Met financiering van het Waddenfonds kan het project ’Zoet op Zout’ van start. Het project is een initiatief van boeren uit de Lauwersmeerregio en wil leiden tot concrete oplossingen om de verzilting in de regio beter het hoofd te kunnen bieden.
De stijging van de zeespiegel en de klimaatverandering zorgen voor een toename van de verzilting in het noorden van Nederland. ‘Zoet op Zout’ onderzoekt en test mogelijkheden voor de landbouw in het gebied om hiermee om te gaan. Het project bestaat uit verschillende deelprojecten, bijvoorbeeld over antiverziltingsdrainage, zouttolerantie van gewassen, regionaal waterbeheer en het vormen van regionale watercoöperaties. Het project zal drie jaar lopen en de kosten worden geraamd op 3,6 miljoen euro.
“Bijzonder aan dit project is dat het initiatief echt vanuit de agrariërs zelf komt,” zegt Jouke Velstra van adviesbureau adviseur Acacia Water, dat het project wetenschappelijk begeleid. “We zijn al meer dan 10 jaar bezig om het onderwerp op de agenda te krijgen. Tot nu zag je dat er vooral vanuit de overheid naar oplossingen werd gezocht. ‘Zoet op Zout’ is eigenlijk een vervolg op alles wat tot nu toe is gedaan. We gaan nu op hele praktische wijze proberen om vragen van agrariërs en andere betrokkenen, bijvoorbeeld het waterschap, te beantwoorden.”
Met tien agrariërs die financieel in het project participeren en honderd tot tweehonderd die interesse hebben getoond, verwacht Velstra op verschillende groottes pilotprojecten te kunnen stimuleren. “Daarnaast zoeken we ook de verbinding met het Waddenfonds-project ‘Zoete Toekomst’ op Texel, zodat we echt een sterke uitwisseling krijgen en de hele regio kunnen verbinden.”
Omgaan met verzilting
Enerzijds zal binnen ‘Zoet op Zout’ gekeken worden naar manieren om verzilting tegen te gaan, denk aan drainage. Anderzijds zal ook worden onderzocht welke gewassen het beste met de omstandigheden om kunnen gaan. “Op sommige gebieden is al veel meer kennis verzameld dan op andere. Doel van het project is daarom vooral het verbeteren van kennis en het vinden van economisch perspectief voor de agrariërs in de regio.”
Velstra hoopt ook dat er in de loop van het project manieren worden gevonden om de waterhuishouding in de regio opnieuw vorm te geven. “Als we het watersysteem anders inrichten moet het mogelijk zijn om met minder water de zoetwatervoorziening van de boeren zeker te stellen.
Een interessant gegeven is dat 80% van ons drinkwater thuis wordt verbruikt. Daar ligt een enorme uitdaging, maar ook een kans om echt verschil te maken. Door slimmer om te gaan met de distributie van water, kunnen we helpen om het verbruik te verminderen zonder dat we daar veel van merken. Dit zou niet alleen helpen om onze waterbronnen te sparen, maar ook de druk op het systeem tijdens droge perioden verlagen.
Dit gaat verder dan alleen maar korter douchen; het gaat om een bewuste verandering in ons dagelijks leven om ervoor te zorgen dat er genoeg water is voor iedereen. Iemand iets gunnen. Beginnen met het nadenken over de oplossingen menukaart ook met water zoals we dat met energie doen - waar kunnen we besparen, hoe kunnen we efficiënter zijn, en hoe kunnen we ons aanpassen aan nieuwe omstandigheden?
Er is geen eenduidige oplossing voor het probleem, en additionele productie levert ons op langere termijn niets op. Misschien is het tijd om deze uitdaging aan te gaan en te kijken naar hoe we thuis ons watergebruik kunnen optimaliseren.