secundair logo knw 1

Marian van Veen bij het standbeeld van haar vader in Capelle aan den IJssel I foto: Stichting Blauwe Lijn

Johan van Veen, de vader van het Deltaplan, heeft bijna zestig jaar na zijn overlijden een standbeeld gekregen in Capelle aan den IJssel. Dit staat bij de Hollandsche IJsselkering, het enige Deltawerk dat hij nog zelf heeft zien bouwen.

Dr. Ir. Johan van Veen (1893-1959) geldt als grondlegger van de Deltawerken, Europoort I en II en de Eemshaven. Hij werkte bijna dertig jaar als waterstaatkundig ingenieur bij Rijkswaterstaat en waarschuwde lange tijd vergeefs dat de dijken slecht eraan toe waren. Van Veen maakte op eigen initiatief het Deltaplan en diende dat twee dagen voor de Waternoodramp in bij de minister van Waterstaat. Daarna vormde het plan de basis voor de Deltawerken.

Johan van Veen 1953Johan van Veen in 1953 (foto: Nationaal Archief)

Het standbeeld is gisteren onthuld door zijn dochter Marian van Veen, in het bijzijn van onder meer deltacommissaris Peter Glas en dijkgraaf Toon van de Klugt van hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard. Het is niet het enige eerbetoon in Nederland. Ook in zijn Groningse geboorteplaats Uithuizermeeden staat een beeld van Van Veen.

Aandacht voor prominente ingenieurs
De plaatsing in Capelle aan den IJssel is een initiatief van de Stichting Blauwe Lijn. Deze twee jaar geleden opgerichte stichting zet zich in voor het behoud en uitdragen van de klassieke Nederlandse waterbouwkundige kennis. Voormalig TU Delft-professor Henk Jan Verhagen werkt vanuit de stichting aan het Digitaal Trésor der Hollandsche Waterbouw. Via de portal zijn veel biografieën en publicaties te vinden.

“Wij willen voor het voetlicht brengen wat de ‘watergrootmeesters’ voor ons land hebben betekend”, zegt projectleider Karen van Burg van Stichting Blauwe Lijn. “Niet alleen om oude verhalen op te baggeren, maar ook omdat deze verhalen daadwerkelijk een bijdrage leveren aan actuele en toekomstige wateropgaven. Elk jaar krijg een prominente ingenieur extra aandacht. Na Johan van Veen volgt in 2021 Jan Agema, in 2022 Johannes de Rijke en in 2023 waarschijnlijk Cornelis Vermuyden. Over hen publiceren we inspiratieboekjes.”

Standbeeld op symbolische plek
Marian van Veen had zelf al een bronzen borstbeeld van haar vader laten maken door kunstenaar Fred Hartog. De Stichting Blauwe Lijn heeft ervoor gezorgd dat het bedrijf Gouda Natuursteen dit beeld namaakte in steen en plaatste op een sokkel van basalt. Vervolgens is geregeld dat het standbeeld op Schielands Hoge Zeedijk kon komen te staan. Hieraan hebben onder andere de gemeente Capelle aan den IJssel, de lokale historische vereniging en het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard een financiële bijdrage geleverd.

Karen van BurgKaren van Burg

De plek is populair bij wandelaars en fietsers en ook symbolisch, zegt Van Burg. “Van Veen hamerde er indertijd op dat de zeedijk heel zwak was en bij doorbreken de hele Randstad onder water zou komen te staan. Gelukkig is dit bij de Watersnoodramp in 1953 net voorkomen door heldhaftig optreden van de burgemeester. Daarna is de dijk versterkt en in 2016 opnieuw. Mooi is ook dat de blik van Van Veen is gericht op de Hollandsche IJsselkering, het eerste Deltawerk.”

Verhaal in inspiratieboekje
Het verhaal van Johan van Veen is opgetekend in het inspiratieboekje Het water geeft en neemt dat voor tien euro te koop is. Leerlingen van de scholen rondom de IJssel krijgen een gratis exemplaar. Van Burg: “We willen zijn verhaal uitdragen bij studenten van hogescholen en scholieren in het lager en middelbaar onderwijs. De bedoeling is hen ervan bewust te maken dat Nederland is gebouwd uit het water en daarmee hun betrokkenheid bij de huidige problemen zoals zeespiegelstijging versterken. We hebben een programma met onder meer toertochten en hackatons. Vanwege de coronamaatregelen is dit fysiek nu niet mogelijk. Daarom werken we aan een digitale invulling.”

Hoe reageerde Peter Glas eigenlijk op het beeld van Johan van Veen? “De deltacommissaris vindt het waardevol dat het standbeeld er staat en ook wat onze stichting doet. Vooral om jongeren te betrekken bij het Deltaprogramma.”

 

MEER INFORMATIE
Stichting Blauwe Lijn over het standbeeld
Bericht hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard
Biografie Johan van Veen op site Historiek
Digitaal Trésor der Hollandsche Waterbouw

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte mevr. Sien Kok,
alles is onlosmakelijk atomair verbonden binnen relativiteit van tijd/ruimte en eenheid geest stof, telen zonder chemie, inschakelen industrie en prive personen telt allemaal, maar denk ook even aan satellieten met hun negatieve effect op klimaat, 24/7. U geeft oude wetmatigheden een nieuw jasje. Succes, Jan Kalverdijk
Interessant. Hoe staat het met de PFAS-hoeveelheden die bij Chemelot in de Maas worden geloosd, wordt hier wel op gehandhaafd? 
Niet zo vreemd dat van die akker- en weidevogelsoorten de populaties teruglopen . Dat kan je zo hebben als je het vol zet met zonnepanelen en windturbines (birdblenders).
Dit heb ik ook nodig. Wij maken van slootmaaisel, een nieuw product, Wortelbeton, voor waterschap Rijnland. Artificiële Rietzudde, voor KRW- doelen. We hebben nog een toepassing van Wortelbeton en dat is veen maken. Daarmee werken we samen met gem Amsterdam en Waternet/AGV en VIP_NL. 
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
@Almer BolmanEens Almer, de laatste twee kalenderjaren waren uitzonderlijk, extreem nat. En enkele jaren daarvoor extreem droog. Het lijkt er echter op dat wateroverlast eerder een reden is om in actie te komen dan droogte. De flanken van de Veluwe (en de beken aldaar) reageren zeer snel op natte en droge perioden omdat -zoals je weet - de reservoircoëfficiënt daar gering is. Daarom is mijn plan om juist niet op de flanken - dat heeft geen zin - maar op de hoge delen (daar is de genoemde coëfficiënt groot en de grondwaterstand diep) de grondwateraanvulling te vergroten, ofwel door vermindering van de verdamping ofwel door gecontroleerde (!) infiltratie van perfect voorgezuiverd rivierwater. Het doel is te bereiken dat beken en sprengen weer hóger op het massief ontspringen en langer water voeren. Dat zal een enorme boost geven aan natuur en biodiversiteit. Het kwelwater naar de beken is overigens geen infiltratiewater, het is en blijft geïnfiltreerd regenwater. Als we in hoge delen van de Veluwe water infiltreren, kiest dat een diepe, uitermate lange, langzame weg naar de randen van de Veluwe waar het pas na eeuwen - misschien zelfs millennia - opkwelt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.