Koudwatertapinstallaties raken veel vaker met legionella besmet dan installaties waaruit warm water wordt getapt. Het gaat vaak al fout in de ontwerp- en bouwfase, stelt kennisinstituut ISSO.
Jaarlijks zijn er volgens het RIVM tussen de drie- en vierhonderd meldingen van patiënten met een legionellalongontsteking. Naar schatting overlijden twintig tot dertig mensen hieraan. De bron van de besmetting is steeds vaker te vinden in koudwaterleidingen. Deze conclusie trekt ISSO, kennisinstituut voor installatietechniek, op basis van het onderzoek Drinkwaterveiligheid en legionella: waar en waarom gaat het mis?.
Hierbij is een enquête gehouden onder alle marktpartijen. De legionellabacterie wordt veelvuldig aangetroffen in installaties; 74 procent van de gebouweigenaren zegt dat ze wel eens te maken hebben gehad met legionella in de installatie. Installaties met koud water blijken veel vaker besmet te raken dan warmwatertapinstallaties: 88 procent om 29 procent. ISSO heeft het over een opvallend resultaat, omdat de juiste groeitemperatuur van de legionellabacterie tussen 25 en 50 graden ligt. Volgens ISSO hebben installateurs en adviseurs jarenlang vooral aandacht besteed aan warmwaterinstallaties en onvoldoende oog gehad voor het legionellagevaar in koudwaterinstallaties.
De belangrijkste oorzaken voor besmetting zijn onvoldoende verversing en ongewenste opwarming van koud water. Verder wordt doorwarming bij mengkranen vrij vaak genoemd. ISSO wijst erop dat het geregeld voorkomt dat koudwaterleidingen door warme leidingschachten lopen of te dicht naast verwarmingsleidingen liggen. Vaak komt dit door een verkeerd bouwonderwerp. Installateurs staan dan later meestal voor een voldongen feit. Bijvoorbeeld omdat volgens het ontwerp van het gebouw geen aparte leidingschachten mogelijk zijn of in betonnen vloeren de koud- en warmwaterleidingen niet ver genoeg uit elkaar kunnen worden gelegd.
Uit het onderzoek blijkt dat er een duidelijke behoefte is aan onafhankelijk toezicht. Dit wordt verzorgd door de Inspectie Leefomgeving en Transport en de drinkwaterbedrijven. Het toezicht door de ILT op prioritaire locaties (onder meer hotels, ziekenhuizen en zwembaden) wordt als ruim voldoende beschouwd. Van de ondervraagden zegt 38 procent dat meer controles door het drinkwaterbedrijf nodig zijn. Verder is 39 procent voorstander van meer kwaliteitscontrole in de bouw door het opstellen van andere contracten.
ISSO beveelt aan dat de bouw- en installatiesector meer aandacht gaat besteden aan de praktijkrichtlijnen voor het veilig aanleggen en beheren van leidingwaterinstallaties. Het is zaak dat architecten en aannemers legionellabesmetting ook als hun probleem zien. Ook is het nodig om de kwaliteit van risicoanalyses en beheersplannen te verbeteren. ISSO pleit ervoor dat gebouwen al in de ontwerpfase ‘legionellaproof’ zijn. Het kennisinstituut wil dit onder meer stimuleren door een betere informatievoorziening via een online platform en voorlichting aan eigenaren van gebouwen.
Meer informatie:
In het genoemde Stowa rapport wordt een onderscheid gemaakt naar:
Op basis van de nadere uitwerking kunnen technologen en beleidsmedewerkers van waterschappen een gefundeerde keuze maken voor een natuurlijk systeem, afhankelijk van de specifieke situatie op een RWZI en de gekozen opties:
A. Toepassing van een enkel systeem als ‘stand alone’ techniek als uitbreiding van de RWZI, voor upgrading van het effluent (afloop nabezinktank).
B. Als inpassing in een integraal natuurlijk systeem wat naast effluentbehandeling ook recht doet aan de omgeving en waarbij functies zoals het creëren van natuurlijk, levend water, effluentbuffering, recreatie en natuur gecombineerd worden.
De Waterharmonica's nemen de meeste ruimte in, zeker omdat voor een goede verwijdering van medicijnen laag tot zeer lage belaste Waterharmonica's nodig zijn (zie ook Stowa 2013-07). Dus een hydraulische belasting van zeker niet meer dan 0,05 m/dag. Ofwel een ruimte beslag van 2,5 tot 3,75 m2 per inwoner.
Het totale debiet aan gezuiverd afvalwater in Nederland is ca. 2.000.000 m3 per jaar (CBS, data 2020). Dit zou dan neerkomen op een totaal netto ruimte beslag van 4.000 ha in heel Nederland. Zeg 5.000 tot maximaal 10.000 ha. Dit lijkt veel, maar het is wel met gestapelde belangen en mogelijkheden. Stel 25 cm waterberging: 10.000.000 waterberging, stel dat een kwart van de Waterharmonica's als KRW-waardig wordt beschouwd (is best wel reëel): 500 tot 1.000 ha.... En dan nog recreatie, natuur, CO2-vastlegging, stikstofrechten? Vrienden maken, bufferzones rond de rwzi's. Een voorbeeld van een zoektocht, uitgevoerd door het Wetterskip Fryslân: http://www.waterharmonica.nl/reports/LW289-47_005-rapd02-waterharmonica.pdf. Op weg naar 2027?
Ruud Kampf
Rekel/water
Dus bij hoogheemraadschap Delfland kies je een partij. Vervolgens hebben een paar partijen meer zetels dan andere. Daarna wordt er een Bestuursakkoord getekend door alle partijen, waar ook de minder grote (verliezende) partijen zeggenschap in hebben? Er staat ook: "De gezamenlijk gekozen hoogheemraden vertegenwoordigen in het dagelijks bestuur alle fracties". Wat betekent het dan om een fractie te vertegenwoordigen in de praktijk?
In het geval van hoogheemraadschap Delfland is stemmen op een partij dus niet super zinvol, omdat daarna toch met alle andere partijen wordt samengewerkt om tot een Bestuursakkoord te komen. Grote partijen hebben dan niet meer te bepalen dan kleine partijen?