Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu heeft een informatieblad over de zorgplicht voor drinkwater gepubliceerd, dat onder meer bedoeld is voor gemeenten en waterbeheerders. Zij vinden hierin praktische adviezen over hoe ze kunnen bijdragen aan de bescherming van de drinkwatervoorziening.
De zorgplicht geldt voor de rijksoverheid, provincies en gemeenten en voor waterbeheerders als waterschappen en Rijkswaterstaat. De Drinkwaterwet laat open hoe zij deze plicht invullen. In het informatieblad Zorgplicht Drinkwater, Wat betekent dit voor u? heeft het RIVM voor het eerst voorbeelden, handvatten en handelingsopties uit de praktijk gebundeld. De publicatie is opgesteld in opdracht van de vereniging van waterbedrijven Vewin en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
Het gaat zowel om de bescherming van drinkwaterbronnen als de drinkwaterinfrastructuur. Bij de zorgplicht is maatwerk mogelijk, schrijft het RIVM. Overheden kunnen expliciet afwegingen maken en kiezen voor een meer of minder vergaande invulling. In het algemeen geldt volgens het RIVM: hoe eerder in de beleidscyclus de zorgplicht handen en voeten krijgt, hoe beter dit beleid kan worden uitgewerkt en uitgevoerd.
Het informatieblad geeft voor de vier fasen van de beleidscyclus (beleidsvoorbereiding, beleidsformulering, uitvoering en evaluatie) een of meer voorbeelden van een concrete invulling van de zorgplicht. Zo zijn veel gemeenten bezig met het afkoppelen van regenwater van het rioolstelsel, maar kan dat leiden tot vervuiling van de bodem. Daarom is het zaak dat gemeenten rekening houden met de gevolgen voor drinkwaterwinningen.
Een ander voorbeeld gaat over de handhaving door gemeenten en waterschappen. Zij kunnen extra controles uitvoeren bij bedrijven met een lozingsvergunning die een groter risico vormen voor drinkwaterwinning. Een andere mogelijkheid is dat ze een gebiedsgerichte meetcampagne opzetten om afstromend en infiltrerend hemelwater van bedrijfsterreinen te controleren.
Lees meer in het informatieblad
De vraag is of dat dan komt door alleen de waterkwaliteit of dat het komt omdat we, bijvoorbeeld, gewoon gruwelijk dicht bevolkt zijn en ik al heel wat weilanden en dergelijke omgezet heb zien worden in woningen.
Mijn idee is overigens niet om te infiltreren in bestaande vennen - dat zou inderdaad de ecologie van die vennen veranderen – maar in aangelegde plassen (met een oppervlak minder dan 0,1 procent van de Veluwe). Die vallen droog, enkele dagen nadat infiltratie stopt. Infiltratieplassen hebben landschappelijk gezien wellicht wat waarde (als je saai naaldbos daarvoor kapt), aangaande natuur is die inderdaad beperkt.
Zeg 10 jaar geleden al waarschuwde ik dat we in 2027 in Nederland nooit de KRW doelen gaan halen. Ik betreur het ten zeerste dat ik gelijk ga krijgen. Ik voorspel nu dat we in 2030 met de mond vol tanden staan als Brussel ons vraagt wat onze plannen/maatregelen zijn om de Veluwe natuur en biodiversiteit te herstellen. Zonder fors ingrijpen in de waterbalans van het Veluwemassief gaan we verdroging echt niet bestrijden en zullen beken en sprengen niet structureel meer water voeren. Dat geef ik je op een briefje.