secundair logo knw 1

Foto Goh Rhy Yan | Unsplash

Een flink deel van de slijtage van autobanden komt in het watermilieu terecht. Dat blijkt uit een studie van het Amerikaanse wetenschappelijke adviesbureau Cardno Chemrisk en onderzoeksinstituut Deltares uit Delft.

Beide instituten deden in opdracht van de Europese Band en Rubber Productie Associatie (ETRMA) studie naar de verspreiding van de deeltjes rubber die vrijkomen bij slijtage van autobanden. De associatie wil meer inzicht hebben in de wijze waarop de deeltjes zich verspreiden en waar ze uiteindelijk terecht komen.

1,3 miljoen ton
Bekend is dat de fragmenten samenklonteren met slijtsel van de weg en dat deze deeltjes (tyre and road wear particles, kortweg TRWP) in het milieu terecht komen. Volgens schattingen gaat het om grote hoeveelheden, uit een eerder dit jaar gepubliceerd onderzoek van Stefan Wagner en anderen zou blijken dat het voor heel Europa om jaarlijks 1,3 miljoen ton gaat.

De deeltjes zijn een soort microplastics, schrijft Deltares op zijn website. Over de schadelijkheid van de deeltjes is nog niet veel te zeggen, stelt onderzoeker Arjen Markus desgevraagd: “We weten uit laboratoriumproeven dat het zeker milieu-effecten kan hebben, maar het is vooralsnog niet te zeggen bij welke concentraties de grens ligt.”

Een groot probleem is echter dat een flink deel achterblijft in de waterbodem, aldus de onderzoeker. “Wat betekent dat er een accumulatie plaats vindt over de jaren. Dus op een gegeven moment zouden zich de effecten kunnen openbaren, zelfs al is er nu nog niets van te merken.”

Proefgebieden
De wetenschap dat TRWP ook in de waterbodem terecht komen, blijkt uit de studie die Cardno Chemrisk en Deltares hebben gedaan. Voor het onderzoek gebruikten de instituten de Seine (Frankrijk) en de Schelde (Frankrijk en België) als proefgebieden. Volgens de studie komt 18 procent van de TRWP uiteindelijk in het watermilieu terecht.

Een fors deel daarvan (90 procent) zakt en komt in het sediment terecht. Een klein deel (2 procent) wordt met het water meegevoerd en komt uiteindelijk in het estuarium en mogelijk de zee terecht. Markus: “Fijne lichte deeltjes hebben de neiging te blijven zweven en worden dus meegevoerd door de stroming, terwijl zware deeltjes gemakkelijker kunnen bezinken.”

Met de studie is er nu, zo claimen beide instituten, meer zicht op de hoeveelheid slijtstof van banden en wegen die op het land, in de rivieren of waterbodem achter blijft en welk deel uiteindelijk in het water verder wordt getransporteerd. De resultaten worden gebruikt door het zogeheten Europese TRWP-platform dat als doel heeft om de verontreiniging door de slijtstof van banden en wegen te verminderen.

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Afbreekbaarheid moet in de toekomst als eerste beoordelingsparameter voor toelating van stoffen worden ingevoerd. Er ontstaan anders onomkeerbare problemen in de toekomst.
In aanvulling hierop: Wij hebben voor terrein- en rivierbeheerders (VNBE) nog meer maatregelen in kaart gebracht om deze problemen te mitigeren (zie ook bijlage):
 
@Hans MiddendorpHoi Hans, beetje makkelijke reactie van het waterschap ('eerst moeten de waterbedrijven wat doen, tot die tijd kunnen wij niks doen'). De Waprog plaatste in 1986, in één jaar tijd, meer dan 100.000 watermeters bij gezinnen thuis. Dat kostte toen maar 150 gulden (!) per watermeter. Als de waterpartners echt zouden willen samenwerken, kan dit zo zijn opgelost. Dus ja, bureaucratie zegeviert. Niet iets om trots op te zijn.
@Gert Timmerman Eens. We moeten met al ons water zuinig omgaan (en het niet verontreinigen) zeker met zoet grondwater en met drinkwater.