secundair logo knw 1

In Meppel gaat Waterschap Drents Overijsselse Delta op de rioolwaterzuivering 2.452 zonnepanelen aanleggen. Er zullen er nog vele volgen, in totaal zo'n 40.000. Opwekken van zonne-energie is een cruciaal onderdeel in de duurzaamheidsplannen van WDOD. Net als windenergie, die het waterschap gaat realiseren door te participeren in twee lokale windenergieprojecten. 

Begin dit jaar stemde het algemeen bestuur van WDOD in met de aanleg van de panelen op de eerste 8 rwzi-terreinen. Het stelde een krediet van 3,8 miljoen euro beschikbaar. De panelen worden aangelegd op de locaties Vollenhove, Genemuiden, Kampen, Meppel, Beilen, Smilde en twee locaties in Zwolle: Hessenpoort en Spoolde. Lokale media meldden afgelopen week dat in Meppel wordt begonnen met de aanleg van 2.452 panelen. 

14 procent
In 2021 moeten de panelen op de eerste 8 rwzi’s er liggen. Voor deze locaties zijn plannen uitgewerkt om panelen te plaatsen op terreinen en daken van bedrijfsgebouwen. In totaal wordt op de 8 rwzi's ca. 3,75 mln kWh elektriciteit opgewekt. Dat draagt voor ongeveer 14 procent bij aan de totale opgave (25 tot 27 miljoen kWh) die het waterschap nog moet realiseren om in 2025 energieneutraal te zijn, de doelstelling die het algemeen bestuur in 2017 heeft bepaald.

Naast het plaatsen van de zonnepanelen op de eerste 8 rwzi’s, bereidt het waterschap de aanleg van zonnepanelen voor op de overige rwzi’s. WDOD heeft er in totaal 16. In februari stemde het bestuur in met een krediet van 250.000 euro voor de voorbereiding (planontwikkeling, vergunningprocedures, subsdieaanvragen) van de plaatsing van panelen op de tweede groep rwzi’s.

Terugverdientijd
Het waterschap rekent in de exploitatieoverzichten met een terugverdientijd van 10 tot 13 jaar, waarbij de zonnepanelen tenminste 25 jaar energie moeten leveren. In de realisering van de plannen kiest het waterschap voor tempo, wat betekent dat de financiering van de plannen zo is opgezet dat deze niet ‘subsidieafhankelijk’ is. Wachten op subsidies kan vertragend werken.

Maar er wordt wel op ingezet om ze binnen te halen. Subsidies verkorten de terugverdientijd en hoe korter die is, hoe groter het exploitatievoordeel. Het gaat om twee regelingen, de Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie (SDE) en de provinciale subsidie NEO. "Bij toekenning van SDE-subsidie bedraagt het jaarlijks exploitatievoordeel € 133.000 en de terugverdientijd 9,8 jaar. Bij géén SDE-toekenning is het jaarlijks exploitatievoordeel € 34.000 en de terugverdientijd 13,2 jaar”, staat in de kredietaanvraag van februari. 

Het plaatsen van de 40.000 zonnepanalen op alle rwzi-locaties vergt een investering van 11,8 miljoen euro, zo is vorig jaar berekend. Totaal kan met de panelen ongeveer 10 mln kWh worden opgewekt. Dat is ruim 30 procent van de (resterende) vergroeningsopgave van 25-27 mln kWh, schrijft het waterschap.

Flinke impuls
Daarmee geven de 40.000 zonnepanelen een flinke impuls aan de doelstelling om in 2025 energieneutraal te zijn, zei dijkgraaf Herman Dijk vorig jaar september in een persbericht. Een flinke impuls is het zeker, maar het waterschap is er nog lang niet. 

Tezamen met de bijdrage van slibvergisting en de productie van biogas (ongeveer 36 procent van de eigen stroomvoorziening) wordt voor ruim meer dan de helft voorzien in de benodigde groene stroom, op weg naar de energieneutrale status in 2025 moet er dus nog een flink gat worden gedicht. Daarvoor zet WDOD met name in op windenergie, zoals blijkt uit de route naar 2025 (zie schema). 

WDOD energietransitieBron WDOD | Klik op de afbeelding voor vergroting

Het waterschap bouwt zelf geen windmolenpark maar participeert in lokale windprojecten, te weten in Nieuwleusen en in Staphorst. Het waterschap verrekent de bijdrage aan deze projecten in de eigen duurzaamheidsdoelen met zogeheten Garanties van Oorsprong (GvO), het bewijs dat energie duurzaam is opgewekt.

In beide projecten wordt een aandeel genomen in de coöperaties die de windmolenprojecten opzetten. “Bij Staphorst zal het ongeveer gaan om 1 miljoen euro, en bij Nieuwleusen is voorlopig nog sprake van een range van 0,5 tot 1 miljoen euro”, staat in het bestuursvoorstel van oktober 2018. De financiële inbreng kan worden terugverdiend in een periode van omstreeks 10 jaar, schrijft het waterschap.

