secundair logo knw 1

De Zandmotor voor de kust van Kijkduin geldt als voorbeeld van een natuurlijke oplossing I foto: Rijkswaterstaat

Het kabinet heeft een bedrag van 110 miljoen euro uit het Nationaal Groeifonds gereserveerd voor het landelijke kennis- en innovatieprogramma NL2120, het groene verdienvermogen. Hierin zoekt een breed consortium van partijen naar natuurlijke oplossingen die de Nederlandse delta leefbaar en aantrekkelijk houden. Het projectvoorstel moet nog wel worden aangepast.

NL2120 behoort tot de initiatieven waarvoor het kabinet-Rutte IV vorige week besloot om geld uit het Nationaal Groenfonds uit te trekken. Het kabinet volgt hierbij het advies van een commissie onder leiding van voormalig minister Jeroen Dijsselbloem. Die omschrijft het onderwerp van NL2120 als vernieuwend en strategisch interessant. Het gaat om strategisch belangrijke en relevante vraagstukken op het snijvlak tussen verdienvermogen en leefomgeving, aldus de commissie.

Voor het project is een bedrag van 110 miljoen euro gereserveerd. De adviescommissie vindt een toezegging nu nog niet op zijn plaats vanwege twijfels over de effectiviteit van de gekozen aanpak en de onevenwichtige uitwerking van het projectvoorstel als geheel. Daarom is er eerst een aangepast, meer gefocust voorstel met een steviger economische onderbouwing nodig. Dat moet over uiterlijk negen maanden ingediend zijn.

Natuurlijke oplossingen centraal
In NL2120 werken overheden, maatschappelijke organisaties, bedrijven en kennis- en onderwijsinstellingen samen. Zij richten zich op hoe de Nederlandse delta leefbaar en aantrekkelijk kan worden gehouden, want die staat onder druk door ontwikkelingen als klimaatverandering en een afnemende biodiversiteit. Het project vloeit voort uit de visie Een natuurlijkere toekomst voor Nederland in 2120, die Wageningen Environmental Research (onderdeel van Wageningen University & Research) twee jaar geleden presenteerde.

De partijen zoeken via een integrale aanpak naar praktisch toepasbare oplossingen die aansluiten bij natuurlijke water- en bodemsystemen. Als voorbeelden worden genoemd kustversterking met zand en slib (zoals bij de Zandmotor), natuurlijke buffergebieden als bescherming tegen overstromingen van rivieren en gebruik van slimme groene oplossingen voor het opvangen van water en het koelen van steden.

Kennisprogramma en gebiedsgerichte projecten
De ministeries van Infrastructuur en Waterstaat en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit hebben het projectvoorstel ingediend bij het Nationaal Groeifonds. Het idee is om een nationaal kennisprogramma te combineren met het opdoen van ervaring in gebiedsgerichte uitvoeringsprojecten in verschillende landschapstypen, zoals de hoge zandgronden, het veenweidegebied, de stad, de kust en de Noordelijke Maasvallei die de eerste ‘blue zone’ van Nederland moet worden. Dit levert kennis op over zowel de werking van natuurlijke oplossingen als innovatieve verdienmodellen en maatschappelijke veranderprocessen. Het plan heeft een looptijd tussen 2022 en 2031.

In het voorstel was op een hoger bedrag ingezet, maar er is een reservering van 110 miljoen euro onder voorwaarden uitgekomen. De betrokken partijen noemen het positief nieuws dat de potentie van het project wordt gezien. Zij beschouwen de reservering als een erkenning voor hun visie en ambitie en gaan nu hard aan de slag om de gevraagde aanpassingen door te voeren. Volgens hen vergroot NL2120 internationaal de vooraanstaande positie van Nederlandse kennisinstellingen en bedrijven op het gebied van klimaatadaptatie en gebruik van natuurlijke oplossingen in water en landbouw.

Geen geld voor maritiem project
NL2021 is een van de twintig innovatieve projecten op het terrein van onderzoek, ontwikkeling en innovatie die groen licht hebben gekregen tijdens de tweede beoordelingsronde van het Nationale Groeifonds. Het kabinet investeert met dit fonds tussen 2021 en 2025 20 miljard euro in projecten die zorgen voor economische groei voor de lange termijn. Deze keer is er voor innovatie een investering van 3,22 miljard euro beschikbaar gesteld en verder nog 1,33 miljard euro gereserveerd. Ook zijn er investeringen dan wel reserveringen in acht projecten op twee andere terreinen (kennisontwikkeling en infrastructuur) en vervolginvesteringen in projecten uit de eerste ronde bekendgemaakt.

Een bedrag van 135 miljoen euro – nu nog een reservering – gaat naar De Blauwe Motor. Dit kennis- en innovatieprogramma is bedoeld voor versnelling en opschaling van innovaties in de watertechnologiesector. Verder is 500 miljoen euro toegekend (deels voorwaardelijk) aan GroenvermogenII dat zich richt op groene waterstofprojecten van minstens honderd megawatt.

Geen geld is er echter voor het Maritien Masterplan, gericht op drie grote uitdagingen in verband met emissieloze scheepvaart. Dat het masterplan geen goed advies heeft gekregen, valt volgens boegbeeld Thecla Bodeweges van de Topsector Water & Maritiem ‘waanzinnig’ tegen. Zeker omdat de voortekenen gunstig waren. De komende tijd moet actief worden bekeken wat de reden is geweest, aldus Bodeweges. Het project H2opzee voor versnelling en opschaling van de productie en transport van groene waterstof op zee viel eveneens buiten de boot.

MEER INFORMATIE
Adviesrapport Nationaal Groeifonds
Bericht op site WUR

Bericht op site Water & Maritime
H2O Actueel: reservering De Blauwe Motor
 
H2O Actueel: de stad van 2120
H2O-Artikel: groenblauwe visie WUR

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Afbreekbaarheid moet in de toekomst als eerste beoordelingsparameter voor toelating van stoffen worden ingevoerd. Er ontstaan anders onomkeerbare problemen in de toekomst.
In aanvulling hierop: Wij hebben voor terrein- en rivierbeheerders (VNBE) nog meer maatregelen in kaart gebracht om deze problemen te mitigeren (zie ook bijlage):
 
@Hans MiddendorpHoi Hans, beetje makkelijke reactie van het waterschap ('eerst moeten de waterbedrijven wat doen, tot die tijd kunnen wij niks doen'). De Waprog plaatste in 1986, in één jaar tijd, meer dan 100.000 watermeters bij gezinnen thuis. Dat kostte toen maar 150 gulden (!) per watermeter. Als de waterpartners echt zouden willen samenwerken, kan dit zo zijn opgelost. Dus ja, bureaucratie zegeviert. Niet iets om trots op te zijn.
@Gert Timmerman Eens. We moeten met al ons water zuinig omgaan (en het niet verontreinigen) zeker met zoet grondwater en met drinkwater.