Evelien van der Kuil is begonnen als interim secretaris-directeur van Wetterksip Fryslân. Ze zal een jaar lang invulling geven aan de functie, zo is de bedoeling.
Evelien van der KuilVan der Kuil volgt Oeds Bijlsma op die in augustus vorig jaar afscheid nam van het waterschap. Omdat de sollicitatieprocedure voor de functie van secretaris-directeur niet tot een benoeming heeft geleid, heeft het dagelijks bestuur besloten tot een interim-overeenkomst, schrijft het waterschap.
Van der Kuil gaat met haar benoeming op herhaling in Friesland. Ze vervulde in het eerste half jaar van 2016 dezelfde functie, in aanloop naar de benoeming van Oeds Bijlsma tot secretaris-directeur.
Van der Kuil, partner en senior consult bij organisatieadviesbureau Twynstra Gudde, heeft als adviseur en interimmanager voor verschillende waterschappen gewerkt. In 2019 en 2020 versterkte ze op tijdelijke basis de directie van de Unie van Waterschappen.
Als senior consult laat Van der Kuil ook van tijd tot tijd in publicaties haar licht schijnen op de bestuurlijke ontwikkelingen in de wereld van de waterschappen, zoals vorige maand: Bestuurlijke dynamiek bij waterschappen: 3 lessen
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.