secundair logo knw 1

Bron: Rijkswaterstaat/Werry Crone

De nieuwe hoogwatergeul tussen Veessen en Wapenveld is klaar voor gebruik bij extreem hoogwater in de IJssel. Hiermee is het programma Ruimte voor de Rivier bijna afgerond.

Minister Melanie Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu en dijkgraaf Tanja Klip-Martin van Waterschap Vallei en Veluwe stellen morgen (23 februari) de inlaat van de hoogwatergeul officieel in gebruik. Deze openingshandeling markeert de voltooiing van het laatste grote project van het programma Ruimte voor de Rivier. Op ruim dertig plaatsen in Nederland zijn maatregelen genomen om grote overstromingen zoals in 1993 en 1995 te voorkomen.

De geul bevindt zich tussen de dorpen Veessen en Wapenveld in de Gelderse gemeente Heerde. “De hoogwatergeul ligt naast de IJssel waar een flessenhals is”, zegt Toine Tillemans, projectmanager voor de uitvoeringsfase namens Waterschap Vallei en Veluwe. “Gemiddeld eens in de tachtig à honderd jaar zal de geul bij extreem hoogwater in de rivier vollopen. Bij 5.65 meter boven NAP wordt de beweegbare inlaat geopend en stroomt zo’n 40 tot 45 procent van het water door de nevengeul. De waterstand in de IJssel daalt daardoor met 71 centimeter. Dat is erg veel. De invloed is goed merkbaar in de steden Deventer en Zwolle en zelfs in het verder gelegen Zutphen.”

De geul is acht kilometer lang en tussen de 500 en 1.500 meter breed. De uitvoeringswerkzaamheden hebben vijf jaar geduurd. Bijzonder is dat de hoogwatergeul niet is gegraven, vertelt Tillemans. “De geul is ontstaan door boven het maaiveld twee nieuwe dijken aan te leggen. Verder zijn er twee bruggen gebouwd. Onder de brug aan de zuidkant bevindt zich een ruim 800 meter lange inlaat met kleppen, die netjes is ingepast in de omgeving. Eigenlijk een Oosterscheldekering in de Veluwe. Een uniek object.”

Het project is niet zonder slag of stoot verlopen. Zeker in de beginfase was er veel verzet van agrariërs en bewoners, onder meer omdat negen bedrijven en vijf woningen moesten verdwijnen. Tillemans spreekt van een grote uitdaging om de mensen in de omgeving mee te krijgen. “Dat is toch redelijk gelukt doordat we alles in goed overleg hebben gedaan. Zo is er geen enkele onteigening nodig geweest in een relatief groot projectgebied. Ook de herverkaveling is in zeer korte tijd tijdens het project uitgevoerd, want de geul blijft als agrarisch gebied behouden. Zoals onze dijkgraaf Tanja Klip-Martin het uitdrukt: ‘De omgeving heeft heel veel veerkracht getoond.’ Mede dankzij de betrokkenheid van de mensen in het gebied is er een mooie hoogwatergeul gerealiseerd.”

Meer informatie over het project bij Veessen en Wapenveld.

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Afbreekbaarheid moet in de toekomst als eerste beoordelingsparameter voor toelating van stoffen worden ingevoerd. Er ontstaan anders onomkeerbare problemen in de toekomst.
In aanvulling hierop: Wij hebben voor terrein- en rivierbeheerders (VNBE) nog meer maatregelen in kaart gebracht om deze problemen te mitigeren (zie ook bijlage):
 
@Hans MiddendorpHoi Hans, beetje makkelijke reactie van het waterschap ('eerst moeten de waterbedrijven wat doen, tot die tijd kunnen wij niks doen'). De Waprog plaatste in 1986, in één jaar tijd, meer dan 100.000 watermeters bij gezinnen thuis. Dat kostte toen maar 150 gulden (!) per watermeter. Als de waterpartners echt zouden willen samenwerken, kan dit zo zijn opgelost. Dus ja, bureaucratie zegeviert. Niet iets om trots op te zijn.
@Gert Timmerman Eens. We moeten met al ons water zuinig omgaan (en het niet verontreinigen) zeker met zoet grondwater en met drinkwater.