Door de Amsterdam Agreements zijn waterbedrijven en steden beter met elkaar gaan samenwerken, maar de industrie is nog een zorgenkindje. Het uiteindelijke doel is een wereldwijde community van zo’n vijfhonderd mensen uit verschillende sectoren, vertelt Roelof Kruize, directeur van Waternet en lid van het AIWW-bestuur.
Op de tweede dag van de AIWW Conferentie zijn de handtekeningen gezet onder vier Amsterdam Agreements. Daarmee is volgens Roelof Kruize de koek niet op. Hij verwacht dat binnenkort nog een aantal overeenkomsten wordt getekend. “Vooraf zijn in potentie zo’n tien à twaalf agreements geïdentificeerd. Je plant het zaadje hier tijdens de AIWW en in de weken daarna moet je hard werken om de samenwerking te realiseren. Ik zou bijvoorbeeld er erg enthousiast over zijn, als partijen uit de Rijndelta, de Mekongdelta en het Zuid-Afrikaanse stroomgebied overeenkomen om van elkaar te leren.”
De Amsterdam Agreements zijn in 2017 geïntroduceerd tijdens de vorige Amsterdam International Water Week. Zij moesten zorgen voor doorbraken, stelde Kruize indertijd. Hij spreekt nu van een avontuur dat een heel goed idee is gebleken. “Een deel van de agreements van toen is erg succesvol. Enkele zijn een zachte dood gestorven, maar dat heb je altijd bij zoiets nieuws. Zo is jammer genoeg de Human Cities Coalition niet doorgegaan, want dat was wel een van de grotere overeenkomsten.”
Uitdagingen hetzelfde
Kruize wijst aan de andere kant op de zeer intensieve samenwerking die is ontstaan tussen Waternet, Berliner Wasserbetriebe en het Parijse nutsbedrijf SIAAP. “Onze uitdagingen zijn hetzelfde. Je kan een paar stappen overslaan als je van een andere partij hoort hoe zij het aanpakken. We zijn bij Waternet bijvoorbeeld bezig met het digitaliseren van informatiestromen. In Berlijn is men daarmee een stap verder. Daaraan hebben we echt veel gehad.”
Ook bij praktische zaken kunnen partijen elkaar helpen. “Toen we deze zomer in Amsterdam het slib niet kwijt konden, heb ik met Parijs gebeld. Het lukte even niet met de vergunning, maar er is wel zeer serieus naar ons verzoek gekeken. Twee jaar geleden zou de reactie zijn geweest: wie is die meneer?”
De meeste vooruitgang is behaald bij nutsbedrijven en steden, zegt Kruize. “Er zijn bijvoorbeeld mooie internationale samenwerkingsverbanden ontstaan rondom het klimaatbestendig maken van steden. De industrie is nog beetje een zorgenkindje. Industriële bedrijven zijn vrij lastig voor de AIWW te porren, terwijl zij wel een enorme opgave hebben. De uitdaging is ervoor te zorgen dat de energie- en voedselsector ook naar Amsterdam komen.”
Wereldwijde community
De ambitie is om te komen tot een wereldwijde community van zo’n vijfhonderd mensen, vertelt Kruize. Hij is tevreden dat er veel dezelfde gezichten als de vorige keer zijn, maar denkt dat er nog veel meer uit kan worden gehaald. “Wij willen dat mensen tussendoor met elkaar contact blijven houden. Daarvoor vormen de Amsterdam Agreements een goed middel. Het ultieme doel is een community waaraan niet alleen mensen uit de watersector maar ook mensen uit onder meer de energie- en foodsector en de landbouw meedoen.”
Het helpt daarbij dat de programmering van de AIWW en de Singapore International Water Week op elkaar wordt afgestemd. “Hierdoor is er wereldwijd een aantal thema’s dat terugkomt.” De samenwerking met de World Water Week in Stockholm komt daarentegen niet goed van de grond, voegt Kruize eraan toe. “Daar wordt het programma sterk bepaald door ngo's, terwijl in Amsterdam en Singapore veel verschillende partijen elkaar weten te vinden.”
Kruize noemt nog het initiatief Leading Utilities of the World door Christofer Gasson van Global Water Intelligence. Daarbij sluiten zich steeds meer waterbedrijven aan die veel werk maken van innovatie. "Hieraan doen nu zo’n vijftig bedrijven mee. Dit is echt een community aan het worden.”
Waterschappen slecht vertegenwoordigd
Kruize is tevreden over de aanwezigheid van diverse financiële instellingen. “Onder andere de Rabobank, ING en Wereldbank zijn er. Ik kan het succes melden dat Waternet van de Wereldbank groen licht heeft gekregen voor een project om het waterbedrijf in de Noord-Indiase stad Shimla te versterken. Dit bedrijf krijgt een grote lening om onder meer beheer en onderhoud te verbeteren en wij treden als partner op. Het is de eerste keer dat de Wereldbank deze stap zet. Het zaadje is al bij de AIWW van 2015 geplant.”
Waternet is een spin in het web bij veel samenwerkingsinitiatieven. Doet de rest van de Nederlandse watersector voldoende mee? “Nee”, reageert Kruize. “Ik vind het positief dat al mijn collega’s van de drinkwaterbedrijven bij de AIWW Conferentie zijn. De waterschappen zijn echter slecht vertegenwoordigd. Met de Blue Deal hebben zij wel wat meer een internationale agenda, maar het zou beter kunnen.”
Hoeveel kogels heeft men laten vallen (op verschillende plaatsen) om te concluderen dat de faalkans als gevolg van een impact (25 kg bal van 22 meter hoogte lijkt me inderdaad een aardige klap geven) op een voldoende laag niveau zit?