Een onderwater betonmengsel voor kades, 3D-geprinte putten op maat en kalkbehandeling van klei voor dijkversterking. Deze en nog andere vernieuwende oplossingen vanuit de watersector behoren tot de negen nominaties voor de innovatieprijs van InfraTech.
De 16e editie van deze tweejaarlijkse vakbeurs voor de infrasector wordt van 14 tot en met 17 januari gehouden in Rotterdam. De afgelopen maanden konden bedrijven, overheden, onderwijsinstellingen en particulieren hun innovatieve projecten insturen voor de InfraTech Innovatieprijs 2025.
Het leverde bijna vijftig inzendingen op in drie categorieën: productinnovaties, procesinnovaties en duurzame samenwerking. De prijs is een initiatief van Bouwend Nederland en Rotterdam Ahoy.
Negen nominaties bekend
De negen nominaties – drie per categorie – zijn nu bekend. Het merendeel komt uit de watersector of heeft daarmee een relatie. De projecten zijn geselecteerd door een jury onder leiding van Arno Visser (Bouwend Nederland). De andere leden zijn Joop Polfliet (Gemeente Rotterdam), Diana Beuting (Rijkswaterstaat), Marcel Hertogh (TU Delft en Erasmus Universiteit Rotterdam), D’tasha Demmerer (Witteveen+Bos) en Doekle Terpstra (Techniek Nederland).
Volgens de jury blinken de genomineerde projecten uit door een innovatieve benadering van duurzaamheid, efficiëntie en samenwerking binnen de infrasector. De competitie wordt opvallend sterk genoemd. Vooral bij de product- en de procesinnovaties was het voor de jury lastig kiezen.
De partijen achter de nominaties geven op 13 december een pitch. De winnaars van de drie categorieën worden op 15 januari 2025 bekendgemaakt tijdens een bijeenkomst op het Rijkswaterstaat-paviljoen van InfraTech. Minister Barry Madlener van Infrastructuur en Waterstaat overhandigt dan de prijzen.
Nominaties per categorie
Productinnovaties
Neolithec won de RIONED Innovatieprijs 2024 met 3D-geprinte betonnen putten en dingt nu ook mee naar de InfraTech-prijs. Het bedrijf kan in erg kort tijdsbestek de putten op maat ontwikkelen en printen.
De concurrentie komt van Boskalis Nederland en Beens Groep. De inzending van Boskalis heet Buoycrete stabilisatie. Het gaat om een stabiel onderwater betonmengsel met een hoge druk-sterkte en een neutraal drijfvermogen. Dit heeft vooral een grote meerwaarde bij herstelwerkzaamheden van kades; de levensduur wordt met minimaal dertig jaar verlengd.
Beens Groep heeft een drijvend waterstof laadstation gecreëerd. Het volledig modulair systeem zorgt ervoor dat elektrische machines op water en land worden gevoed met groene waterstof, zonder afhankelijk te zijn van vaste stroomaansluitingen.
Procesinnovaties
Kalk in klei, hiermee is Lhoist doorgedrongen tot de laatste drie in deze categorie. Volgens het bedrijf wordt kalk momenteel zelden ingezet bij de versterking van dijken. Een grootschalig golfoverslagexperiment in de Hedwigepolder heeft echter de voordelen daarvan aangetoond, zoals een verhoging van de veiligheid en een verlaging van de CO2-uitstoot.
Dura Vermeer en Heijmans zijn de initiatiefnemers van De Natuurladder. De procesinnovatie helpt bij het ontwikkelen van concrete stappen om milieudoelstellingen binnen projecten te bereiken, door de focus te leggen op leiderschap en gedragsverandering.
De derde nominatie is Smart Grid Charging van BAM. De open-source oplossing laadt wagenparken op met eigen groene stroom, zelfs bij netcongestie.
Duurzame samenwerking
Samen slimmer werken met waardevolle grond. Dat is waarvoor Buyer Group Grondstromen zich sterk maakt. Publieke opdrachtgevers (gemeenten, provincies, waterschappen en Rijkwaterstaat) en marktpartijen die elkaar normaal gesproken niet opzoeken, hebben hierin elkaar gevonden.
De andere nominaties zijn de Asphalt Recycling Train (ART) van Provincie Gelderland en de matchingstool voor circulaire bouwbouwmaterialen van DuSpot en BAM. Bij de ART gaat het om duurzaam wegonderhoud door oude asfaltlagen ter plekke te hergebruiken. De tool zorgt voor de eerste onafhankelijke marktplaats voor circulaire bouwmaterialen die kosten verlaagt, CO2-uitstoot vermindert en materiaalstromen verbetert.
Eerlijker voor de boeren en de maatschappij.
Het pleidooi voor meer overleg in het kader van grensoverschrijdend waterbeheer met Duitsland en België, maar ook met Luxemburg, Frankrijk en Zwitserland, is wel steekhoudend. Het stroomgebied van de Rijn beslaat naast Nederland immers Zwitserland, Duitsland en Frankrijk. Stroomgebied van de Maas beslaat naast Nederland ook Frankrijk, Luxemburg, België en Duitsland. Voor zover ik weet zijn er in waterschapverband slechts een aantal pilots hier momenteel concreet mee bezig o.a. via het ontwerpen en operationaliseren van grensoverschrijdend waterbeheer rondom de Overijsselse Vecht en ook voor delen van het Roer stroomgebied dat aansluit op de Maas. Ruimte voor de rivieren in Nederland gaat maar beperkte impact hebben als niet eenzelfde inhaalslag gaat plaatsvinden in de bovenstrooms genoemde landen.
Acht kennisinstituten uit Nederland, België, Duitsland en Luxemburg gaan daarom onder coördinatie van Deltares onderzoek doen naar beter beheer van grensoverschrijdende regionale stroomgebieden. De watersnood in juli 2021 heeft geleerd dat autoriteiten hier geen goed overzicht over hebben en dat kennis over de overstromings- en droogterisico’s langs de kleinere grensoverschrijdende zijrivieren van de Maas en Rijn nog heel versnipperd is.
Het artikel stelt terecht dat voor grensoverschrijdend waterbeheer nog te weinig urgentie is.