Het Planbureau voor de Leefomgeving ontkent dat overheden strengere normen hanteren voor de kwaliteit van oppervlaktewater in land- en tuinbouwgebieden dan voor de waterkwaliteit in natuurgebieden. Dit schreef het PBL in een reactie op de kritiek van Stichting Mesdag Zuivelfonds.

De Stichting Mesdag Zuivelfonds vroeg journaliste Geesje Rotgers de toepassing van de nutriëntennormen (stikstof en fosfaat) te onderzoeken. Ze kwam tot de conclusie dat een deel van de waterschappen, vooral in het westen van Nederland, de normen afstemt op de functie van het gebied: voor wateren in natuurgebieden gelden daar lagere normen dan voor wateren in landbouwgebieden.

In zijn rapport noemt het PBL "dit beeld in zijn veralgemenisering niet juist." Het planbureau vergeleek in een nationale analyse in welke mate de doelen voor wateren in en buiten natuurgebieden zijn versoepeld of aangescherpt ten opzichte van de doelen voor de Kaderrichtlijn Water. "Het is geen algemeen verschijnsel dat er soepelere doelen zijn gesteld voor natuurgebieden dan voor landbouwgebieden."."

"De crux is het begrip nationale analyse," zegt Rotgers nu in een reactie. "Ik heb op waterschapsniveau naar de normstellingen gekeken en geconstateerd dat er 5 waterschappen zijn die onderscheid maken naar functie. Verder heb ik de landbouw- en natuurgebieden waar de onderlinge verschillen in normstelling ten opzichte van de KRW-doelen minimaal zijn, buiten beschouwing gelaten. Daar zijn de verschillen namelijk zo minimaal, dat het praktisch om dezelfde normen gaat. Als je inzoomt op de waterschappen die nutriëntennormen afstemmen op de functie van het gebied, blijft mijn kritiek overeind. Maar daar reageert het PBL feitelijk niet op."

Lees hier de brief van het Planbureau voor de Leefomgeving (pdf)

Lees hier het artikel over het onderzoek van de Stichting Mesdag Zuivelfonds.

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...