secundair logo knw 1

Natura 2000-gebied Westelijke Langstraat in Brabant | Foto Brabantse Delta

De verwachte effecten op de waterkwaliteit zijn minimaal als de bufferzones rondom Natura 2000-gebieden worden verkleind. Dat schrijft minister Barry Madlener van Infrastructuur en Waterstaat in antwoord op Kamervragen van Mpanzu Bamenga. Het Kamerlid voor D66 wil weten wat de gevolgen voor de waterkwaliteit zijn als de bufferzones worden verkleind van 250 naar 100 meter, zoals Madlener wil.

De minister kondigde de aanpassing in september aan. Het gaat om bufferzones rondom stikstofgevoelige Natura-2000 gebieden. Met ingang van 1 januari 2025 worden ze verkleind naar 100 meter. Dat is, zo liet de bewindsman weten, in lijn met het hoofdlijnenakkoord van de coalitiepartijen PVV, VVD, NSC en BBB die het kabinet hebben gevormd.

De zones zijn ingesteld met het doel om de depositie van stikstof op natuurgebieden te verlagen, schrijft de minister. Bij de onderbouwing van de omvang van de zones is dan ook niet specifiek gekeken naar het effect op de waterkwaliteit. "Ook liggen de derogatievrije zones niet altijd langs waterlopen. Er is lang niet altijd oppervlaktewater aanwezig in of nabij Natura-2000 gebieden.”

In de zones, die dienen als overgangsgebieden tussen intensief gebruikte landbouwgronden en kwetsbare natuurgebieden, geldt met ingang van dit jaar een gebruiksnorm van 170 kg stikstof in dierlijke mest per hectare. “De totale gebruiksnorm voor stikstof, dus dierlijke mest aangevuld met kunstmest en andere meststoffen, blijft ongewijzigd. Omdat vooral de totale gebruiksnorm voor stikstof (en de momenten waarop dit wordt aangewend) relevant is voor de kwaliteit van grond- en oppervlaktewater, is de verwachting dat het effect van het verkleinen van de bufferzone minimaal is. Dit betreft een inschatting op basis van ‘expert judgement’”, schrijft de minister.

Het is wel zo, aldus de bewindsman, dat een deel van de stikstofdepositie via de lucht ook het water belast en te verwachten is dat die depositie afneemt bij een lager gebruik van dierlijke mest. Deze vervuiling via de lucht is overigens gering in vergelijking met de af- en uitspoeling van stikstof naar het water.


LEES OOK
H2O Actueel: Toestroomgebieden KRW-waterlichamen basis voor 'Nutriënten Verontreinigde-gebieden'

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte mevr. Sien Kok,
alles is onlosmakelijk atomair verbonden binnen relativiteit van tijd/ruimte en eenheid geest stof, telen zonder chemie, inschakelen industrie en prive personen telt allemaal, maar denk ook even aan satellieten met hun negatieve effect op klimaat, 24/7. U geeft oude wetmatigheden een nieuw jasje. Succes, Jan Kalverdijk
Interessant. Hoe staat het met de PFAS-hoeveelheden die bij Chemelot in de Maas worden geloosd, wordt hier wel op gehandhaafd? 
Niet zo vreemd dat van die akker- en weidevogelsoorten de populaties teruglopen . Dat kan je zo hebben als je het vol zet met zonnepanelen en windturbines (birdblenders).
Dit heb ik ook nodig. Wij maken van slootmaaisel, een nieuw product, Wortelbeton, voor waterschap Rijnland. Artificiële Rietzudde, voor KRW- doelen. We hebben nog een toepassing van Wortelbeton en dat is veen maken. Daarmee werken we samen met gem Amsterdam en Waternet/AGV en VIP_NL. 
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
@Almer BolmanEens Almer, de laatste twee kalenderjaren waren uitzonderlijk, extreem nat. En enkele jaren daarvoor extreem droog. Het lijkt er echter op dat wateroverlast eerder een reden is om in actie te komen dan droogte. De flanken van de Veluwe (en de beken aldaar) reageren zeer snel op natte en droge perioden omdat -zoals je weet - de reservoircoëfficiënt daar gering is. Daarom is mijn plan om juist niet op de flanken - dat heeft geen zin - maar op de hoge delen (daar is de genoemde coëfficiënt groot en de grondwaterstand diep) de grondwateraanvulling te vergroten, ofwel door vermindering van de verdamping ofwel door gecontroleerde (!) infiltratie van perfect voorgezuiverd rivierwater. Het doel is te bereiken dat beken en sprengen weer hóger op het massief ontspringen en langer water voeren. Dat zal een enorme boost geven aan natuur en biodiversiteit. Het kwelwater naar de beken is overigens geen infiltratiewater, het is en blijft geïnfiltreerd regenwater. Als we in hoge delen van de Veluwe water infiltreren, kiest dat een diepe, uitermate lange, langzame weg naar de randen van de Veluwe waar het pas na eeuwen - misschien zelfs millennia - opkwelt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.