In de provincie Friesland zijn vorig jaar vijftien wateren onderzocht. Daarbij werd een toename in het aantal vissoorten vastgesteld. Het onderzoek is uitgevoerd als deel van de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW).
Om de drie jaar laat het Wetterskip Fryslan wateren onderzoeken op aantallen, soorten, gewicht en conditie van vispopulaties. In het najaar van 2018 werden in totaal vijftien wateren gecontroleerd op de visstand door adviesbureau ATKB. De verscheidenheid aan vissoorten nam toe ten opzichte van de laatste controle. Volgens het Wetterskip is dit een gevolg van de verbetering van de kwaliteit van het oppervlaktewater.
28 verschillende soorten
Bij de vismonitoring werden in totaal 28 verschillende vissoorten geteld. Vier daarvan staan op de nationale Rode Lijst met soorten die uit Nederland dreigen te verdwijnen: de alver, de rivierdonderpad, de spiering en de de houting. In vrijwel alle wateren zijn exotische vissoorten aangetroffen. Ponto-Kaspische grondels werden het vaakst gezien. Ook de Roofblei en Zonnebaars kwamen in meerdere wateren voor.
Punt van aandacht blijft volgens het Wetterskip Fryslan de grote aanwezigheid van de brasem. Brasem woelt de waterbodem om, waardoor het water troebel en voedselrijk blijft. Waterplanten kunnen er niet groeien en vissoorten die helder water en waterplanten nodig hebben verdwijnen. Het Wetterskip meent dat de aanwezigheid van de brasem het natuurlijk herstel van de wateren in de weg staat en dat de KRW doelen daardoor niet volledig worden gehaald.
Aanbevelingen
De auteurs van het onderzoek vinden het voor de vergelijkbaarheid van resultaten raadzaam om bij toekomstige onderzoeken de bemonsteringsmethodiek en de bemonsteringsperiode aan te laten sluiten bij het onderzoek van 2018. Hierdoor zouden verschillen in de resultaten als gevolg van deze variabelen tot een minimum kunnen worden beperkt.
Voor vervolgonderzoek raden de onderzoekers het aan om in een aantal wateren de inspanning licht te verhogen. Dan kan een robuuster en meer betrouwbare schatting van het visbestand worden verkregen. Dit geldt met name voor de open water bemonsteringen voor de wateren Grote Wielen, Grutte Krite, Terkaplester poelen, Witte en Zwarte Brekken en Zandmeer. In het Sneekermeer zou de inspanning van de bemonsteringen van de oeverzone iets verhoogd kunnen worden.
MEER INFORMATIE
KRW visstandonderzoek Friesland 2018
Hoeveel kogels heeft men laten vallen (op verschillende plaatsen) om te concluderen dat de faalkans als gevolg van een impact (25 kg bal van 22 meter hoogte lijkt me inderdaad een aardige klap geven) op een voldoende laag niveau zit?