secundair logo knw 1

Meer actie is volgens het RIVM nodig om drinkwaterbronnen te beschermen l Foto Unsplash/Engin Akyurt

De maatregelen om de kwaliteit van drinkwaterbronnen in Nederland te verbeteren, zijn nog onvoldoende effectief. Dat blijkt uit een evaluatie van het RIVM van de uitvoeringsprogramma’s bij de gebiedsdossiers voor drinkwaterwinningen. Een van de oorzaken is onduidelijkheid over de taakverdeling tussen Rijk en provincies. 

RIVM, beeldbank, corporatevideo, drinkwater vergadersetting, vergaderenKarel As"Dat zie je bijvoorbeeld als het gaat om gewasbeschermingsmiddelen", zegt onderzoeker Karel As van het RIVM. "Sommige provincies richten zich op gebiedsgerichte projecten om emissies van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen in grondwaterbeschermingsgebieden terug te dringen. Andere vinden dat dit het best met generieke maatregelen vanuit het Rijk opgelost kan worden."

Het RIVM onderzocht de uitvoeringsprogramma’s in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Dat wil hiermee inzicht krijgen in de effectiviteit van de programma’s en de mogelijke knelpunten, mede met het oog op de doelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) die in 2027 behaald moeten zijn.

Dat Nederland slecht scoort op het gebied van waterkwaliteit en dat die doelen in dit tempo onhaalbaar lijken is geen nieuws, erkent As. Wel is het volgens hem voor het eerst dat de in de uitvoeringsprogramma’s genoemde maatregelen zo grondig zijn geëvalueerd. 

Geen direct effect
In gebiedsdossiers worden de risico’s rond drinkwaterwinningen inzichtelijk gemaakt. De uitvoeringsprogramma’s beschrijven vervolgens de maatregelen die genomen moeten worden om de problemen aan te pakken. Daarbij werken de provincies en Rijkswaterstaat samen met drinkwaterbedrijven, waterschappen, gemeenten en boeren.

Veel van deze maatregelen brengen de problemen wel in kaart of zorgen ervoor dat er beter wordt samengewerkt, maar daarmee verbetert de kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater nog niet, concluderen de onderzoekers. 

"Er worden bijvoorbeeld afspraken gemaakt over wie wat doet bij het onderhoud van leidingen", aldus As. "Dat is belangrijk, maar het heeft geen direct effect op de waterkwaliteit."

Vergunningen
Maar weinig maatregelen zorgen er direct voor dat er minder vervuilende stoffen naar het grond- en oppervlaktewater wegspoelen, zo blijkt uit de evaluatie. "Denk aan herzieningen van vergunningen voor bedrijven om vervuilende stoffen te lozen. Of vermindering van het gebruik van mest en bestrijdingsmiddelen bij landbouw rond drinkwaterwinningen." 

Andere knelpunten zijn de vrijwillige deelname, waarbij andere belangen uiteindelijk vaak doorslaggevend zijn, hoge kosten van maatregelen en de genoemde onduidelijkheid over de taakverdeling tussen Rijk, provincies en waterschappen. 

Monitoring
De onderzoekers doen ook een aantal aanbevelingen om deze knelpunten op te lossen, zoals het verduidelijken van de taakverdeling tussen Rijk en regio en het nemen van meer maatregelen om de vervuiling aan te pakken. 

Tot slot moet de monitoring van de maatregelen volgens hen verbeterd worden, zodat duidelijk wordt in hoeverre die effectief zijn. As: "Dat is ook belangrijk voor andere programma’s, zoals het Nationaal Programma Landelijk Gebied. Door de bescherming van drinkwaterkwaliteit daar expliciet een plek in te geven, kun je een extra stap maken." 

Typ je reactie...
Je bent niet ingelogd
Of reageer als gast
Loading comment... The comment will be refreshed after 00:00.

Laat je reactie achter en start de discussie...

(advertentie)

Laatste reacties op onze artikelen

Geachte mevr. Sien Kok,
alles is onlosmakelijk atomair verbonden binnen relativiteit van tijd/ruimte en eenheid geest stof, telen zonder chemie, inschakelen industrie en prive personen telt allemaal, maar denk ook even aan satellieten met hun negatieve effect op klimaat, 24/7. U geeft oude wetmatigheden een nieuw jasje. Succes, Jan Kalverdijk
Interessant. Hoe staat het met de PFAS-hoeveelheden die bij Chemelot in de Maas worden geloosd, wordt hier wel op gehandhaafd? 
Niet zo vreemd dat van die akker- en weidevogelsoorten de populaties teruglopen . Dat kan je zo hebben als je het vol zet met zonnepanelen en windturbines (birdblenders).
Dit heb ik ook nodig. Wij maken van slootmaaisel, een nieuw product, Wortelbeton, voor waterschap Rijnland. Artificiële Rietzudde, voor KRW- doelen. We hebben nog een toepassing van Wortelbeton en dat is veen maken. Daarmee werken we samen met gem Amsterdam en Waternet/AGV en VIP_NL. 
We willen een techniek ontwikkelen om de bodem omhoog te laten groeien met 1m p/jaar. We hadden al zitten denken aan dit systeem, maar ik zou graag eens willen praten over jullie ervaring of samenwerking .
@Almer BolmanEens Almer, de laatste twee kalenderjaren waren uitzonderlijk, extreem nat. En enkele jaren daarvoor extreem droog. Het lijkt er echter op dat wateroverlast eerder een reden is om in actie te komen dan droogte. De flanken van de Veluwe (en de beken aldaar) reageren zeer snel op natte en droge perioden omdat -zoals je weet - de reservoircoëfficiënt daar gering is. Daarom is mijn plan om juist niet op de flanken - dat heeft geen zin - maar op de hoge delen (daar is de genoemde coëfficiënt groot en de grondwaterstand diep) de grondwateraanvulling te vergroten, ofwel door vermindering van de verdamping ofwel door gecontroleerde (!) infiltratie van perfect voorgezuiverd rivierwater. Het doel is te bereiken dat beken en sprengen weer hóger op het massief ontspringen en langer water voeren. Dat zal een enorme boost geven aan natuur en biodiversiteit. Het kwelwater naar de beken is overigens geen infiltratiewater, het is en blijft geïnfiltreerd regenwater. Als we in hoge delen van de Veluwe water infiltreren, kiest dat een diepe, uitermate lange, langzame weg naar de randen van de Veluwe waar het pas na eeuwen - misschien zelfs millennia - opkwelt.
Als we verdroging aanpakken (let op: Nederland heeft daartoe een verplichting) kán inderdaad grondwateroverlast de kop opsteken. Je spreekt over ‘totale onbeheersbaarheid van de grondwaterkwantiteit’. Dat snap ik niet. De infiltraties zijn juist uitermate gecontroleerd, ook kwantitatief. Overlast en droogte op de flanken ontstaan zeer snel door overvloedige regen of juist het gebrek daaraan. Overlast door infiltraties in de hoge delen – als het al optreedt - ontstaat echter niet ‘over night’, dat duurt jaren. Als - en voor zover - infiltraties de oorzaak zijn, dreigende overlast kunnen we perfect monitoren en heel effectief bestrijden door het sturen van de infiltraties of door zeer lokaal grondwater te onttrekken. Dat maakt ook nog eens prima bronnen beschikbaar. Het waterbedrijf zou water moeten winnen waar overlast dreigt, bij voorkeur niet daar waar verdroging het gevolg is.