secundair logo knw 1

De winnaars van de Circulaire Innovatie Challenge. Foto Unie van Waterschappen

Zes ondernemers kunnen aan de slag met innovaties die de waterschappen helpen bij circulair waterbeheer. Zij wonnen de Circulaire Innovatie Challenge van de Unie van Waterschappen en adviesbureau Kirkman Company.

De prijs, een bedrag van 125.000 euro, is verdeeld over de zes finalisten. Die gebruiken het geld om samen met de waterschappen hun innovaties in pilots te testen en verder door te ontwikkelen.

Om de klimaatverandering te beperken, willen de waterschappen zoveel mogelijk circulair werken. In het Grondstoffenakkoord is ook afgesproken dat de overheden, waaronder de waterschappen, in 2050 100 procent circulair zijn. Het doel van de Challenge, die dit jaar voor het eerst was georganiseerd, is knelpunten daarbij op een innovatieve manier op te lossen.

In opdracht van de Unie van Waterschappen sprak Kirkman Company met alle waterschappen om die knelpunten in kaart te brengen. Daaruit zijn twee concrete uitdagingen voor de Circulaire Innovatie Challenge gedestilleerd: oeverproducten circulair maken en hoogwaardige toepassing van biomassastromen uit de oever.

Hoogheemraadschap van Rijnland, Hoogheemraadschap van Delfland, Wetterskip Fryslân, Waterschap Scheldestromen, STOWA en de Energie- en Grondstoffenfabriek stelden in totaal 125.000 euro beschikbaar voor mkb’ers en start-ups die met vernieuwende oplossingen hiervoor kwamen.

Uit de 43 inzenders selecteerde Kirkman Company zes kandidaten waarmee zij het prototype product uitwerkten tot een rendabele business case. Tijdens de finale op de Waterinnovatiedag, afgelopen donderdag in Amersfoort, mochten zij hun product presenteren aan de jury, die vervolgens het geld verdeelde.

Finalisten
Bij de eerste challenge, waarbij oeverproducten circulair gemaakt moesten worden, wonnen deze ondernemers een deel van de geldprijs:

  • Bureau Waardenburg: 30.000 euro voor het product BESE Elements dat ecosystemen herstelt, gemaakt van biopolymeren (een duurzaam alternatief voor plastic, afkomstig van de restproducten van patatfabrieken).
  • NPSP: 15.000 euro voor de ontwikkeling van circulaire oeverbeschoeiing gemaakt van biocomposiet.
  • NETICS: 10.000 euro voor natuurvriendelijke oeverbeschoeiing van lokaal opgewerkte bagger.

Bij de tweede challenge, waarin een hoogwaardige toepassing gevonden moest worden voor biomassastromen uit de oever, wonnen deze ondernemers:

  • Fungalogic: 35.000 euro voor het innovatieve circulaire isolatiemateriaal gemaakt van riet in oesterzwamsubstraat (schimmel).
  • Waterweg: 25.000 euro voor hun klimaatadaptieve waterdoorlatende (stoep)tegel gemaakt van bagger.
  • Agriton: 10.000 euro voor onderzoek naar invasieve exoten in de duurzame bodemverbeteraar Bokashi.

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

In aanvulling hierop: Wij hebben voor terrein- en rivierbeheerders (VNBE) nog meer maatregelen in kaart gebracht om deze problemen te mitigeren (zie ook bijlage):
 
@Hans MiddendorpHoi Hans, beetje makkelijke reactie van het waterschap ('eerst moeten de waterbedrijven wat doen, tot die tijd kunnen wij niks doen'). De Waprog plaatste in 1986, in één jaar tijd, meer dan 100.000 watermeters bij gezinnen thuis. Dat kostte toen maar 150 gulden (!) per watermeter. Als de waterpartners echt zouden willen samenwerken, kan dit zo zijn opgelost. Dus ja, bureaucratie zegeviert. Niet iets om trots op te zijn.
@Gert Timmerman Eens. We moeten met al ons water zuinig omgaan (en het niet verontreinigen) zeker met zoet grondwater en met drinkwater.
@JanEens Jan, maar mijn opiniestuk gaat over hoe slimme bemetering en beprijzing het waterverbruik van huishoudens beïnvloeden. Dat er geen BOL is voor grootverbruik, helpt bedrijven inderdaad niet om slim met water om te gaan.