Hogere temperaturen en droogte leiden ertoe dat Nederland in de toekomst meer te maken zal krijgen met onbeheersbare natuurbranden. Hiervoor waarschuwen kennisinstellingen in het rapport Natuurbrandsignaal ’23.
Een consortium van kennisinstituten (NIPV, KNMI, Wageningen University & Research (WUR) en Vrije Universiteit Amsterdam (VU) en Deltares) onderzocht de vraag of en hoe natuurbranden in Nederland veranderen door de klimaatverandering.
Bij Deltares is Margreet van Marle expert natuurbranden en klimaat resilience. “De verwachte trend graat richting droger en warmer weer waarbij de verwachting is dat in de toekomst een groter deel van Nederland te maken krijgt met meer natuurbranden. In een dichtbevolkt gebied met veel afhankelijke functies kan dat snel leiden tot grote maatschappelijke gevolgen, zoals gezondheidsrisico’s en schade aan bijvoorbeeld infrastructuur.”
Aanbevelingen
Het consortium raadt de politiek aan om het voorkomen en bestrijden van natuurbranden structureel onderdeel te maken van het systeem van brandweerzorg. Ook moet het risico van natuurbranden worden meegewogen bij de inrichting van het Nederlandse landschap. “De derde aanbeveling is dat er meer kennis moet worden vergaard. Het is nuttig om de ontwikkeling van het natuurbrandrisico nader en ook kwantitatief te kunnen duiden.”
Dit is volgens Van Marle vooral belangrijk om een handelingsperspectief te kunnen bieden aan overheden, bestrijders, beheerders en andere actoren. “Als we kijken naar overstromingsrisico’s hebben we daar veel beter in kaart waar de kwetsbaarheden liggen en weten we bijvoorbeeld hoeveel mensen en welke infrastructuur in een bepaald gebied bedreigd kunnen worden. Zoiets is ook nodig op dit dossier.”
Integrale strategie
Om de kans op natuurbranden zo klein mogelijk te houden en eventuele gevolgen ervan te beperken, is een integrale strategie nodig. “Er is een maatregelenoverzicht nodig op het gebied van preventie, maar ook van mitigatie en respons. Er moet onderzocht worden hoe verschillende soorten van maatregelen samen, tot het beste resultaat kunnen leiden.”
Volgens Van Marle hoort bij een dergelijke aanpak ook dat alle relevante partijen worden betrokken bij het ontwikkelen van een goede strategie. “Daarbij denk ik ook aan waterbeheerders. Door grondwater hoog te houden, zouden we het landschap bijvoorbeeld weerbaarder kunnen maken tegen het ontstaan of verspreiden van natuurbranden.”
We doen er alles aan via rechtszaken, gesprekken gemeente, overleg ministeries, RIVM, maar het kwartje wil maar niet zakken. De PFAS productie moet per direct stoppen. Elke gram is er een te veel.
Tot mijn grote verdriet heeft de heer Draghi in een op verzoek van de EU voorzitter in een landmark report verkondigt dat de voorgenomen PFAS restrictie moet worden versoepeld https://www.euronews.com/green/2024/09/11/landmark-eu-report-embraces-green-energy-transition-but-advocates-for-softer-rules-on-pfas. Zogenaamd omdat anders de energietransitie wordt belemmerd.
Onacceptabel. In een woord.
Tja. Zo'n simpele maatregel en dan mag het wettelijk niet. Omdat de administraties van Delfland en Dunea niet goed corresponderen. Toch is er minimaal risico op "oneerlijk" want er zijn GEEN huishoudens die GEEN drinkwateraansluiting hebben. En ALS huishoudens zijn aangesloten op het drinkwater, DAN betalen ze daar ook voor. Het enige probleem is dat in oude flatgebouwen er vaak nog 1 watermeter is voor alle bewoners samen. Maar vanuit de doelstelling voor drinkwaterbesparing moeten die huishoudens toch al een eigen (slimme) meter krijgen.
Dus dan denk je dat Dunea en Delfland de handen inéén slaan om de administratie op orde te krijgen. Maar nee, zooo belangrijk is het besparen van drinkwater (en dus minder rioolwater om te zuiveren) nou ook weer niet.