Telers met percelen in grondwaterbeschermingsgebieden houden zich beter aan de regels voor toepassing van gewasbeschermingsmiddelen dan vier jaar geleden. Toch gebruikt 22 procent van de boeren nog altijd middelen die niet zijn toegestaan in deze gebieden. Dat stelt de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA).
De toezichthouder van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit inspecteerde verspreid over Nederland 161 bedrijven die percelen in gebruik hebben in grondwaterbeschermingsgebieden. 36 van deze bedrijven gebruikten middelen met verboden stoffen als difenoconazool, isoxaben, macozeb, mcpa, tebuconazool.
In 2017 voerde NVWA inspecties uit bij 46 telers met één of meerdere percelen landbouwgrond in een grondwaterbeschermingsgebied. Toen bleek dat 41 procent van de telers zich aan toepassingsvoorwaarden hield. Dat percentage is flink gestegen naar 78 procent en is de naleving dus sterk verbeterd, concludeert de dienst.
Toch is het percentage van precieze naleving nog lang niet op het gewenste niveau, te weten 95 procent. Om dat te halen moet onder andere de informatievoorziening worden verbeterd, aldus de NVWA, want ook tijdens deze inspectieronde bleek dat niet alle telers in de gaten hebben dat (gepachte) percelen in een beschermd gebied liggen en dat daar sprake is van beperkende toepassingsregels. Ze stellen zich bovendien onvoldoende op de hoogte van wat er op de etiketten staat van de gewasbeschermingsmiddelen die ze gebruiken.
Om tot verdere verbetering te komen van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in grondwaterbeschermingsgebieden volgt er overleg met provincies en land- en tuinbouworganisaties over aanvullende maatregelen, aldus de NVWA. Om telers beter te informeren neemt het ministerie van LNV een kaart met grondwaterbeschermingsgebieden op in het perceelsregister van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland.
Voorts wil het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) het mogelijk maken om in de zogeheten toelatingendatabank te zoeken op beperkte toepassing van gewasbeschermingsmiddelen in grondwaterbeschermingsgebieden. Vewin, de vereniging van drinkwaterbedrijven, zal bovendien in het kader van het Uitvoeringsprogramma Toekomstvisie gewasbescherming 2030 acties ondernemen in relatie tot het grondwater, schrijft NVWA.
MEER INFORMATIE
Inspectierapport NVWA
In het genoemde Stowa rapport wordt een onderscheid gemaakt naar:
Op basis van de nadere uitwerking kunnen technologen en beleidsmedewerkers van waterschappen een gefundeerde keuze maken voor een natuurlijk systeem, afhankelijk van de specifieke situatie op een RWZI en de gekozen opties:
A. Toepassing van een enkel systeem als ‘stand alone’ techniek als uitbreiding van de RWZI, voor upgrading van het effluent (afloop nabezinktank).
B. Als inpassing in een integraal natuurlijk systeem wat naast effluentbehandeling ook recht doet aan de omgeving en waarbij functies zoals het creëren van natuurlijk, levend water, effluentbuffering, recreatie en natuur gecombineerd worden.
De Waterharmonica's nemen de meeste ruimte in, zeker omdat voor een goede verwijdering van medicijnen laag tot zeer lage belaste Waterharmonica's nodig zijn (zie ook Stowa 2013-07). Dus een hydraulische belasting van zeker niet meer dan 0,05 m/dag. Ofwel een ruimte beslag van 2,5 tot 3,75 m2 per inwoner.
Het totale debiet aan gezuiverd afvalwater in Nederland is ca. 2.000.000 m3 per jaar (CBS, data 2020). Dit zou dan neerkomen op een totaal netto ruimte beslag van 4.000 ha in heel Nederland. Zeg 5.000 tot maximaal 10.000 ha. Dit lijkt veel, maar het is wel met gestapelde belangen en mogelijkheden. Stel 25 cm waterberging: 10.000.000 waterberging, stel dat een kwart van de Waterharmonica's als KRW-waardig wordt beschouwd (is best wel reëel): 500 tot 1.000 ha.... En dan nog recreatie, natuur, CO2-vastlegging, stikstofrechten? Vrienden maken, bufferzones rond de rwzi's. Een voorbeeld van een zoektocht, uitgevoerd door het Wetterskip Fryslân: http://www.waterharmonica.nl/reports/LW289-47_005-rapd02-waterharmonica.pdf. Op weg naar 2027?
Ruud Kampf
Rekel/water
Dus bij hoogheemraadschap Delfland kies je een partij. Vervolgens hebben een paar partijen meer zetels dan andere. Daarna wordt er een Bestuursakkoord getekend door alle partijen, waar ook de minder grote (verliezende) partijen zeggenschap in hebben? Er staat ook: "De gezamenlijk gekozen hoogheemraden vertegenwoordigen in het dagelijks bestuur alle fracties". Wat betekent het dan om een fractie te vertegenwoordigen in de praktijk?
In het geval van hoogheemraadschap Delfland is stemmen op een partij dus niet super zinvol, omdat daarna toch met alle andere partijen wordt samengewerkt om tot een Bestuursakkoord te komen. Grote partijen hebben dan niet meer te bepalen dan kleine partijen?