Natuurlijke oplossingen in verband met klimaatadaptatie hebben een grote potentie. Toch worden zij niet standaard als optie meegenomen in ruimtelijk beleid en water- en natuurbeheer, aldus onderzoek van Wageningen Environmental Research (WENR).
Het onderzoeksinstituut van Wageningen University & Research heeft gekeken naar de ruim zeventig projecten van de Coalitie Natuurlijke Klimaatbuffers, waarin acht natuurorganisaties samenwerken. De natuurlijke klimaatbuffers zijn gebieden waar natuurlijke processen de ruimte krijgen. De projecten zijn sinds 2008 opgestart en gerealiseerd in samenwerking met onder meer Rijk, waterschappen en andere overheden.
Verbetering van waterveiligheid
Het principe van natuurlijke klimaatbuffers is volgens de onderzoekers van WENR de pilotfase voorbij. Zij hebben een groot potentieel in verband met aanpassing aan klimaatverandering. De resultaten laten zien dat de buffers leiden tot een verbetering van waterveiligheid en watervoorziening.
Toch worden natuurlijke oplossingen nog niet altijd meegenomen in planvorming, al doen provincies en waterschappen dit steeds meer. De coalitie ijvert ervoor dat natuurlijke klimaatbuffers in 2022 vanzelfsprekend zijn geworden. Deze missie is nog niet op alle punten gehaald maar wel realiseerbaar, stellen de onderzoekers. Zij bevelen aan om toekomstige gebiedsontwikkelingen en nationale klimaatopgaven met een regionale uitwerking te gebruiken als ‘vliegwielen’. Ook pleiten ze voor samenwerking met de private sector en voor monitoring en evaluatie met lerend implementeren.
Diverse succesvolle strategieën
De Coalitie Natuurlijke Klimaatbuffers onderscheidt zes verschillende typen van natuurlijke oplossingen. Het gaat om oplossingen voor waterberging (Groenblauwe Ruimte), water vasthouden (Natuurlijke Spons), waterveiligheid langs de kust (zowel Levende Kust als Biobouwers), verkoeling in de stad (Groene Airco) en vastleggen van broeikasgassen (Koolstof-sink). Natuurlijke vooroevers bij dijken, kwelderherstel, zandsuppleties en piekwaterberging rondom steden en in rivieruiterwaarden bewijzen zich steeds meer als succesvolle strategieën. Waterberging gecombineerd met natuurontwikkeling wordt door de onderzoekers een succesverhaal genoemd.
Zij houden hier en daar een slag om de arm. Zo is het niet goed te beoordelen of waterconservering die in projecten is gerealiseerd, leidt tot een verbetering van watervasthoudend vermogen en klimaatbestendigheid op het niveau van een stroomgebied. Ook is er nog weinig ervaring opgedaan met buffers met een verkoelend effect in de stad en bevindt de toepassing van biobouwers zoals schelpdierriffen en zeegras zich in de experimentele fase.
Besparing op kosten
Er zijn in het waterbeheer steeds meer voorbeelden van kostenbesparing door natuurlijke oplossingen, aldus het onderzoek. Zoals bij een kwelder. Hiermee kan de golfbelasting op een dijk met wel 50 procent afnemen waardoor de kosten lager zijn, vooral omdat een kleinere dimensionering van de dijk mogelijk is. De investeringskosten van waterberging rondom de stad in combinatie met natuurontwikkeling variëren tussen twee en vier euro per kubieke meter.
Natuurlijke oplossingen voor klimaatadaptatie hebben ook baten voor drinkwaterwinning, landbouw, recreatie en schelpdiersector. Deze baten geven vaker de doorslag bij projecten dan kosten of kosteneffectiviteit.
MEER INFORMATIE
WUR over natuur als klimaatbuffer
Onderzoeksrapport WENR
Coalitie Natuurlijke Klimaatbuffers
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.