De meerjarige proef met het wegvangen van uitheemse Amerikaanse rivierkreeften in de Krimpenerwaard lijkt effectief. Na twee jaar gericht en intensief kreeften vangen, groeien er weer onderwaterplanten in het pilotgebied, laat Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard weten.
De meerjarige proef begon in 2021 in een testgebied van 70 hectare met ongeveer 15 kilometer aan sloot. Er werden aanvankelijk ongeveer 600 fuiken en korven geplaatst. In 2022 werd het aantal uitgebreid tot bijna 800 vangtuigen. Ook werd de vangperiode verlengd van 12 naar 18 weken.
De uitbreiding was nodig omdat er aanvankelijk onvoldoende werd gevangen: in 12 weken ongeveer 2.000 kilo rivierkreeften. Te weinig voor terugkeer van de waterplanten in de sloten, aldus het hoogheemraadschap.
Gewenste resultaat
Met bijna 800 fuiken en korven is in 18 weken ongeveer 2.500 kilo rivierkreeften weggevangen. “Met deze inspanning is het gewenste resultaat wel behaald: in een groot deel van het testgebied zijn weer waterplanten gaan groeien”, schrijft het hoogheemraadschap. “Dit toont aan dat gericht en intensief wegvangen van uitheemse rivierkreeften in een gebied als de Krimpenerwaard effectief kan zijn voor het laten herstellen van slootvegetatie.”
De proef loopt dit jaar nog door. Dit om ervoor te zorgen dat met beheervisserij het bereikte effect behouden blijft en om te bepalen hoeveel inzet daarvoor nodig is, stelt het hoogheemraadschap, dat samen met provincie Zuid-Holland de effectiviteit en haalbaarheid van het intensief wegvangen van Amerikaanse rivierkreeften onderzoekt.
Brandbrief
Beide overheden stuurden in december samen met 13 andere organisaties nog een brandbrief aan minister Piet Adema van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) met daarin de oproep om met spoed actie te ondernemen tegen de tientallen miljoenen Amerikaanse rivierkreeften in de Krimpenerwaard.
Het ministerie van LNV is verantwoordelijk voor het bestrijden van uitheemse rivierkreeften. En het ministerie blijft daarbij in gebreke, want de aanpak van het probleem is niet effectief, stelden de organisaties vast in de brandbrief. Ze vroegen de landbouwminister dan ook dwingend om 'daadkracht te tonen' en de kreeften ‘grootschalig, duurzaam en georganiseerd te bestrijden’.
De vraag is of dat dan komt door alleen de waterkwaliteit of dat het komt omdat we, bijvoorbeeld, gewoon gruwelijk dicht bevolkt zijn en ik al heel wat weilanden en dergelijke omgezet heb zien worden in woningen.
Mijn idee is overigens niet om te infiltreren in bestaande vennen - dat zou inderdaad de ecologie van die vennen veranderen – maar in aangelegde plassen (met een oppervlak minder dan 0,1 procent van de Veluwe). Die vallen droog, enkele dagen nadat infiltratie stopt. Infiltratieplassen hebben landschappelijk gezien wellicht wat waarde (als je saai naaldbos daarvoor kapt), aangaande natuur is die inderdaad beperkt.
Zeg 10 jaar geleden al waarschuwde ik dat we in 2027 in Nederland nooit de KRW doelen gaan halen. Ik betreur het ten zeerste dat ik gelijk ga krijgen. Ik voorspel nu dat we in 2030 met de mond vol tanden staan als Brussel ons vraagt wat onze plannen/maatregelen zijn om de Veluwe natuur en biodiversiteit te herstellen. Zonder fors ingrijpen in de waterbalans van het Veluwemassief gaan we verdroging echt niet bestrijden en zullen beken en sprengen niet structureel meer water voeren. Dat geef ik je op een briefje.