De Drentse gedeputeerde Hans Kuipers is toegetreden tot het bestuur van STOWA, het kenniscentrum van de waterschappen. Kuipers vertegenwoordigt in het bestuur het Interprovinciaal Overlegorgaan (IPO).
Hans KuipersKuipers (1987) is in de provincie Drenthe onder meer verantwoordelijk voor waterschappen en water (inclusief klimaatadaptatie en -mitigatie), wonen, zorg en welzijn. Hij werd in mei 2019 geïnstalleerd als gedeputeerde en zit namens GroenLinks in het College van Gedeputeerde Staten.
Kuipers is uit hoofde van zijn functie onder meer lid van het Regionaal Bestuurlijk Overleg Kaderrichtlijn Water Rijn-Noord (Fryslân en Groningen) en Rijn-Oost (Overijssel en Gelderland).
De IPO-zetel in het bestuur van STOWA was enige tijd vacant, maar met de komst van Kuipers is deze weer compleet.
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.