Cruciaal
Volgens datzelfde voorstel leveren beide windprojecten samen 50 procent aan de resterende opgave van 25 tot 27 miljoen kWh om in 2025 energieneutraal te zijn. De twee windenergieprojecten zijn derhalve cruciaal in het realiseren van de duurzaamheidsambities van het waterschap. 

Daarom de vraag: hoe staat het met de voortgang? In Nieuwleusen ligt het project op koers. De twee molens van coöperatie 'Nieuwleusen Synergie' moeten in 2020 draaien. Dan leveren ze jaarlijks 8,4 megawatt.

In Staphorst gaat het moeizamer. Daar ontwikkelt de coöperatie ‘Wij Duurzaam Staphorst’ namens de gemeente een plan voor de plaatsing van drie windmolens. De molens met een zogeheten piekhoogte van 212 meter moeten 12 megawatt opwekken. De realisering van Bovenwind zoals het initiatief is gedoopt, gaat tussen de 18 en 20 miljoen euro kosten, aldus berichten in de media.

WDODelta is voor 20 procent aandeelhouder in Bovenwind, afgelopen maart tekende het waterschap daartoe de overeenkomst met de coöperatie. Daarmee is het zowel financieel als bestuurlijk partner, schrijft het waterschap op zijn website. 

Lokaal verzet
In 2021 moeten de molens stroom produceren, maar het project stuit op lokaal verzet. Met name de locatie zint veel Staphorsters en lokale ondernemers niet. Er zijn bezwaren ingediend. In september neemt de gemeenteraad een besluit over de vergunning en daarmee de definitieve toestemming voor het project Windpark Bovenwind, schrijft de regionale krant De Stentor.

Mocht het lokale verzet het project ophouden, dan is de verwachting dat de provincie ingrijpt en een locatie in de gemeente aanwijst. Tijd om te dralen heeft deze overheid niet, daar ze met de rijksoverheid de afspraak heeft dat Overijssel vanaf 2020 jaarlijks 85,5 megawatt aan windenergie levert. Uit de berekening Monitor Wind op Land 2018, uitgevoerd in opdracht van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, blijkt dat de provincie nog flinke stappen moet maken om de doelstelling te halen.

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Wat een apart artikeltje Emile...  nitraat is niet organisch en liever stop ik wat zuurstof in infiltratiewater wanneer ik organische stoffen wil reduceren dan nitraat, dat immers het giftige nitriet kan vormen... de relatie met verbreding van irrigatiemogelijkheden met de aardappelteelt mort je nog maar eens uitleggen.. is toch iets heel anders? Joost
Hoi Marjolijn, bedankt voor je artikel. Het is duidelijk dat waterbeheer complex en uitdagend is, vooral nu klimaatverandering en hoger verbruik hun tol eisen. Gebieden zoals Zuid-Frankrijk en Catalonië staan niet op zichzelf met strenge restricties voor watergebruik.
Een interessant gegeven is dat 80% van ons drinkwater thuis wordt verbruikt. Daar ligt een enorme uitdaging, maar ook een kans om echt verschil te maken. Door slimmer om te gaan met de distributie van water, kunnen we helpen om het verbruik te verminderen zonder dat we daar veel van merken. Dit zou niet alleen helpen om onze waterbronnen te sparen, maar ook de druk op het systeem tijdens droge perioden verlagen.
Dit gaat verder dan alleen maar korter douchen; het gaat om een bewuste verandering in ons dagelijks leven om ervoor te zorgen dat er genoeg water is voor iedereen. Iemand iets gunnen. Beginnen met het nadenken over de oplossingen menukaart ook met water zoals we dat met energie doen - waar kunnen we besparen, hoe kunnen we efficiënter zijn, en hoe kunnen we ons aanpassen aan nieuwe omstandigheden?
Er is geen eenduidige oplossing voor het probleem, en additionele productie levert ons op langere termijn niets op. Misschien is het tijd om deze uitdaging aan te gaan en te kijken naar hoe we thuis ons watergebruik kunnen optimaliseren. 
Op dit moment (24 april 2024) na maandenlange neerslag is alles weer goedgekomen met hoog grondwater. De natuur hersteld zichzelf! Laat je niet beetnemen.
Afbreekbaarheid moet in de toekomst als eerste beoordelingsparameter voor toelating van stoffen worden ingevoerd. Er ontstaan anders onomkeerbare problemen in de toekomst.
In aanvulling hierop: Wij hebben voor terrein- en rivierbeheerders (VNBE) nog meer maatregelen in kaart gebracht om deze problemen te mitigeren (zie ook bijlage):