Het gaat goed met het zeegrasherstel in de Zuidwestelijke Delta. Dat concludeert Rijkswaterstaat op basis van de voorlopige resultaten in de Grevelingen en het Veerse Meer. Meer dan twee derde van de eerder aangeplante zeegrasvelden is hier flink gegroeid.
Het doel is om in beide meren 5 hectare aan zeegrasvelden, ofwel zeven voetbalvelden, te realiseren. "In de Grevelingen zijn we al goed op weg: daar staat inmiddels 1,6 hectare aan zeegras", zegt ecoloog Kayleigh Lambregts van Rijkswaterstaat. "Daardoor ontstaat een rijk en biodivers habitat dat het ecosysteem in de Grevelingen echt kan verbeteren."
De aanplant van zeegras in de Zuidwestelijke Delta maakt deel uit van een vijfjarig zeegrasherstelproject van Rijkswaterstaat, dat tevens de Waddenzee beslaat. Hier wordt al langer geëxperimenteerd met het inzaaien van donorzaad uit Denemarken en Duitsland, waarmee inmiddels goede resultaten worden behaald.
Plantjes
De proeven in de Zeeuwse Delta kenden een langere aanloop. De omstandigheden zijn hier heel anders dan bij Griend en Ameland, waardoor de daar vergaarde kennis niet zomaar toegepast kon worden. Omdat de wateren door de Deltawerken zijn afgesloten van de zee, zijn er bijvoorbeeld geen getijden. En omdat krabben de zaadjes opeten, moet er met plantjes gewerkt worden.
In de Grevelingen is in 2022 en 2023 bij Stampersplaat en Veermansplaat zeegras uit Denemarken aangeplant. Deze velden zijn ook dit jaar goed gegroeid, aldus Rijkswaterstaat. Er kwamen drie nieuwe locaties bij, waarvan er twee succesvol bleken: op de Slikken van Flakkee en op de zuidkant van Veermansplaat.
In het Veerse Meer zijn dit jaar voor het eerst drie proefvelden aangelegd: ten zuiden van Kortgene, op de Middelplaten en aan de zuidkant van de Zandkreek. Uit de monitoring blijkt dat het zeegras op twee van de drie locaties goed aanslaat. Op alle succesvolle locaties is het zeegras met 100 tot 200 procent toegenomen.
Onderzoek
Het zeegrasherstelproject, waarvoor Rijkswaterstaat 5 miljoen euro uittrekt, loopt nog tot eind 2027. In deze periode worden verschillende beplantingsmethoden uitgeprobeerd en wordt aanvullend onderzoek gedaan naar omgevingsfactoren. Dat moet leiden naar de sleutel tot succes voor de grootschalige herintroductie van de vaatplant. Die is volgens de beheerder van belang voor het herstel van de natuur en de waterkwaliteit.
In het verleden waren de zeegrasvelden in de Waddenzee en de Zuidwestelijke Delta duizenden hectaren groot. Door de aanleg van de Afsluitdijk, de Deltawerken, ziekten en een verslechterende waterkwaliteit is de ooit inheemse zoutwaterplant in de meeste Nederlandse wateren verdwenen.
Eerlijker voor de boeren en de maatschappij.
Het pleidooi voor meer overleg in het kader van grensoverschrijdend waterbeheer met Duitsland en België, maar ook met Luxemburg, Frankrijk en Zwitserland, is wel steekhoudend. Het stroomgebied van de Rijn beslaat naast Nederland immers Zwitserland, Duitsland en Frankrijk. Stroomgebied van de Maas beslaat naast Nederland ook Frankrijk, Luxemburg, België en Duitsland. Voor zover ik weet zijn er in waterschapverband slechts een aantal pilots hier momenteel concreet mee bezig o.a. via het ontwerpen en operationaliseren van grensoverschrijdend waterbeheer rondom de Overijsselse Vecht en ook voor delen van het Roer stroomgebied dat aansluit op de Maas. Ruimte voor de rivieren in Nederland gaat maar beperkte impact hebben als niet eenzelfde inhaalslag gaat plaatsvinden in de bovenstrooms genoemde landen.
Acht kennisinstituten uit Nederland, België, Duitsland en Luxemburg gaan daarom onder coördinatie van Deltares onderzoek doen naar beter beheer van grensoverschrijdende regionale stroomgebieden. De watersnood in juli 2021 heeft geleerd dat autoriteiten hier geen goed overzicht over hebben en dat kennis over de overstromings- en droogterisico’s langs de kleinere grensoverschrijdende zijrivieren van de Maas en Rijn nog heel versnipperd is.
Het artikel stelt terecht dat voor grensoverschrijdend waterbeheer nog te weinig urgentie is.