Ruim vijftig institutionele beleggers roepen chemiebedrijven wereldwijd op te stoppen met het produceren van PFAS. Volgens de beleggers zijn poly- en perfluoralkylstoffen ‘het nieuwe asbest’ voor de chemiesector. Ze doen hun oproep vooral uit financiële motieven.
In een brief aan de topbestuurders van de vijftig grootste beursgenoteerde chemiebedrijven ter wereld schrijven de beleggers: “Fabrikanten en gebruikers van PFAS worden blootgesteld aan grote aansprakelijkheids- en verzekeringsrisico's die doen denken aan de risico's die historisch verbonden zijn aan asbest.”
Die risico’s kunnen de waarde van bedrijven die betrokken zijn bij de productie en verkoop van de chemicaliën wezenlijk schaden, waarschuwen de beleggers. Ze wijzen op bedrijven die in de VS worden geconfronteerd ‘met een stortvloed aan rechtszaken’. Die richten zich niet alleen op producenten van PFAS, maar ook PFAS-gebruikers in de auto-, voedsel-, textiel-, cosmetica- en papiersector.
PFAS staan bekend staan als ‘forever chemicals’ omdat ze niet of nauwelijks afbreken in het milieu. Ze worden vanwege hun toxiciteit bovendien in verband gebracht met vele gezondheidsrisico's. Inmiddels worden de stoffen overal aangetroffen, in Nederland ook in oppervlaktewater, grondwater en drinkwater.
IIHC
De beleggers zijn verenigd in de Investor Initiative on Hazardous Chemicals (IIHC) en beheren gezamenlijk 10.000 miljard dollar aan geïnvesteerd vermogen. Aangesloten zijn onder meer Storebrand, Allianz, BNP Paribas en Triodos Bank.
De kosten van de juridische claims, vanwege bijvoorbeeld persoonlijk letsel, het filteren van drinkwater tot bodemsanering, kunnen enkel in de Verenigde Staten al in de honderden miljarden dollars lopen, waarschuwt IIHC. De geschatte kosten om PFAS uit het drinkwater in de Verenigde Staten te verwijderen variëren van 64,5 miljard tot 248 miljard dollar. De volledige saneringskosten kunnen oplopen tot meer dan 400 miljard dollar.
Het eerste faillissement werd dit jaar in de VS uitgesproken en er worden er meer verwacht, verklaren experts tegen persbureau Bloomberg. In Europa bereikte chemieconcern 3M vorig jaar een schikking van 500 miljoen euro met de Vlaamse regering. In Nederland is het chemiebedrijf Chemours in Dordrecht aansprakelijk gesteld voor PFAS-schade in vier omliggende gemeenten. Er loopt ook een strafrechtelijk onderzoek tegen het bedrijf.
Rivierenland
Ook het algemeen bestuur van Waterschap Rivierenland besloot in oktober schade als gevolg van de PFAS-vervuiling in het werkgebied, te gaan verhalen op het chemiebedrijf Chemours. Het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard heeft eveneens te kampen met verhoogde concentraties PFAS in zijn werkgebied.
Op initiatief van onder andere Nederland wordt een verbod op PFAS in de Europese Unie voorbereid. Na een verbod hebben bedrijven anderhalf jaar de tijd om op zoek te gaan naar alternatieven.
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.