De nieuwe vispassage in de monding van de Oude IJssel bij Doesburg is vandaag geopend. De vistrap geldt als van één van de meest innovatieve vispassages van Nederland en is cruciaal voor de instandhouding van vissoorten.
Door het grote hoogteverschil oplopend tot vijf meter bij de stuw in Doesburg moest een technisch complexe vispassage worden ontwikkeld, die uniek is in Nederland. Het bouwteam kwam uit op een goot met schotten, waarin vissen bij de passages steeds 9 centimeter aan hoogte winnen.
Met de visstrap kunnen vissen van de Oude IJssel naar de Gelderse IJssel tot de paaigebieden in Duitsland zwemmen. Die vismigratie is cruciaal voor een duurzame instandhouding van vissoorten, aldus Waterschap Rijn en IJssel.
Vissen die de stuw bij Doesburg niet konden passeren worden nu weer in de Oude IJssel verwacht, zoals palingen, meervallen en windes.
Plaatsen van de vispassage was nodig om aan de voorwaarden van de Kaderrichtlijn Water (KRW) te kunnen voldoen. Rijn en IJssel werkt samen met Rijkswaterstaat Oost-Nederland aan de verbetering van vismigratie, in combinatie met ecologisch herstel van rivier- en beekmondingen.
De locatie is opengesteld voor het publiek. In een kijkruimte is te zien hoe de vissen omhoog zwemmen. De vispassage heeft 4 miljoen euro gekost.
De vraag is of dat dan komt door alleen de waterkwaliteit of dat het komt omdat we, bijvoorbeeld, gewoon gruwelijk dicht bevolkt zijn en ik al heel wat weilanden en dergelijke omgezet heb zien worden in woningen.
Mijn idee is overigens niet om te infiltreren in bestaande vennen - dat zou inderdaad de ecologie van die vennen veranderen – maar in aangelegde plassen (met een oppervlak minder dan 0,1 procent van de Veluwe). Die vallen droog, enkele dagen nadat infiltratie stopt. Infiltratieplassen hebben landschappelijk gezien wellicht wat waarde (als je saai naaldbos daarvoor kapt), aangaande natuur is die inderdaad beperkt.
Zeg 10 jaar geleden al waarschuwde ik dat we in 2027 in Nederland nooit de KRW doelen gaan halen. Ik betreur het ten zeerste dat ik gelijk ga krijgen. Ik voorspel nu dat we in 2030 met de mond vol tanden staan als Brussel ons vraagt wat onze plannen/maatregelen zijn om de Veluwe natuur en biodiversiteit te herstellen. Zonder fors ingrijpen in de waterbalans van het Veluwemassief gaan we verdroging echt niet bestrijden en zullen beken en sprengen niet structureel meer water voeren. Dat geef ik je op een briefje.