secundair logo knw 1

Bij gebiedsontwikkeling moet de klimaatopgave al meteen aan de voorkant worden meegenomen. Dat is een belangrijk uitgangspunt in een plan dat het Platform Water Vallei en Eem heeft gemaakt.

In het platform werken Waterschap Vallei en Veluwe en de zestien gemeenten in de Eempolder en de Gelderse Vallei samen. Deze regio krijgt, net als de rest van Nederland, in toenemende mate te maken met verschijnselen als extreme buien en langere periodes van droogte. Om de gevolgen van de klimaatverandering gezamenlijk aan te kunnen pakken, heeft het Platform Water Vallei en Eem (PWVE) het programmaplan Klimaatwerk in uitvoering gepresenteerd.

Tot voor kort stond het thema in de regio niet goed op de kaart, vertelt programmamanager Charles Rijsbosch van het PWVE. “Zowel de bestuurders als de medewerkers in de uitvoering wilden weten wat er precies aan de hand is en hoe zij hierop kunnen spelen. Daarom heeft het KNMI in 2016 de regionale klimaatontwikkelingen onderzocht. De problemen zijn hierdoor veel scherper in beeld. Zo blijkt dat sinds 1901 de gemiddelde jaartemperatuur met bijna twee graden is gestegen en de jaarlijkse hoeveelheid neerslag met 25 procent. Deze ontwikkelingen zetten zich door. Het onderzoek maakt duidelijk dat er nu iets moet gebeuren. Met het plan geven wij een forse impuls aan het klimaatbestendig inrichten van de regio.”

Het plan berust op twee pijlers: verzamelen en delen van kennis (meer weten) en echt aan de slag gaan (meer doen). Rijsbosch haalt er drie punten uit. “Allereerst is het belangrijk dat de klimaatopgave wordt meegenomen aan de voorkant van projecten voor gebiedsontwikkeling en niet pas achteraf. Om dat te stimuleren, organiseren we klimaatateliers in de gemeenten. Alle gemeentelijke afdelingen die zich bezighouden met de openbare ruimte, doen mee aan deze workshops. Ook bewoners en bedrijven worden erbij betrokken.”

Een ander belangrijk punt is het afkoppelen van hemelwater. “We gaan nog meer werk maken van de vermindering van lozingen op het riool. Voor afkoppelprojecten krijgen de gemeenten in de regio sinds 2016 een financiële tegemoetkoming van het waterschap.” Het derde punt dat Rijsbosch noemt, is deelname aan landelijke initiatieven. “Zoals de Operatie Steenbreek. In het kader hiervan stimuleren we dat mensen hun tuin groener maken. Dat zorgt voor een betere afvoer van regenwater.”

Lees het interactief vormgegeven plan Klimaatwerk in uitvoering. De resultaten van het KNMI-onderzoek zijn te vinden in een interactieve presentatie.

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Afbreekbaarheid moet in de toekomst als eerste beoordelingsparameter voor toelating van stoffen worden ingevoerd. Er ontstaan anders onomkeerbare problemen in de toekomst.
In aanvulling hierop: Wij hebben voor terrein- en rivierbeheerders (VNBE) nog meer maatregelen in kaart gebracht om deze problemen te mitigeren (zie ook bijlage):
 
@Hans MiddendorpHoi Hans, beetje makkelijke reactie van het waterschap ('eerst moeten de waterbedrijven wat doen, tot die tijd kunnen wij niks doen'). De Waprog plaatste in 1986, in één jaar tijd, meer dan 100.000 watermeters bij gezinnen thuis. Dat kostte toen maar 150 gulden (!) per watermeter. Als de waterpartners echt zouden willen samenwerken, kan dit zo zijn opgelost. Dus ja, bureaucratie zegeviert. Niet iets om trots op te zijn.
@Gert Timmerman Eens. We moeten met al ons water zuinig omgaan (en het niet verontreinigen) zeker met zoet grondwater en met drinkwater.