De grondwaterstanden dalen in een normaal tempo, maar zijn zo vroeg in het droogteseizoen al behoorlijk laag. Zij bevinden zich - afhankelijk van het soort gebied - nu gemiddeld tussen de 30 en 55 centimeter boven het laagste niveau dat in 2018 werd bereikt. Dit blijkt uit een analyse van ingenieursbureau Wareco.
Door de aanhoudende droogte sinds begin maart dalen de grondwaterstanden, constateerde de Landelijke Commissie Waterverdeling vorige week in de tweede droogtemonitor van 2020. Wareco dat de grondwaterbelangen voor veel gemeenten en waterschappen vertegenwoordigt, heeft een inschatting van het landelijke beeld gemaakt. Daarbij baseert het ingenieursbureau zich op de meetgegevens van zeventienduizend peilbuizen verspreid over het hele land.
Judith Zwart
“We hebben de grondwaterstanden van 21 april vergeleken met het minimum dat in 2018 aan het eind van de zeer droge zomer werd bereikt”, zegt Judith Zwart, adviseur grondwater bij Wareco. “Globaal zijn de huidige standen nog hoger. Plaatselijk gaan ze echter al richting het laagste niveau van twee jaar geleden.”
Daling erg vroeg in het seizoen
In het laaggelegen deel van Nederland bevinden de grondwaterstanden zich gemiddeld 30 centimeter boven de laagste waarden van 2018 (zie ook de infographic onderaan). Dat geldt voor zowel binnenduinrand- als poldergebieden. Op de hoge zandgronden gaat het om 55 centimeter boven het minimum van 2018 en in het Rivierengebied om 45 centimeter. De daling is hier wel groter, vertelt Zwart. “In doorsnee één centimeter per droge dag tegen een halve centimeter in polder- en duinrandgebieden.”
Maarten Kuiper
Business unit manager en hydrogeoloog Maarten Kuiper van Wareco had wat hogere grondwaterstanden verwacht. “De snelheid waarmee zij zakken is vrij normaal, maar de daling is heel vroeg in het seizoen begonnen. Gezien de erg natte maand februari dacht ik dat de grondwaterstanden nog tamelijk gemiddeld voor de tijd van het jaar zouden zijn. Dat valt tegen.”
Het is een tijdelijk beeld, benadrukt Zwart. “Het gaat bij grondwaterstanden om een fluctuatie. Onze analyse schetst wat er kan gebeuren als het droog blijft.” Zij wijst er ook op dat lokale omstandigheden tot aanzienlijke verschillen leiden. Zo komt het plaatselijk voor dat de grondwaterstanden slechts 5 centimeter hoger zijn dan de laagste waarden in 2018.
Wisselende relatie met neerslagtekort
Er is geen een-op-een verband met de stijging van het neerslagtekort dat op dit moment gemiddeld 79 millimeter is. “De grondwaterstand is afhankelijk van veel factoren”, zegt Zwart. “Neerslag is er eentje van.” Vandaag is het gaan regenen en dat lijkt de komende dagen zich door te zetten. Het KNMI rekent daarom op een lichte afname van het neerslagtekort tot iets onder 72 millimeter over vijftien dagen. Daarvan profiteren vooral laaggelegen gebieden, aldus Kuiper. “Als het daar enkele dagen behoorlijk regent, kunnen de grondwaterstanden zo twintig tot dertig centimeter stijgen.”
De situatie ligt anders op hoger gelegen zandgronden. In deze gebieden is er volgens Kuiper wel een duidelijke relatie met het neerslagtekort. “Dit deel van ons land is een grote zandbak, waarin water een beetje blijft hangen in de toplaag. Het geheugen van het grondwater is hier veel groter dan in laaggelegen gebieden. Het kan maanden duren voordat grondwaterstanden reageren op een natte periode.”
De risico’s zijn echter ook verschillend, voegt Kuiper eraan toe. “In hoog Nederland heeft droogte vooral nadelige effecten voor de natuur en landbouw, in laag Nederland gaat het met name om verzakkingen van woningen en infrastructuur.” Na de droogte van 2018 en 2019 is het aantal meldingen van schade bij infrastructuur en wegen gestegen. Wordt het dit jaar weer zo droog, dan verwacht hij dat er een duidelijk stapeleffect te zien is. “Dit effect is groter op de hogere zandgronden dan in laaggelegen klei- en veengebieden.”
Schade aan funderingen
Kuiper maakt zich de meeste zorgen over oudere woningen die op houten palen staan. Het kan om honderdduizenden huizen gaan. “Bij houten funderingen kan onopgemerkt cumulatieve schade ontstaan, als grondwaterstanden lager zijn dan de jaren daarvoor en vooral als dit een of twee maanden langer duurt dan normaal. Elke dag is er een te veel.”
Een sluipmoordenaar, merken Kuiper en Zwart op over het gevaar dat funderingen door droogte lopen. Het probleem wordt volgens hen nog steeds onderschat. “De bewustwording is de afgelopen twee jaar toegenomen, maar er heerst nog veel onbekendheid. We weten zelfs na twee droge jaren niet goed welke risico’s steden lopen. Alleen als we de risico’s kennen, kunnen woningeigenaren samen met overheden en ingenieurs planmatig toewerken naar doelmatige oplossingen zoals funderingsherstel en actief grondwaterpeilbeheer. Daar moeten we nu echt werk van maken.”
MEER INFORMATIE
Wareco over de analyse
Droogtemonitor LCW van 21 april
Quickscan schadekosten funderingen
Invloed vergroening op grondwaterstand
De vraag is of dat dan komt door alleen de waterkwaliteit of dat het komt omdat we, bijvoorbeeld, gewoon gruwelijk dicht bevolkt zijn en ik al heel wat weilanden en dergelijke omgezet heb zien worden in woningen.
Mijn idee is overigens niet om te infiltreren in bestaande vennen - dat zou inderdaad de ecologie van die vennen veranderen – maar in aangelegde plassen (met een oppervlak minder dan 0,1 procent van de Veluwe). Die vallen droog, enkele dagen nadat infiltratie stopt. Infiltratieplassen hebben landschappelijk gezien wellicht wat waarde (als je saai naaldbos daarvoor kapt), aangaande natuur is die inderdaad beperkt.
Zeg 10 jaar geleden al waarschuwde ik dat we in 2027 in Nederland nooit de KRW doelen gaan halen. Ik betreur het ten zeerste dat ik gelijk ga krijgen. Ik voorspel nu dat we in 2030 met de mond vol tanden staan als Brussel ons vraagt wat onze plannen/maatregelen zijn om de Veluwe natuur en biodiversiteit te herstellen. Zonder fors ingrijpen in de waterbalans van het Veluwemassief gaan we verdroging echt niet bestrijden en zullen beken en sprengen niet structureel meer water voeren. Dat geef ik je op een briefje.