Momenteel betalen 27 bedrijven in Noord-Brabant belasting voor het oppompen van grondwater. Dat worden er vanaf volgend jaar tussen de 200 en 500. De provincie gaat het geld gebruiken voor de financiering van het herstel van het grondwatersysteem.
Het betreft een voorstel van Gedeputeerde Staten in verband met de begroting van 2026. GS wil dat de grens voor de grondwaterheffing flink omlaag gaat: van jaarlijks 150.000 naar 50.000 kubieke meter.
Deze hoeveelheid water is vergelijkbaar met een voetbalveld dat 10 meter onder water staat, volgens het bericht van de provincie Noord-Brabant. Een bedrijf dat meer grondwater oppompt, betaalt boven de grens zo’n 4 cent per kubieke meter.
‘Belangrijk en logisch’
De verbreding van de grondwaterheffing was als ambitie opgenomen in het provinciale bestuursakkoord 2023-2027. Het is belangrijk en logisch dat de gebruiker van grondwater daarvoor ook betaalt, wordt gesteld.
Provinciale Staten moet nog akkoord gaan met het voorstel van GS. In november komt dit aan de orde bij de bespreking van de begroting. Bij groen licht starten de voorbereidingen voor uitvoering.
Heffing voor 200 tot 500 bedrijven
Op het ogenblik betalen alleen 27 bedrijven die meer dan 150.000 kubieke meter grondwater oppompen de grondwaterheffing: twee drinkwaterbedrijven en verder grote industriële onttrekkers. Zij zijn door de verlaging van de grens naar 50.000 kubieke meter straks jaarlijks meer geld kwijt: ongeveer 4.000 euro.
Er komen ook veel bedrijven bij die voor het eerst de belasting moeten gaan betalen. Volgens de provincie zullen vanaf 1 januari 2026 tussen de 200 en 500 bedrijven aan de heffing bijdragen. Het gaat vooral om grote agrarische bedrijven. Het aantal is afhankelijk van de weersomstandigheden in een jaar en varieert daarom behoorlijk.
Geld ingezet voor grondwatersysteem
De provincie wil het geld inzetten voor het financieren van het herstel van het grondwatersysteem. Dat staat sterk onder druk door klimaatverandering en structureel afnemende watervoorraden.
De verbreding van de grondwaterheffing is volgens de provincie een van de nieuwe maatregelen om te zorgen voor een klimaatbestendig en veerkrachtig water- en bodemsysteem in Brabant. In 2028 worden de doeltreffendheid en uitvoerbaarheid geëvalueerd. Ook bekijkt de provincie dan of een verdere verlaging van de grens wenselijk en uitvoerbaar is.
De vraag is of dat dan komt door alleen de waterkwaliteit of dat het komt omdat we, bijvoorbeeld, gewoon gruwelijk dicht bevolkt zijn en ik al heel wat weilanden en dergelijke omgezet heb zien worden in woningen.
Mijn idee is overigens niet om te infiltreren in bestaande vennen - dat zou inderdaad de ecologie van die vennen veranderen – maar in aangelegde plassen (met een oppervlak minder dan 0,1 procent van de Veluwe). Die vallen droog, enkele dagen nadat infiltratie stopt. Infiltratieplassen hebben landschappelijk gezien wellicht wat waarde (als je saai naaldbos daarvoor kapt), aangaande natuur is die inderdaad beperkt.
Zeg 10 jaar geleden al waarschuwde ik dat we in 2027 in Nederland nooit de KRW doelen gaan halen. Ik betreur het ten zeerste dat ik gelijk ga krijgen. Ik voorspel nu dat we in 2030 met de mond vol tanden staan als Brussel ons vraagt wat onze plannen/maatregelen zijn om de Veluwe natuur en biodiversiteit te herstellen. Zonder fors ingrijpen in de waterbalans van het Veluwemassief gaan we verdroging echt niet bestrijden en zullen beken en sprengen niet structureel meer water voeren. Dat geef ik je op een briefje.