Vitens heeft door de coronacrisis en twee erg warme perioden een uitzonderlijk jaar achter de rug, maar de levering van drinkwater kwam niet in gevaar. De omzet en winst stegen in 2020. Een grote uitdaging vormt de forse stijging van de investeringen. Daarom is geen dividend uitgekeerd.
Dit blijkt uit het jaarverslag over 2020 van Vitens. In het voorwoord laten de twee directieleden Jelle Hannema (voorzitter) en Marike Bonhof weten dat het lukte om de operatie na het uitbreken van de coronacrisis goed draaiende te houden. “We toonden onze wendbaarheid als organisatie.”
Marike Bonhof en Jelle Hannema
De levering van drinkwater is volgens hen geen moment in gevaar gekomen. “Slechts het uitvoeren van niet-urgente werkzaamheden, zoals het vervangen van watermeters, moesten we soms uitstellen. Onderhoudswerkzaamheden en bouwactiviteiten konden met de benodigde veiligheidsmaatregelen doorgaan. We hebben geprobeerd onze investeringen te versnellen, om daarmee een bijdrage te leveren aan de bouwsector.”
Klanten die financieel in de problemen kwamen, zijn ontzien. “Vanwege het enorme belang van hygiëne en omdat de crisis ook kwetsbare klanten treft, hebben we dit jaar geen klanten afgesloten.”
Hoge watervraag
Vitens heeft 5,8 miljoen klanten in de provincies Flevoland, Friesland, Gelderland, Utrecht en Overijssel en enkele gemeenten in Drenthe en Noord-Holland. Zij gebruikten in 2020 veel water, omdat ze meer thuiszaten door de coronamaatregelen en omdat er in het voorjaar en de zomer twee zeer warme perioden waren. Vitens leverde zo’n 363 miljoen kubieke meter water.
Dat kon het waterbedrijf goed aan, aldus Hannema en Bonhof. “Door de ervaring van 2018 en 2019 waren we dit jaar beter voorbereid. We communiceerden pro-actiever naar klanten over zuinige omgang met water. Daarnaast konden we de hoge piekvraag goed opvangen. Door in een beperkt aantal gebieden tijdig over te gaan op preventieve, voor klanten beperkt waarneembare drukverlaging, konden we steeds in de vraag voorzien.”
Drinkwateromzet gestegen
Het bedrijf kan goede financiële cijfers over 2020 overleggen. De drinkwateromzet bedroeg door de hoge vraag 353,7 miljoen euro: 221,8 miljoen euro voor de levering van drinkwater en 131,9 miljoen euro voor de vastrechtvergoeding. Dit betekent een stijging van bijna 25 miljoen euro ten opzichte van het jaar daarvoor. Ook de winst nam toe: van 11,1 miljoen euro in 2019 naar 23,9 miljoen euro in 2020.
Desondanks keert Vitens net als over 2019 geen dividend uit aan de gemeenten en provincies die de aandeelhouders zijn. Dat heeft te maken met de lage solvabiliteit van 29,4 procent. Omdat deze onder het niveau van 30 procent ligt, wordt afgezien van dividend en de winst toegevoegd aan de reserves. Vitens wijst erop dat de financierbaarheid onder druk staat door de lage WACC (een winstreguleringsmaatregel) en het voor de komende jaren verhoogde investeringsniveau van 40 tot 60 procent meer.
Toename van investeringen
Vitens investeerde in 2020 voor ruim 160 miljoen euro, 17 miljoen meer dan in 2019. Er wordt onder meer geld gestoken in maatregelen om aan de stijgende watervraag te kunnen voldoen en maatregelen om de veiligheid (fysiek en cyber) te waarborgen. Het waterbedrijf ontving vorig jaar een leningfaciliteit van 150 miljoen euro van de Europese Investeringsbank (EIB) om investeringen te kunnen financieren.
Hannema en Bonhof gaan in op de discussie over de WACC-systematiek. Deze moet volgens hen fundamenteel worden herzien om investeringen op een financieel gezonde manier te kunnen blijven doen. “We doen een dringende oproep aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat om in de methodiek meer rekening te houden met de toekomstige investeringen die nodig zijn om de continuïteit van de drinkwatervoorziening veilig te stellen.”
Ambitie voor duurzaamheid
Vitens presenteerde in december een nieuwe strategie voor de periode tot en met 2030: Elke druppel duurzaam. Het doel is om dan van bron tot kraan volledig klimaatneutraal en maximaal duurzaam te zijn. Daarvoor zijn afgelopen jaar mooie stappen gezet, stellen Hannema en Bonhof.
