talent. Dat moet je toch niet willen?”

 

EERDERE ARTIKELEN IN DEZE SERIE
‘Dijkgraaf, directeuren en dagelijks bestuur: allemaal mannen’
Verschil moet er wezen! Maar is dat er ook?