secundair logo knw 1

Nieuwe cijfers over 2015 veranderen algemene beeld niet

De concentraties van stikstof en fosfaat in grond- en oppervlaktewater zijn in 2015 nagenoeg gelijk aan die van de drie jaar daarvoor. De laatste decennia is wel sprake van een duidelijke daling. Dat blijkt uit een rapport van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.

De inventarisatie met cijfers over 2015 is een aanvulling op het vorig jaar gepubliceerde rapport over de landbouwpraktijk en waterkwaliteit, dat bekend staat als de nitraatrapportage. Hierdoor zijn nu de toestand voor de jaren 2012-2015 en de trend over de periode 1992-2015 beschreven. Volgens het RIVM ontstaan door het toevoegen van de nieuwe cijfers geen andere conclusies. De aanvullende inventarisatie is uitgevoerd door het RIVM in samenwerking met Rijkswaterstaat en onderzoeksinstituut Deltares.

In 2015 waren de concentraties van nitraat nagenoeg gelijk aan die van het jaar daarvoor. Dat geldt voor alle meetdiepten. Over de jaren heen is er wel sprake van een duidelijke vermindering. Zoals in de zandgebieden: de nitraatconcentratie in het ondiepe grondwater onder landbouwgronden bereikte in 1996 het hoogste niveau met 46 milligram per liter, ongeveer tien jaar na de piek in het stikstofoverschot. Daarna is de nitraatconcentratie gedaald tot 32 milligram per liter in 2015.

Bij het zoete oppervlaktewater is dezelfde ontwikkeling te zien. De nitraatconcentraties in de winter (het uitspoelingsseizoen) verschilden in 2015 amper met die van 2014. Deze concentraties waren gemiddeld lager dan 15 milligram per liter, zowel in landbouwspecifieke oppervlaktewateren als in KRW-wateren (regionale en rijkswateren aangewezen voor de Kaderrichtlijn Water). Dat is een aanzienlijke daling ten opzichte van het begin van de jaren negentig. Toen waren de concentraties rond de 30 milligram per liter in landbouwspecifieke oppervlaktewateren en rond de 20 milligram per liter in KRW-wateren.

In het zoute oppervlaktewater zijn de nitraatconcentraties in 2015 vergelijkbaar met die van de jaren daarvoor. De concentraties in kustwateren en open zee zijn stabiel: respectievelijk 2,3 en 1,2 milligram per liter. De concentraties van nitraat in de overgangswateren dalen net als in de zoete wateren: van ongeveer 13 milligram per liter vijfentwintig jaar geleden naar 8,3 milligram per liter in 2015. In deze wateren zijn de gemiddelde chlorofylconcentraties in de zomer verder gedaald ten opzichte van 2014: naar 5,6 milligram per liter in 2015.

Het RIVM constateert dat het stikstof- en fosfaatoverschot in de Nederlandse landbouw sinds 1987 is afgenomen. De nitraatconcentraties in het water op landbouwbedrijven zijn gedaald en de kwaliteit van het oppervlaktewater is verbeterd. De verbetering van de waterkwaliteit komt door maatregelen in de landbouw die vanwege de Europese Nitraatrichtlijn zijn genomen, zoals een verminderd gebruik van mest en een inperking van de periode waarin mest mag worden toegepast.

Wel wijzen de onderzoekers van het RIVM erop dat vooral in zand- en lössgebieden nog nitraatconcentraties voorkomen die hoger zijn dan de EU-norm van 50 milligram per liter. Ook is 60 procent van de zoete oppervlaktewateren eutroof; de biologie van het water is hier nog niet op het gewenste niveau. Van de zoute wateren is ruim 10 procent eutroof.

Volgens de onderzoekers van het RIVM zal de waterkwaliteit naar verwachting verbeteren in de eerste vijf jaar die volgen op de volledige uitvoering van het vijfde actieprogramma (2014-2017). Waarschijnlijk duurt het nog enkele decennia, voordat effecten op de nitraatconcentratie in het diepe grondwater volledig zichtbaar worden. De verwachting is verder dat de waterkwaliteit van de zoete en zoute wateren in de nabije toekomst stabiel blijft of licht verbetert.

Meer informatie:

Aanvullend rapport RIVM (in Engels) over waterkwaliteit in Nederland: toestand (2012-2015) en trend (1992-2015)

Rapport RIVM (in Engels) over landbouwpraktijk en waterkwaliteit in Nederland: toestand (2012-2014) en trend (1992-2014)

Vijfde actieprogramma Nitraatrichtlijn (2014-2017)

Landelijk meetnet effecten mestbeleid

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Ik geloof helemaal niets van dit doem verhaal. Zijn er nu al gebieden in de waddenzee die errst droog kwamen te liggen en nu niet meer? Zijn de oppervlaktes wadden tegen de eilenden en de vaste kustlijnen kleiner bij eb! Ik zie en hoor daar niets van! Wat ik wel hoor is dat de vaargeulen zeer snel verzanden en dat er 24 uur gebaggerd moet worden om te kunnen blijven varen.bwaar komt dat zand vandaan………..precies ! Dat is een continu proces en dat stopt niet door zeespiegel stijging. Dus maak je niet zo druk om de sterke natuur!
Wat een apart artikeltje Emile...  nitraat is niet organisch en liever stop ik wat zuurstof in infiltratiewater wanneer ik organische stoffen wil reduceren dan nitraat, dat immers het giftige nitriet kan vormen... de relatie met verbreding van irrigatiemogelijkheden met de aardappelteelt mort je nog maar eens uitleggen.. is toch iets heel anders? Joost
Hoi Marjolijn, bedankt voor je artikel. Het is duidelijk dat waterbeheer complex en uitdagend is, vooral nu klimaatverandering en hoger verbruik hun tol eisen. Gebieden zoals Zuid-Frankrijk en Catalonië staan niet op zichzelf met strenge restricties voor watergebruik.
Een interessant gegeven is dat 80% van ons drinkwater thuis wordt verbruikt. Daar ligt een enorme uitdaging, maar ook een kans om echt verschil te maken. Door slimmer om te gaan met de distributie van water, kunnen we helpen om het verbruik te verminderen zonder dat we daar veel van merken. Dit zou niet alleen helpen om onze waterbronnen te sparen, maar ook de druk op het systeem tijdens droge perioden verlagen.
Dit gaat verder dan alleen maar korter douchen; het gaat om een bewuste verandering in ons dagelijks leven om ervoor te zorgen dat er genoeg water is voor iedereen. Iemand iets gunnen. Beginnen met het nadenken over de oplossingen menukaart ook met water zoals we dat met energie doen - waar kunnen we besparen, hoe kunnen we efficiënter zijn, en hoe kunnen we ons aanpassen aan nieuwe omstandigheden?
Er is geen eenduidige oplossing voor het probleem, en additionele productie levert ons op langere termijn niets op. Misschien is het tijd om deze uitdaging aan te gaan en te kijken naar hoe we thuis ons watergebruik kunnen optimaliseren. 
Op dit moment (24 april 2024) na maandenlange neerslag is alles weer goedgekomen met hoog grondwater. De natuur hersteld zichzelf! Laat je niet beetnemen.
Afbreekbaarheid moet in de toekomst als eerste beoordelingsparameter voor toelating van stoffen worden ingevoerd. Er ontstaan anders onomkeerbare problemen in de toekomst.