secundair logo knw 1

Markermeer bij zonsondergang I Foto: Peter Heeling via Wikimedia Commons

Zestien overheden rondom het IJsselmeer en Markermeer – provincies, waterschappen en Rijkswaterstaat – hebben een nieuwe regionale verdringingsreeks opgesteld. Hierin staat hoe zij water verdelen, als er vanwege aanhoudende droogte een watertekort dreigt.

De oude afspraken die uit 2009 dateren, voldeden volgens de betrokken partijen niet meer tijdens de zeer droge zomer van 2018. Dat komt door de toenemende vraag naar water en het vaker voorkomen van periodes van extreme droogte. Daarom zijn er nieuwe afspraken over de waterverdeling in het IJsselmeergebied gemaakt en in een bestuursovereenkomst vastgelegd. Zij gelden als het in een bijzonder droge periode niet meer mogelijk is om nog extra water te halen uit onder andere het IJsselmeer.

Nieuwe regionale verdringingsreeks
De overeenkomst is ondertekend door vertegenwoordigers van Rijkswaterstaat Midden-Nederland, de provincies Drenthe, Flevoland, Friesland, Groningen, Noord-Holland en Overijssel en negen waterschappen: Amstel, Gooi en Vecht, Drents Overijsselse Delta, Hunze en Aa’s, Noorderzijlvest, Vallei en Veluwe, Vechtstromen, Zuiderzeeland, Wetterskip Fryslân en Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier. Deze overheden hebben een nieuwe regionale verdringingsreeks opgesteld voor het IJsselmeergebied, dat het IJsselmeer, het Markermeer en de Veluwerandmeren omvat.

Hierin is bepaald voor welke doelen het langst water beschikbaar is en bij welke belangen het eerst wordt gekort. Het gaat om een regionale uitwerking van de landelijke verdringingsreeks die uit vier categorieën bestaat. Op nationaal niveau worden afspraken gemaakt over categorie 1 (betreft de veiligheid van dijken en het voorkomen van onomkeerbare schade aan de natuur) en categorie 2 (nutsvoorzieningen waaronder leveringszekerheid bij de drinkwatervoorziening). Deze doelen hebben voorrang bij de waterverdeling tijdens een periode van langdurige droogte.

Rangorde binnen twee categorieën
Is er water over, dan is dit beschikbaar voor industrie, landbouw en scheepvaart. De regio bepaalt hiervoor de rangorde in de categorieën 3 (kleinschalig hoogwaardig gebruik) en 4 (overige belangen). De overheden in het IJsselmeergebied geven in categorie 3 de voorkeur aan het gebruik voor industrieel proceswater (zie figuur). Daarna wordt de tijdelijke beregening van kapitaalintensieve gewassen genoemd. In categorie 4 is peilhandhaving de eerste van vijf subcategorieën. Er wordt op water gekort van beneden naar boven.

Verdeling De verdringingsreeks in de regio IJsselmeergebied. Subcategorie 3.2 is een verbijzondering van categorie 4.2. Het gaat gaat hier om een reservering van 30 procent van de watervraag van 4.2 die elke waterbeheerder mag inzetten. (Bron: bestuursovereenkomst)

Als de regionale verdringingsreeks in werking treedt, zijn de regionale waterbeheerders zelf verantwoordelijk voor het doorvoeren van de waterkortingen vanuit het IJsselmeergebied. Zij kunnen binnen de subcategorieën nog een eigen onderverdeling maken. Op deze manier is volgens de bestuursovereenkomst regionaal maatwerk mogelijk.

Waterverdeling nog niet definitief
De nieuwe afspraken over de waterverdeling zijn nog niet definitief. Zij worden in 2022 en 2023 opgenomen in de provinciale omgevingsverordeningen en daarbij is inspraak mogelijk. Als het dit jaar erg droog wordt, zullen Rijkswaterstaat (de beheerder van het IJsselmeer en Markermeer) en de waterschappen al zoveel mogelijk handelen volgens de vernieuwde regionale verdringingsreeks. Ook overleggen de overheden met gebruikers over zuinig omgaan met water.

MEER INFORMATIE
Bericht op site Rijkswaterstaat
Bestuursovereenkomst IJsselmeergebied
Toelichting op verdringingsreeks
H2O Actueel: flexibel peil IJsselmeer
H2O Vakartikel: stresstest IJsselmeerbuffer
 

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Afbreekbaarheid moet in de toekomst als eerste beoordelingsparameter voor toelating van stoffen worden ingevoerd. Er ontstaan anders onomkeerbare problemen in de toekomst.
In aanvulling hierop: Wij hebben voor terrein- en rivierbeheerders (VNBE) nog meer maatregelen in kaart gebracht om deze problemen te mitigeren (zie ook bijlage):
 
@Hans MiddendorpHoi Hans, beetje makkelijke reactie van het waterschap ('eerst moeten de waterbedrijven wat doen, tot die tijd kunnen wij niks doen'). De Waprog plaatste in 1986, in één jaar tijd, meer dan 100.000 watermeters bij gezinnen thuis. Dat kostte toen maar 150 gulden (!) per watermeter. Als de waterpartners echt zouden willen samenwerken, kan dit zo zijn opgelost. Dus ja, bureaucratie zegeviert. Niet iets om trots op te zijn.
@Gert Timmerman Eens. We moeten met al ons water zuinig omgaan (en het niet verontreinigen) zeker met zoet grondwater en met drinkwater.