Er is ook een maar: “Tegelijkertijd moeten we constateren dat we voor het tweede jaar op rij onze doelen op het gebied van duurzame energieopwekking niet hebben gehaald. In plaats van de gewenste 9 hebben we bijna 6 gigawattuur groene stroom opgewekt. Dat is met name te wijten aan de prioriteiten die we hebben gegeven aan de operationele opgave en de SAP-transformatie (in verband met de ontwikkeling naar een digitaal waterbedrijf, red.).”
Lichte groei personeelsbestand
Het aantal medewerkers groeide in 2020 licht naar 1.443 (in 2019 1.394). Zij zijn allemaal in Nederland werkzaam. De gemiddelde medewerker werkt 15 tot 20 jaar bij Vitens. De man/vrouwverhouding is erg scheef maar het wordt langzaam wel ietsje minder. Er waren aan het eind van 2020 1.073 mannen en 370 vrouwen in dienst.
Het waterbedrijf zet onder het motto Sterk in je Werk in op wendbaarheid en duurzame inzetbaarheid van medewerkers. Een positieve ontwikkeling was er te zien bij het ziekteverzuim. Die daalde van 5,1 procent in 2019 naar 4,0 procent in 2020.
Vitens staat voor een grote opgave om aan nieuw personeel te komen. Veel medewerkers gaan de komende jaren met pensioen, terwijl tegelijkertijd de extra investeringen om meer werk vragen. Daarom is Vitens in 2019 de arbeidsmarktcampagne Ons water, jouw werk gestart.
Die werpt volgens Hannema en Bonhof zijn vruchten af; er zijn vorig jaar meer dan tweehonderd vacatures vervuld. “Het is mooi om te zien dat mensen deel willen uitmaken van een organisatie met een belangrijke maatschappelijke rol. De aandacht rondom droogte en water heeft de waarde van een drinkwaterbedrijf nog eens extra onderstreept.”
MEER INFORMATIE
Toelichting Vitens op jaarverslag
Online jaarverslag 2020 Vitens
H2O Actueel: duurzame ambitie
H2O Actueel: lening EIB
H2O Actueel: minister over WACC
H2O Actueel: jaarverslag 2019 Vitens
In het genoemde Stowa rapport wordt een onderscheid gemaakt naar:
Op basis van de nadere uitwerking kunnen technologen en beleidsmedewerkers van waterschappen een gefundeerde keuze maken voor een natuurlijk systeem, afhankelijk van de specifieke situatie op een RWZI en de gekozen opties:
A. Toepassing van een enkel systeem als ‘stand alone’ techniek als uitbreiding van de RWZI, voor upgrading van het effluent (afloop nabezinktank).
B. Als inpassing in een integraal natuurlijk systeem wat naast effluentbehandeling ook recht doet aan de omgeving en waarbij functies zoals het creëren van natuurlijk, levend water, effluentbuffering, recreatie en natuur gecombineerd worden.
De Waterharmonica's nemen de meeste ruimte in, zeker omdat voor een goede verwijdering van medicijnen laag tot zeer lage belaste Waterharmonica's nodig zijn (zie ook Stowa 2013-07). Dus een hydraulische belasting van zeker niet meer dan 0,05 m/dag. Ofwel een ruimte beslag van 2,5 tot 3,75 m2 per inwoner.
Het totale debiet aan gezuiverd afvalwater in Nederland is ca. 2.000.000 m3 per jaar (CBS, data 2020). Dit zou dan neerkomen op een totaal netto ruimte beslag van 4.000 ha in heel Nederland. Zeg 5.000 tot maximaal 10.000 ha. Dit lijkt veel, maar het is wel met gestapelde belangen en mogelijkheden. Stel 25 cm waterberging: 10.000.000 waterberging, stel dat een kwart van de Waterharmonica's als KRW-waardig wordt beschouwd (is best wel reëel): 500 tot 1.000 ha.... En dan nog recreatie, natuur, CO2-vastlegging, stikstofrechten? Vrienden maken, bufferzones rond de rwzi's. Een voorbeeld van een zoektocht, uitgevoerd door het Wetterskip Fryslân: http://www.waterharmonica.nl/reports/LW289-47_005-rapd02-waterharmonica.pdf. Op weg naar 2027?
Ruud Kampf
Rekel/water
Dus bij hoogheemraadschap Delfland kies je een partij. Vervolgens hebben een paar partijen meer zetels dan andere. Daarna wordt er een Bestuursakkoord getekend door alle partijen, waar ook de minder grote (verliezende) partijen zeggenschap in hebben? Er staat ook: "De gezamenlijk gekozen hoogheemraden vertegenwoordigen in het dagelijks bestuur alle fracties". Wat betekent het dan om een fractie te vertegenwoordigen in de praktijk?
In het geval van hoogheemraadschap Delfland is stemmen op een partij dus niet super zinvol, omdat daarna toch met alle andere partijen wordt samengewerkt om tot een Bestuursakkoord te komen. Grote partijen hebben dan niet meer te bepalen dan kleine partijen?